S A M E N VATT I N G ;
M A AT S C H A P P E L I J K E
ONTWIKKELINGEN EN JEUGDBELEID
HOOFDSTUK 1: JEUGDBELEID IN NEDERLAND
Beleid en overheid:
Niet alleen de overheid maakt beleid ook andere organisatie, instellingen en
bedrijven maken beleid. Dit beleid word meestal instellingenbeleid genoemd.
Beleid = het kiezen van doelen, het effectief (doelgericht) en efficiënt (doelmatig)
inzetten van middelen in een bepaalde tijdsvolgorde.
Bevat dus drie onderdelen:
- Doelen
- Middelen
- Planning
Binnen het jeugdbeleid zijn er drie verschillende soorten beleid te
onderscheiden:
- Curatief;
Genezend
Gericht op het beperken van de negatieve gevolgen van een situatie of
gebeurtenis door achteraf maatregelen te treffen.
- Preventief;
Voorkomend
Het voorkomen van een ongewenste situatie door voortijdige
maatregelen te nemen
- Repressief;
Onderdrukkend
Bestaat uit onderdrukken, beteugelen of bedwingen van een
ongewenste situatie.
De overheid vormt het hoogst bevoegde gezag op een bepaald territorium of
grondgebied en bestaat uit bestuurders, bestuursorganen en het ambtelijk apparaat.
Kerntaken van de overheid:
- Zorgen voor openbare orde en veiligheid;
- Zorgen voor sociaaleconomische zaken als werkgelegenheid, sociale zekerheid
en arbeidsomstandigheden
- Zorgen voor sociaal-culturele zaken als welzijn, onderwijs, volksgezondheid en
kunst.
Twee soorten beleidsproblemen:
- Getemde beleidsproblemen;
Zijn relatief eenvoudige kwesties waarvan deskundigen weten hoe deze
in elkaar steken. En hoe deze door middel van beleid zijn op te lossen.
1
,- Ongetemde beleidsproblemen;
De kennis en inzichten van professionals lopen uiteen. En men verschilt
van mening over de wenselijke oplossing.
Bijvoorbeeld jeugdcriminaliteit.
2
, Jeugdbeleid door de tijd heen:
Kinderwetje van Houten 1874
Leerplichtwet 1901
1915: “Staatscommissie tot onderzoek naar de ontwikkeling van jeugdige personen.
Deze constateerde in 1919 dat er veel negatieve invloeden waren voor de jongeren
door onder andere de demoralisering van de samenleving en de Eerste Wereldoorlog.
Jongeren moesten worden gevormd en beschaafd om de kwaliteit van de
toekomstige samenleving te handhaven.
1948: Onderzoek naar; “het ontstaan en de beïnvloeding van de mentaliteit van de
zogenaamde massajeugd.” Na vijf jaar kwam er een stapel wetenschappelijke
rapporten die tamelijk overdreven lieten zien hoe ernstig het was gesteld. Het was
duidelijk dat de overheid zich moest gaan bemoeien met ‘onmaatschappelijke’
gezinnen en verondersteld mitsplaats gedrag van jongeren.
1952: Oprichting Ministerie van Maatschappelijk Werk
Wordt later Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk.
1982: CRM wordt Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. Met als missie;
van verzorgingsstaat naar een zorgzame samenleving.
1993 Kabinet-Lubbers III. Drie categorieën jeugdigen die het ministerie zorgen
baarde:
1. Jongeren die hard opvoedingsondersteuning nodig hadden;
2. Jongeren die niet maatschappelijk participeerden;
3. Zwerfjongeren.
Verder dan deze constatering kwam men echter niet.
Kabinet-Kok I (1994-1998) WVC word Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport.
Met ingang van de eenentwintigste eeuw moet het jeugdbeleid meer decentraal
worden georganiseerd. Het wordt daarom de primaire verantwoordelijkheid van de
gemeenten.
Gemeenten moeten een lokaal integraal jeugdbeleid tot stand brengen. Ze moeten
beschikken over een nota lokaal integraal jeugdbeleid waarin voor vier jaar de visie,
het beleid en de diverse beleidsvelden worden vastgesteld.
Sinds 2006 ontstaan van het Centrum voor Jeugd en Gezin. Sinds 2011 heeft elke
gemeente één CJG dat tevens borg staat voor een sluitende aanpak van
gezinsproblemen en dat risico’s tijdig behoort te signaleren.
HOOFDSTUK 2: JEUGDBELEID BINNEN BESTUURLIJKE
ORGANISATIES:
Nederlands bestuurlijke hoofdstructuur bestaat formeel uit drie lagen:
- Het Rijk;
Heeft de algehele verantwoordelijkheid voor onder andere het
jeugdbeleid.
Zorgt voor wet- en regelgeving etc.
- De provincie;
Inbreng van provincies in jeugdbeleid is bescheiden.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper nelly92. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,48. Je zit daarna nergens aan vast.