DIAG – Alle hoorcolleges
Hoorcollege 1 Inleiding
Diagnostiek van opvoedings- en ontwikkelingsproblemen
Wat is diagnostiek?
- Een methode, een procedure, een test of vragenlijst
- Een proces van diagnostisch onderzoek
- Diagnoses stellen
Motto pedagogische wetenschappen in het Engels: Raising children, what is needed? hoe herken
je problemen? d.m.v. diagnostiek.
Diagnostiek:
- De kunst van het ‘doorkennen’ (dia-gnostiek (Grieks)) van de mechanismen, die bij een
bepaald individu, gegeven zijn/haar omgeving en aanleg, onder de huidige omstandigheden,
leiden tot klachten of disfunctioneren (van der Gaag, 2004)
- Nu: Het hele proces van het onderzoeken van een probleem of situatie met het oog op het
verkrijgen van een uniek, gedetailleerd en voldoende compleet klinisch beeld, teneinde de
problemen van de hulpvrager en zijn/haar/hun situatie te begrijpen en verklaren met het
oog op gefundeerde advisering en probleemoplossing
- Kunst of leer?
o Leer = je kan het leren, als je de regels en procedures volgt.
o Kunst = ondanks dat je alle regels kent, snap je ook goed wat er allemaal aan de hand
is en voel je dat ook aan.
Diagnostiek: wat is het?
- Het gehele proces van informatieverwerving en -verwerking ten behoeve van de
hulpverlening bij gedrags- of leerproblemen
- Meestal nav klachten, of in geval van risico-factoren of eerdere problemen om het
ontwikkelingsverloop te volgen; ook nodig bij wetenschappelijk onderzoek
- Screening, assessment en classificatie mbt ontwikkeling, gedrag en functioneren worden
geïntegreerd tot een (klinisch) beeld om
o De problemen te begrijpen = onderkennen en verklaren
o een advies te geven m.b.t verdere begeleiding of behandeling
o om ontwikkeling te volgen
Orthopedagogische diagnostiek
- Kind als opvoedeling; kind of jeugdige in relatie tot zijn (beroeps) opvoeders.
- Dus een (cliënt) systeem, een gezin, met een pedagogische relatie; werksetting kan een rol
spelen
- Bij aanmelding kind is de context (ouders en leerkracht/groepsleider) en de wederzijdse
beïnvloeding(relatie) tussen kind en context vaak onderwerp van onderzoek (transactioneel
uitgangspunt): een systeemperspectief
o Systeemperspectief is dus dat het kind niet op zichzelf gezien moet worden, maar in
de context van het gezin, peers, school en verdere systemen waar het kind deel van
is.
1
,DIAG – Alle hoorcolleges
- Een ontwikkelingsperspectief is daarbij van groot belang: in welke ontwikkelingsfase is het
kind?
Doel van orthopedagogische diagnostiek
- Bijdrage tot het verminderen van een probleem of het oplossen van een probleem.
- Niet alleen letten op risico-factoren, maar ook op protectieve factoren (wat gaat goed,
hierop aansluiten en versterken)
- empowerment (mogelijkheden om met problemen om te gaan) van cliënt systeem (bijv. het
gezin) vergroten
Hoe voeren we diagnostiek uit?
1. Op basis van onze theoretische kennis over de factoren die van belang zijn voor opvoeding
en ontwikkeling
2. M.b.v een systematische aanpak: door gebruik van het hypothese toetsend model en de
Diagnostische Cyclus
3. Diagnoses worden gesteld aan de hand van Classificatie systemen, zoals het DSM
Diagnose
- Een gedetailleerd en omvattend beeld met een verklaring voor de problemen van de cliënt
en zijn/haar situatie, uitmondend in een advies
- Meestal aan de hand van een classificatie bijv. volgens het Diagnostic and Statistical Manual
of Mental Disorders (DSM) of International Classification of Diseases (ICD)
- Niet altijd is classificatie mogelijk, dan kan handelingsgerichte diagnostiek toch
aanknopingspunten geven
Een diagnose is dus niet hetzelfde als de classificatie in DSM, het is er slechts gerelateerd aan.
Belangrijkste DSM-5 classificatie categorieën voor kinderen
- Neurobiologische ontwikkelingsstoornissen
o Verstandelijke beperking
o Autismespectrum stoornissen
o Communicatie / Taalstoornissen
o ADHD
o Motorische stoornissen, TICs
o Leerstoornissen: Dyslexie, Dyscalculie
- Disruptieve, impulsbeheersings- en andere gedragsproblemen
o Conduct Disorder (ernstige gedragsproblemen)
o ODD (oppositioneel gedrag
- Angststoornissen
- Depressie
- Psychotrauma en stressor gerelateerd
o Reactieve Hechtingsstoornis
o PTSS
- Voedings- en eetstoornissen
- Stoornissen in de zindelijkheid
- Slaap waakstoornissen
2
,DIAG – Alle hoorcolleges
- Andere problemen (V codes); relatie problemen, opvoedingsproblemen, mishandeling,
problemen met onderwijs, werk, economische omstandigheden, huisvesting, acculturatie
Voor- en nadelen van diagnoses en classificaties
- Voordelen
o Betere communicatie met professionals en ouders;
Geeft houvast
o systematisch onderzoek naar aard, voorkomen, oorzaak en gevolg;
o duidelijke koppeling met prognoses en met behandelingsmogelijkheden
- Nadelen
o Stigmatiserend
o te simplificerend, gaat voorbij aan omstandigheden en relaties die van belang zijn bij
de ontwikkeling van psychopathologie;
o zet aan tot onjuist gebruik
- Betrouwbaarheid?
o Kloppen de classificaties wel? het klopt nooit 100% omdat we nog steeds leren
over de problemen, oorzaken en mogelijke behandelingen.
Als professional moet je goed op de hoogte/je bewust zijn hiervan en je eigen positie hierin bepalen.
Systematische aanpak → 5 Vragen / kapstokken
1. Over wie gaat het?
2. Wat is er aan de hand? (wat zijn de klachten en problemen)
3. Waardoor komt dat probleem, of waardoor wordt het in stand gehouden?
4. Wat is er aan te doen?
5. Wat is mijn advies?
Kapstokken
1. Over wie gaat het? = Verschillende doelgroepen (Gezin, Individu, Leeftijd, Chronische
aandoening, Setting)
2. Wat is er aan de hand? = Onderkenning; verschillende probleemgebieden(klachten en
problemen)
3. Waardoor komt dat? = Verklaring; biologisch -, cognitief-affectief -, gedragsniveau
4. Wat is er aan te doen? = Verschillende behandelingen
5. Wat is mijn advies? = Advies afhankelijk van behandelmogelijkheden en wensen van
hulpvragers
Systematische aanpak De Bruyn et al. (2003) - Diagnostische cyclus
- Aanmelding
- Klachtanalyse
- Probleemanalyse
- Verklaringsanalyse
- Indicatieanalyse
- Advisering
- Rapportage
3
, DIAG – Alle hoorcolleges
Kapstokken en Diagnostische cyclus
1. Over wie gaat het? = Aanmelding
2. Wat zijn de klachten en problemen? = Klachtanalyse & Probleemanalyse
3. Waardoor komt dat? = Verklaringsanalyse
4. Wat is er aan te doen? = Indicatieanalyse
5. Wat is mijn advies? = Advisering & Rapportage
Goed kunnen schrijven en formuleren is belangrijk. Je moet een goede beheersing hebben van de
Nederlandse taal.
De Diagnostische cyclus is gebaseerd op:
- Empirische cyclus van De Groot: wetenschappelijk onderzoek
o Hypotheses die getoetst worden mbv empirische gegevensverzameling
- Regulatieve cyclus van Van Strien: praktijk zorgverlening
o Het zorgverleningsproces is systematisch en in fases ingedeeld; sommige fases
worden herhaald indien nodig.
Theoretische achtergrond: Empirische cyclus (De Groot,(1961))
1. Observatie/oriëntatie op een theorie
2. Hypothese/predictie vanuit de theorie
3. Hypothese toetsing
4. Conclusie geldigheid van de theorie
essentie is: toetsing van de juistheid van beschrijvingen van de werkelijkheid
Regulatieve cyclus (Van Strien(1975,1984))
1. Probleem herkenning
2. Probleem definiëring / Diagnose
3. Kiezen van een behandeling
4. Plannen van de behandeling
5. Uitvoeren van de behandeling
6. Evaluatie
essentie is : evaluatie van het effect van geboden hulp
De regulatieve cyclus vertaald naar de praktijk
- fase van aanmelding en intake = het eerste contact
- teamoverleg met fase van voorlopige indicatiestelling(voorlopig denkschema, oriënterend
beeld)
- fase van gericht onderzoek
- Integratiefase
- fase van planning van behandeling
- Behandelingsfase
- evaluatiefase
Diagnostische cyclus is gebaseerd op het Hypothese Toetsend Model (HTM)
- Hypothese: Er is sprake van……
o a)
4