2.1 Metalen en niet-metalen
Fossiele brandstof: brandstof die is ontstaan uit resten van planten en dieren die lang
geleden leefden. wereldeconomie is sterk afhankelijk van de voorraad van de fossiele
brandstoffen. Aardolie levert niet alleen brandstoffen, maar ook de grondstoffen voor
plastics en medicijnen.
De wereldvoorraad fossiele brandstof is een keer uitgeput.
Keukenzout kan gewonnen worden door steenzout op de lossen in water, dit vervolgens
naar boven te pompen en dan in te dampen. keukenzout.
De meeste metalen zijn gebonden in ertsen. Na opgraven van het erts moet het metaal eruit
worden gewonnen. Alleen de edele metalen goud, zilver en platina kunnen als zuiver metaal
in de bodem worden aangetroffen, omdat ze nauwelijks reageren met andere stoffen.
De aardbodem bevat ertsen en fossiele brandstoffen. Uit ertsen zijn metalen te maken.
Er is een grens aan de voorraad fossiele brandstoffen in de aardbodem.
De gesteenten van de aardkorst bestaan voor het overgrote deel uit zuurstofverbindingen.
Gesteenten en zand bevatten vooral siliciumdioxide, een verbinding van silicium en zuurstof.
Door de bijzondere omstandigheden in de gesteenten zijn op sommige plaatsen edelstenen
ontstaan.
De aardkorst bevat veel verschillende mineralen. Dit zijn vaak kristallen met prachtige
kleuren en vormen. Het hoofdbestanddeel van de kristallen is meestal SiO 2. Het hangt van de
aanwezigheid van kleine hoeveelheden van de elementen Cr, Ca, Mn of Fe af welke kleur en
kristalvorm zich heeft gevormd.
Omdat de siliciumverbindingen nogal hard zijn, kunnen ze worden geslepen en gepolijst.
Naast zuurstof en silicium zijn het vooral metalen die in de aardkorst voorkomen.
Metalen geleiden de stroom in vaste en in gesmolten toestand.
Niet-metalen geleiden de stroom niet.
Zuurstof is het meest voorkomende element in de aardkorst. Verder bevat de aardkorst metaaloxiden en
kleinere hoeveelheden niet-metalen.
Metalen hebben andere gemeenschappelijke eigenschappen dan niet-metalen.
2.2 De bouw van het atoom
Waterstofatomen zijn de lichtste atomen die er bestaan.
Periodiek systeem van Mendelejev bestaat uit rijen en kolommen. Op de rijen van het
periodiek systeem heeft hij de elementen gerangschikt naar opklimmende atoommassa. Hij
In het periodiek systeem van Mendelejev staan elementen met opklimmende atoommassa achter elkaar.
Elementen met overeenkomstige chemische eigenschappen staan onder elkaar.
, koos de lengten van de rijen zodanig dat elementen met dezelfde soort eigenschappen in
dezelfde kolom onder elkaar staan.
Element nummer 92, uraan, is het zwaarste element dat nog in de natuur gevonden kan
worden. Elementen met hogere nummers zijn kunstmatig gemaakt en alleen onder
specifieke omstandigheden waargenomen.
In het periodiek systeem is een horizontale rij een periode en een verticale rij een groep. De
elementen worden verdeeld in metalen en niet-metalen. De niet-metalen staan rechts in het
periodiek systeem. De scheidslijn tussen de metalen en de niet-metalen loopt vanaf element
nummer 13, aluminium, als een trappetje naar beneden. Rechts van de scheidslijn: niet-
metalen, links van de scheidslijn: metalen. Elementen langs de scheidslijn hebben vaak
eigenschappen van zowel metalen als niet-metalen.
Er zijn drie groepen die aparte dingen hebben:
Groep 1: alkalimetalen deze metalen reageren allemaal op dezelfde heftige
manier met water.
Groep 17 (niet-metalen): halogenen
Groep 18: edelgassen reageren nauwelijks met andere elementen.
Het periodiek systeem bestaat uit periodes (horizontale rijen) en groepen (verticale kolommen).
Groep 1 van het periodiek systeem bevat de alkalimetalen.
Groep 17 bevat de halogenen.
De edelgassen staan in groep 18.
De niet-metalen staan rechts bovenaan in het periodiek systeem.
Atoommodel: voorstelling van de bouw van een atoom als een rond hard bolletje.
Volgens dalton is een chemische reactie een hergroepering van de atomen. Daarmee is te
verklaren waarom de massa van alle beginstoffen samen net zo groot is als de massa van de
reactieproducten samen.
Elektronen: kleine negatief geladen deeltjes die rond de atoomkern zitten.
elektronenwolk.
Protonen: positief geladen deeltjes.
Een atoom is elektrisch neutraal, dus moeten er evenveel elektronen als protonen in het
atoom aanwezig zijn.
Atoomkern: kern van het atoom, in het midden.
Atoomnummer: geeft aan hoeveel protonen in de kern van dat atoom zitten. Omdat het
atoom elektrisch neutraal is, weet je ook hoeveel elektronen in de elektronenwolk aanwezig
zijn.
De elektronenwolk is verdeeld in schillen. De bewegingsruimte van een bepaald elektron
beperkt zich tot de schil waarin dat elektron zich bevindt.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper hannaabrahamse. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.