- Een definitie geven van de begrippen ‘milieu intérieur’ en ‘homeostase’.
Milieu intérieur: de extracellulaire lichaamsvloeistof, de ruimte buiten de cellen van een
weefsel.
Homeostase: een relatief stabiele toestand die ontstaat door de samenstelling van het
milieu intérieur die uiterst nauwkeurig gereguleerd wordt. Wordt gehandhaafd door
negatieve feedback.
- Negatieve en positieve feedbackmechanismen met elkaar vergelijken.
Negatieve feedback: elke verandering van het regulatiesysteem die zich verwijdert van
de normale waarde wordt teniet gedaan. Wanneer een variabel stijgt, zorgt negatieve
feedback ervoor dat het variabel daalt, en als het daalt laat negatieve feedback het terug
stijgen naar een normaal niveau. Komt vaak voor.
Positieve feedback: van deze ‘versterkende’ of ‘cascade’ -mechanismen zijn er maar een
paar. Bij deze mechanismen doet de stimulus de respons progressief toenemen zodat,
zolang de stimulus aanhoudt, de respons progressief wordt versterkt ( bijvoorbeeld bij
bloedstolling of bij baarmoedercontracties tijdens de bevalling )
- Het proces van osmose vergelijken met dat van diffusie en
met behulp van deze begrippen uitleggen hoe moleculen
zich verplaatsen binnen en tussen compartimenten van
het lichaam.
Osmose: Verplaatsing van water met de concentratiegradiënt
mee
Diffusie: verplaatsing van moleculen van een plaats met een
hoge concentratie naar een plaats met een lage concentratie.
- Een beschrijving geven van de termen intra- en
extracellulaire vloeistof
Intracellulaire vloeistof: de lichaamsvloeistof die zich in de cellen bevindt. De
samenstelling wordt grotendeels door de cellen zelf gereguleerd.
Extracellulaire vloeistof: lichaamsvloeistof die zich buiten de lichaamscellen bevindt. Het
bestaat voornamelijk uit bloed, plasma, lymfe, cerebrospinale vloeistof en vloeistof in de
interstitiële ruimten in het lichaam. Verder zijn er nog zeer kleine hoeveelheden van
andere extracellulaire vloeistoffen die meestal een rol spelen als smeermiddel (
gewrichtsvloeistof, pericardvocht en pleuravocht )
- De structuur en functie beschrijven van de
plasmamembraan.
Plasmamembraan: een biologische structuur die de
binnenkant van een cel scheidt van de buitenkant.
Het plasmamembraan bestaat uit twee lagen fosfolipiden met
daarin eiwitten en suikers. Naast fosfolipiden is ook het lipide
cholesterol aanwezig.
, Deze fosfolipide moleculen hebben een kop en een staart. De kop heeft een elektrische
lading en zijn hydrofiel ( wateraantrekkend ). De staart heeft geen lading en is hydrofoob
( waterafstotend ).
De eiwitten die zich over het membraan uitstrekken vormen kanalen die het transport
voor bijvoorbeeld elektrolyten en vetafstotende stoffen toelaten.
Membraaneiwitten hebben meerdere functies:
- aangeven dat de cel lichaamseigen is
- fungeren als receptoren (herkennen van ‘berichtjes’)
- fungeren als enzymen (kunnen chemische reacties versnellen
- Sommige spelen een rol bij het transport van stoffen door de membraan
- De functies beschrijven van de organellen.
Organellen: gespecialiseerde onderdelen van een cel met een bepaalde functie. Ze
hebben een eigen specialistische functie en zijn vaak omgeven door hun eigen
membraan binnen het cytosol. Voorbeelden van organellen zijn de kern ( nucleus ),
mitochondriën, ribosomen, lysosomen, het endoplasmatisch reticulum, het golgi-apparaat
en het cytoskelet.
- Mitochondriën: zijn de energiefabriekjes van de cel waar ATP (benzine voor het
lichaam) wordt aangemaakt
- Cytoskelet: een uitgebreid netwerk van minuscule eiwitvezels. Het geeft
structuur, stevigheid en vorm aan de cel, zorgt voor de vorm en beweging van
een cel, en voor de beweging van organellen binnen de cel
- Ribosomen: minuscule korrels bestaande uit RNA en eiwit. RNA wordt gebruikt
om losse aminozuren aan elkaar vast te knopen tot eiwit
- Lysosomen: voorbeeld van secretoire granula waarin eiwitten zitten die grote
moleculen kunnen opbreken. Komen veel voor in onze afweercellen voor het
kapot maken van bacteriën.
- Golgi-Apparaat: bestaat uit stapels dicht opgevouwen platte membraneuze
zakjes. Ze nemen eiwitten aan vanuit de transport vehikels van het ER,
vervolgens worden ze ‘ingepakt’ in membraangebonden blaasjes (secretoire
granula genoemd). Deze blaasjes worden opgeslagen en als er vraag is naar
eiwitten smelten ze samen met het plasmamembraan, waarbij de inhoud van de
cel wordt afgescheiden. Dit proces heet exocytose: het proces waarbij een cel
stoffen afgeeft aan of afscheidt naar de celmembraan of het extracellulaire milieu.
- Endoplasmatisch reticulum (ER): een grote reeks geschakelde vliezige kanaaltjes
in het cytoplasma. Er zijn twee soorten; glad en ruw.
Glad ER maakt lipiden en steroïdhormonen en is betrokken bij de ontgifting van
bepaalde ( genees- )middelen.
Ruw ER is beslagen met ribosomen waar eiwitten worden aangemaakt die
bestemd zijn voor buiten de cel. Dat wordt verzameld en verstuurd naar het
Golgi-apparaat.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper favoritabijlsma. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,59. Je zit daarna nergens aan vast.