Dit is een samenvatting van het boek BiSL - Een framework voor business informatiemanagement van Best Practice (2e herziene druk). Er zitten ook wat extra aantekeningen in.
Samenvatting BiSL
Business informatiemanagement (BI): domein van het beheersen en sturen van de informatievoorziening
(IV) in een organisatie -> informatievragers zijn de gebruikers in een organisatie.
- BI kan de IV bepalen en op basis daarvan de ICT aansturen -> BI heeft de rol van intermediair
tussen de bedrijfsorganisatie en de ICT-leverancier.
- BI kan centrale sturing bieden bij het inrichten van de IV, waarin organisatieonderdelen allemaal
een eigen idee hebben over de ideale IV.
- BI kan nagaan of de IV nog wel aansluit op de bedrijfsprocessen. Zo niet, kan BI een afweging
maken tussen het belang en de kosten van veranderingen.
- BI kan zorgen voor afstemming van informatiebeleid op wat er in de praktijk in een organisatie
gebeurt en omgekeerd -> informatiebeleid en functioneel beheer met elkaar integreren.
BI wordt steeds belangrijker, een aantal belangrijke trends:
• Groeiend belang van informatievoorziening.
• Toename outsourcing en professionalisering van de relaties.
• Verschillende partijen en wensen binnen organisaties.
• Organisaties veranderen en middelen zijn beperkt.
• Beleid laten aansluiten op de praktijk.
• BiSL als oplossing.
Wie de IV wil managen, moet niet alleen het aanbod van IT managen. Veel meer nog is het van belang de
vraag naar en de aansluiting van IV op de bedrijfsprocessen te managen. Deze vorm van business-IT-
alignment kan alleen maar slagen als de verschillende plaatsen waar gestuurd wordt en de verschillende
niveaus waarop gestuurd wordt, in relatie met elkaar worden gebracht.
Je kunt BI inrichten en beheren met behulp van het BiSL-framework:
• Hoe zorgt onze gebruikersorganisatie voor een adequate IV?
• Hoe vertaal ik behoeften in onze bedrijfsprocessen naar ICT-oplossingen?
• Hoe stuur ik onze IV en de ICT-dienstverlening aan?
• Hoe geef ik op de lange termijn vorm aan onze IV?
Het model van Looijen maakt onderscheid
tussen 3 vormen van beheer:
1. Technisch beheer -> IT-
infrastructuurmanagement, ITIL.
2. Applicatiebeheer ->
applicatiemanagement, ASL.
3. Functioneel beheer -> business
informatiemanagement.
1
,In dit figuur is de positionering van business informatiemanagement weergegeven in relatie tot de overig
beheervormen en het bedrijfsproces:
Business informatiemanagement heeft te maken met beperkende krachten vanuit 4 richtingen:
- Beleid van de organisatie.
- IT-ondersteuning.
- Uitvoering business informatiemanagement.
- IV van het bedrijfsproces.
Risico’s:
- Overnemen van de rol van IT-leverancier.
- Niet meer de vraag managen, maar het aanbod.
- Integrale karakter van de sturing over de domeinen heen behouden.
- Gedelegeerde opdracht van informatievoorziening niet uit het oog verliezen.
Niveaus informatievoorziening:
2
, ➔ Valkuil: sturing te laat oppakken, uitsluitend op niveau van informatiesysteem.
BiSL richt zich op het in stand houden en aansturen van de IV vanuit het perspectief van de gebruikers. Het
model geeft invulling aan de processen en activiteiten die noodzakelijk zijn om de IV vanuit gebruikers- en
bedrijfsoptiek te sturen. Het is een procesmodel: 23 processen die het raamwerk vormen voor het
inrichten en uitvoeren BI. Elk proces bestaat uit activiteiten, resultaten en relaties (interfaces) met andere
BiSL-processen. Op 3 niveaus:
1. Uitvoerend niveau (functioneel beheer): dagelijks operationeel gebruik en gecontroleerd
veranderen van de IV binnen een organisatie.
a. Functioneel beheer, key user, helpdeskmedewerker.
2. Sturend niveau: geven sturing aan processen op uitvoerend niveau -> kosten/baten, kwaliteit,
tijdsplanning en afspraken met de ICT-serviceorganisatie.
a. Systeemeigenaar, productmanager, opdrachtgever/budgethouder, proceseigenaar.
3. Richtinggevend niveau (informatiemanagement): bepalen hoe het IV-beleid er op langere termijn
uit moet zien en hoe de sturing hierop georganiseerd moet worden.
a. Chief Information Officer en informatiemanager, bepalen de toekomst van de organisatie.
In hoeverre een organisatie erin slaagt te komen tot een effectieve en efficiënte informatievoorziening
hangt sterk af van de mate waarin processen op de verschillende lagen met elkaar informatie uitwisselen
en samenwerken.
Hoofdtaken van business informatiemanagement:
3
, Binnen elk niveau van het business informatiemanagementframework horen sommige processen logisch
bij elkaar. Om het procesmodel duidelijker te maken voegt BiSL deze processen op elk niveau samen tot
procesclusters:
1. Gebruiksbeheer – 3 processen -> optimale en continue ondersteuning van het gebruik van de IV.
Wordt de operationele IV goed gebruikt en goed aangestuurd?
2. Functionaliteitenbeheer – 4 processen -> traject waarlangs de wijzigingen van de IV worden
vormgegeven en uitgevoerd. Hoe gaat de IV er straks uitzien?
3. Verbindende uitvoerende processen – 2 processen -> hebben als doel te besluiten welke
veranderingen aan de IV moeten worden doorgevoerd en de feitelijke doorvoering in de
gebruikersorganisatie van een verandering aan de IV. Waarom en hoe veranderen we de IV?
4. Sturende processen – 4 processen -> zorgen ervoor dat de hierboven genoemde procesclusters
integraal worden aangestuurd. Hoe sturen we de IV?
5. Opstellen informatiestrategie – 4 processen -> de IV moet aansluiten op de eisen die in de
toekomst worden gesteld en structurele tekortkomingen moeten worden opgelost. Hoe gaat de IV
er in de toekomst uitzien?
6. Opstellen IV-organisatiestrategie – 5 processen -> meerdere partijen acteren in sturende,
besluitvormende of beïnvloedende rollen op het terrein van de IV. Hoe wordt de uitvoering en
sturing van de IV georganiseerd?
7. Verbindende richtinggevende processen – 1 proces -> proces informatiecoördinatie verbindt
cluster 5 en 6. Hoe acteren we gezamenlijk conform de afspraken?
Ten slotte maakt BiSL nog het volgende onderscheid:
- De procesclusters aan de rechterkant gaan over de vormgeving of de inhoud van de IV -> hoe
moet de IV eruit komen te zien.
- De procesclusters aan de linkerkant gaan over het gebruik en de organisatie (implementatie) van
de IV.
Daarnaast kent BiSL 3 lagen:
1) Uitvoerend niveau: processen die gericht zijn op het dagelijks gebruik van de IV en het vormgeven
en realiseren van aanpassingen in de IV; functioneel beheerders, kerngebruikers.
2) Sturend niveau: kosten, opbrengsten, planningen en kwaliteit van de IV, afspraken met de IT-
leverancier; systeemeigenaar, opdrachtgever, budgethouder. In andere processen vindt ook
sturing plaats.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Sjemma91. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.