Kennistoets 2.1 VZ + C&S
(46038)
Voor mijn 1e jaar verpleegkunde heb ik bij elke samenvatting een oefentoets gemaakt. Deze toetsen
zijn een afspiegeling van mijn samenvatting, waardoor de lange samenvattingen gemakkelijker te
leren zijn doormiddel van een toetsing. Ik heb mijn propedeuse zonder een enkele herkansing
gehaald, omdat deze oefentoetsen voor mij heel goed werken. Klasgenoten geven ook aan dat dit
voor hen erg goed werkt als ze de oefentoets stampen. Daarnaast komen vragen uit mijn oefentoets
soms bijna compleet hetzelfde voor in de toetsen of een gedeelte ervan. Ik zou dan ook zeker de
oefentoets gebruiken bij het leren van de samenvattingen.
Of je wel of niet de oefentoets erbij gebruikt, ik hoop dat de toets goed gaat komen!
Heel veel succes!!!
PS. Mijn samenvattingen en oefentoetsen worden per periode beter, omdat ik even moest wennen
aan de manier van samenvatten.
,Verpleegkundige zorgverlening
2.1
Vitale waarden:
- Ademhaling:
Frequentie (normaal 15-17 keer bij volwassenen), bij jongeren is dit sneller.
Diepte
Regelmaat
Symmetrie, paradoxale ademhaling, bijgeluiden, cheyne stroke ademhaling (bij mensen
die terminaal zijn).
Huidskleur
Centrale cyanose: zuurstofarm bloed wordt de aorta ingepompt. Cyanose van lippen,
tong, nagelbed en oren.
Perifere cyanose: stroomt traag door de weefsels. Vooral vingers, tenen en neuspunt.
Geluid: gepiep en gefluit (stridor), reutelen en de hik.
Inspiratoire stridor: vernauwing zit hoog in de luchtwegen, geluid tijdens de inademing.
Expiratoire stridor: vernauwing lager, geluid bij de uitademing.
Geur: uitgeademde lucht is normaal geurloos. Onaangename geur (foetor ex ore).
- Circulatie (hartslag / bloeddruk)
Polsslag:
Frequentie: normaal 60-100
Bradycardie <50/60
Tachycardie >100
Regelmaat: regulair of irregulair
Kracht: zwak, krachtig
Gelijkmatigheid: polsslagen gelijk of ongelijk.
Equaal: de polsslagen zijn even sterk gevuld.
Inequaal: de polsslagen zijn niet even sterk gevuld.
Meten: aantal polsslagen per 15 sec x 4
Bloeddruk:
Riva-Rocci-methode (RR): metingen in millimeter kwik (mmHg).
Systolische (boven)druk
Diastolische (onder)druk
Normaal (volwassenen): 120/80
Hypertensie: indien systole > 140/160 mmHg of diastole > 90 mmHg.
Hypotensie: indien systole < 100 mmHg
- Lichaamstemperatuur:
Normaal (volwassenen): 36,5 – 37,5
Verhoging: 37,5 – 38
Koorts: 38 – 41
Kritische daling: snelle temperatuurdaling en sterk zweten.
Lytische daling: langzame temperatuurdaling.
Febris remittens: wisselingen van meer dan één graad. Laagste temperatuur > 38.
Febris intermittens: wisselende temperatuur. Laagste temperatuur rond 37.
Hyperthermie: > 41
Hypothermie (onderkoeling): < 35
Meting lichaamstemperatuur:
, Rectaal: anus
Oraal: onder de tong
Axillair: onder de oksel
Tympanisch of auraal: in het oor
- Bewustzijn:
AVPU: geeft een snel beeld/inschatting van de neurologische status.
A: alert
V: verbally
P: pain
U: unresponsive
Minder nauwkeurig dan EMV (versimpeld)
Glasgow Coma Scale
Delirium Observatie Screening Schaal (DOSS).
Pupilreflextest
Kan gebruikt worden voor snelle diagnostiek.
Oorzaken:
Herseninfarct, hersenbloeding, hersenschudding of hersenletsel.
Zuurstoftekort, overdosis medicatie of medicatie-intoxicatie, hyperglykemie of
hypoglykemie, koorts of hypothermie, delier, epileptisch insult.
Ademhalingspatroon Beschrijving Oorzaak
Apneu Afwezigheid van ademhaling
Dyspneu Benauwdheid, kortademig Moeite met ademhaling
Hyperventilatie Over ademhaling Lichamelijke inspanning of als
gevolg van psychische factoren
Kussmaulademhaling Zeer diepe, ononderbroken en Ernstig ontregelde diabetes.
regelmatige ademhaling
Cheyne-stoke ademhaling Diepte neemt eerst toe, dan af Terminale zorgvrager
en stopt dan even.
Zuchtende ademhaling Regelmatige ademhaling met Normaal bij kinderen,
af en toe een zucht hersenvliesontsteking of
hersenbeschadiging
Gasping Diepe inademing waarbij alle Komt voor bij stervenden en
hulpademhalingsspieren bij mensen die na een
worden aangespannen, het ademhalingsstilstand weer
hoofd naar achter wordt spontaan gaan ademen.
geworpen, de onderkaak naar
beneden zakt en de mond
openstaat. Uitademing is
volledig passief. Vijfmaal per
minuut.
Atactische ademhaling Volledig onregelmatige Kan bij slaapmiddelvergiftiging,
ademhaling wat betreft diepte bij het ontwaken uit narcose
en frequentie. en bij een hersentumor.
,