Financieel Management voor
ondernemers in het MKB
Bronvermelding
Financieel Management voor ondernemers
Titel : in het MKB
Druk : 2
Auteur : A.W.W. Heezen
Uitgever : Noordhoff Uitgevers B.V.
ISBN (boek) : 9789001809584
Aantal hoofdstukken (boek) : 10
Aantal pagina’s (boek) : 320
De inhoud van dit uittreksel is met de grootste zorg samengesteld. Incidentele onjuistheden kunnen niettemin voorkomen. Je
dient niet aan te nemen dat de informatie die Students Only B.V. biedt foutloos is, hoewel Students Only B.V. dat wel nastreeft.
Dit uittreksel is voor persoonlijk gebruik en is bedoeld als wegwijzer bij het originele boek. Wij raden aan altijd het bijbehorende
studieboek te kopen en dit uittreksel als naslagwerk erbij te houden. In dit uittreksel staan diverse verwijzingen naar het studieboek
op basis waarvan dit uittreksel is gemaakt.
Dit uittreksel is een uitgave van Students Only B.V. Copyright © 2012 StudentsOnly B.V. Alle rechten voorbehouden. De uitgever
van het studieboek is op generlei wijze betrokken bij het vervaardigen van dit uittreksel. Voor vragen kun je je per email wenden
tot info@studentsonly.nl.
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 De ondernemer en de onderneming 3
Hoofdstuk 2 Financiële verslaggeving 8
Hoofdstuk 3 Samenhang tussen de verschillende vormen van financiële informatie 12
Hoofdstuk 4 Analyse van de financiële structuur 15
Hoofdstuk 5 Brancheanalyse en benchmarking 20
Hoofdstuk 6 Inzicht in kosten en kostprijs 22
Hoofdstuk 7 Investeren, liquiditeitsbegroting en begrote winst- en verliesrekening 26
Hoofdstuk 8 Groei, overname en waardering 30
Hoofdstuk 9 Financiering in het MKB 33
Hoofdstuk 10 Presentatie en beoordeling financieringsaanvraag 37
© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.
Bron : Financieel Management voor ondernemers in het MKB – A.W.W. Heezen
,Hoofdstuk 1 De ondernemer en de onderneming
1.1 Waar krijgt een ondernemer mee te maken?
Bij het voeren van een eigen onderneming wordt een ondernemer geconfronteerd met
organisatorische, fiscale, juridische en financiële aspecten. In dit boek staan de financiële aspecten
centraal, waarbij aandacht wordt geschonken aan de financiering van de onderneming, de beoordeling
van financiële resultaten en de factoren die van invloed zijn op de toekomst van de onderneming.
Bij het nastreven van doelstellingen moet de ondernemer rekening houden met een aantal
voorwaarden, zoals wettelijke voorschriften, overeenkomsten en dergelijke. Daarnaast moet de
ondernemer bepalen op welke afzetmarkt hij zich richt, welke producten hij gaat aanbieden, waar
hij de onderneming vestigt, in welke rechtsvorm hij de onderneming gaat drijven en hoe de
onderneming wordt gefinancierd.
1.2 Persoonlijke kwaliteiten van de ondernemer
Bij het drijven van een eigen onderneming heeft een ondernemer een aantal kwaliteiten nodig. Hij
hoeft niet zelf over alle kwaliteiten te beschikken; hij kan ook gebruikmaken van deskundigen. De
volgende kwaliteiten zijn van belang: kennis van de markt, initiatief nemen, opstellen en interpreteren
van financiële gegevens, leiding geven en beslissingen nemen.
1.3 De onderneming en haar omgeving
Een onderneming moet rekening houden met haar omgeving, groepen van individuen en instanties
buiten de onderneming. De ondernemer moet aan wettelijke eisen voldoen en rekening houden met
belangen van omwonenden. De belangrijkste externe relaties zijn: leveranciers, klanten,
concurrenten, de overheid, de belastingdienst, verschaffers van vreemd en eigen vermogen,
accountants en werknemers- en werkgeversorganisaties. Het contact tussen de onderneming en
haar omgeving is een tweerichtingsverkeer.
1.4 Onderneming en de markt
De prijs van een product wordt in veel gevallen bepaald door de vraag en het aanbod op de markt
waar de onderneming actief is. Dit wordt het marktmechanisme genoemd. De afnemer bepaalt
vervolgens bij welke ondernemer hij de producten zal afnemen. Hierbij zal de afnemer een afweging
maken tussen kwaliteit en prijs. Dit is de marktwerking. De ondernemer is zelf ook een afnemer.
Hij zal immers materialen en grondstoffen nodig hebben om te kunnen produceren.
1.5 Quick scan
De ondernemer kan met behulp van een quick scan snel een indruk krijgen van de eigen
onderneming. De quick scan is een vragenlijst met betrekking tot 25 verschillende onderwerpen.
Op basis van de antwoorden, krijgt de onderneming een score toegedeeld. Deze score wordt met
het branchegemiddelde vergeleken.
1.6 Goederen- en geldstromen
Het is belangrijk dat de ondernemer een goed beeld heeft van de markt waarop hij actief is en van
de wensen van klanten. De beslissing die een ondernemer neemt, leidt uiteindelijk tot een
goederenstroom. Het primaire proces van een onderneming omvat de activiteiten die rechtstreeks
samenhangen met de producten die de onderneming voortbrengt. De middelen die een onderneming
nodig heeft om producten te maken, worden productiemiddelen genoemd. Deze productiemiddelen
(input) worden tijdens het productieproces omgezet in het eindproduct (output).
© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden. 3
Bron : Financieel Management voor ondernemers in het MKB – A.W.W. Heezen
,De onderneming zal voor de productiemiddelen geld moeten betalen. De inkoop van
productiemiddelen leidt derhalve tot uitgaande geldstromen. De verkoop van de output daarentegen
leidt tot inkomende geldstromen. Hieruit blijkt dat de richting van de geldstroom tegenovergesteld
is aan de richting van de goederenstroom.
Wanneer een onderneming tijdelijk niet over voldoende financiële middelen beschikt, kan een
beroep worden gedaan op de vermogensmarkt. Een startende onderneming zal in eerste instantie
over beperkte geldmiddelen beschikken en zal een beroep doen op de vermogensmarkt. Dit leidt
tot gelduitgaven, omdat over een lening interest en aflossing moet worden betaald.
Een onderneming kan ook eigen vermogen aantrekken. In midden- en klein bedrijven wordt het
eigen vermogen veelal ingebracht door de eigenaren en/of familieleden. Grote bedrijven trekken
eigen vermogen aan door middel van aandelen op de effectenbeurs. Het eigen vermogen wordt
permanent aan de onderneming ter beschikking gesteld en wordt niet terugbetaald. Aandeelhouders
krijgen wel een vergoeding in de vorm van een aandeel in de winst.
1.7 Rechtsvormen
Bij het oprichten van een onderneming moeten een aantal zaken formeel worden geregeld. Zo zal
de ondernemer moeten beslissen in welke rechtsvorm hij de onderneming wil oprichten. De keuze
van de rechtsvorm heeft gevolgen voor de aansprakelijkheid, eigendom en zeggenschap van de
onderneming, en voor de externe relaties. Daarnaast heeft het ook invloed op de mogelijkheden
om eigen vermogen en vreemd vermogen aan te trekken.
Er zijn twee soorten rechtsvormen:
1. Natuurlijk personen; ze zijn met hun privévermogen aansprakelijk voor schulden van de
onderneming. Hiertoe behoren de eenmanszaak, maatschap, vof en cv.
2. Rechtspersonen; dit is een zelfstandig lichaam met eigen rechten en plichten. Het is als het
ware een persoon die zelf aansprakelijk is voor zijn schulden. Hiertoe behoren de bv, nv,
vereniging en stichting.
Tijdens het bestaan van de onderneming kunnen zich omstandigheden voordoen, waardoor er voor
een andere rechtsvorm wordt gekozen.
1.7.1 Eenmanszaak
De ondernemer die voor een eenmanszaak kiest, heeft het eigendom en de leiding over de
onderneming. Het zijn vooral startende ondernemers die voor deze rechtsvorm kiezen.
Een eenmanszaak kent geen juridische splitsing tussen het vermogen van de onderneming en het
vermogen van de eigenaar. Deze is met zijn privévermogen aansprakelijk voor de schulden van de
eenmanszaak. De partner kan ook privé aansprakelijk worden gesteld, wanneer ze in gemeenschap
van goederen zijn gehuwd.
Het vermogen van de eigenaar en de ingehouden winsten zijn bronnen van eigen vermogen.
Daarnaast kan de eigenaar vreemd vermogen aantrekken. Banken letten op de winstverwachting,
branche, omvang van eigen vermogen en beschikbaarheid van onderpanden.
De eigenaar is een zelfstandige en kan daarom geen aanspraak maken op werknemersvoorzieningen.
Daarnaast moet hij zijn eigen pensioenopbouw regelen. Hij kan bijv. een beleggingsportefeuille
opbouwen of een lijfrenteovereenkomst sluiten. Ondernemers jonger dan 65 jaar kunnen een
© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden. 4
Bron : Financieel Management voor ondernemers in het MKB – A.W.W. Heezen
, oudedagsreserve opbouwen. Dit is een winstonttrekking, waarover bij uitkering pas belasting hoeft
te worden betaald.
De eenmanszaak hoeft zijn financiële gegevens niet openbaar te maken. Dit wordt als een groot
voordeel gezien. Andere voordelen van de eenmanszaak zijn: snelle besluitvorming, grote
betrokkenheid van de eigenaar en fiscaal aantrekkelijk bij lage winsten.
Nadelen van de eenmanszaak zijn: afhankelijk van één persoon, schommelend inkomen, en
privéaansprakelijkheid van de eigenaar.
1.7.2 Vennootschap onder firma (vof)
Een vof wordt gevormd door twee of meer natuurlijke personen of rechtspersonen; de firmanten.
De oprichting van de vof moet schriftelijk plaatsvinden en de vof moet in het handelsregister worden
ingeschreven.
De vof is de uitoefening van een bedrijf onder gemeenschappelijke naam. De firmanten kunnen
geld, arbeid of andere zaken van waarde inbrengen. Ze hebben samen de leiding en zijn ieder
hoofdelijk aansprakelijk voor schulden van de vof.
De fiscale aspecten, sociale zekerheid, pensioenen en de publicatieverplichting van een vof zijn
vergelijkbaar met de eenmanszaak. Hetzelfde geldt voor de voordelen en nadelen. Een vof heeft
echter wel een grotere mogelijkheid tot het aantrekken van vermogen.
1.7.3 Besloten vennootschap
De bv is een vennootschap waarbij het maatschappelijk kapitaal is opgedeeld in aandelen die op
naam staan. De aandelen zijn veelal in het bezit van directieleden, familieleden , vrienden of
bevriende zakenrelaties. De aandelen zijn niet vrij verhandelbaar, vandaar het besloten karakter
van de bv. Aandeelhouders krijgen te maken met de blokkeringsregeling. Dit houdt in dat een
aandeelhouder eerst de aandelen aan andere aandeelhouders moet aanbieden (aanbiedingsregeling)
of dat hij goedkeuring nodig heeft (goedkeuringsregeling).
De bv kent drie geledingen:
1. Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA); deze stelt de jaarrekening vast, benoemen
leden van de RvB en verleent toestemming voor belangrijke beslissingen.
2. Raad van Bestuur (RvB); deze verzorgt de dagelijkse leiding van de bv.
3. Raad van Commissarissen (RvC); deze houdt toezicht op en geeft advies aan de RvB.
De aandeelhouders zijn de eigenaren van de bv en ze hebben recht op een deel van de winst. De
overige rechten zijn afhankelijk van het type aandeel waar ze over beschikken:
• Gewone aandelen; stemrecht en recht op een evenredig deel van de winst.
• Winstpreferente aandelen; voorrecht op een deel van de winst.
• Prioriteitsaandelen; extra zeggenschap bij belangrijke beslissingen.
De aandeelhouders zijn aansprakelijk voor de bv, maar enkel tot dat bedrag dat ze hebben ingelegd.
Ze zijn niet met hun privévermogen aansprakelijk. Bestuurders kunnen wel persoonlijk aansprakelijk
worden gesteld, ingeval er sprake is van onbehoorlijk bestuur.
© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden. 5
Bron : Financieel Management voor ondernemers in het MKB – A.W.W. Heezen