Antwoorden_Oefentoets blok 1.3: Epidemiologie - berekenen van maten
Opgave 1
a. Puntprevalentie 1-1-2017 → (60 /715) x 100% = 8,39%
Puntprevalentie 1-1-2018 → (60-40+) x 100% = 5,3%
b. Mid-term populatie → (715+695) / 2 = 705
Periodoprevalentie jaar 2017 → (77/705) x 100% = 10,92%
c. Open populatie, want gedurende het hele jaar kunnen er mensen bijkomen
d. Incidentiedichtheid (ID) kan berekend worden
Persoonstijd at risk begin 2017 → 715-60 = 655
Persoonstijd at risk eind 2017 → 695 - 20 - 17 = 658 (20 →
bestaande gevallen dementie - gestorven mensen aan dementie = 60-40
= 20)
Gemiddelde persoonstijd at risk 2017 → (655 + 658) / 2 = 656,5
ID = ,5 = 0,026 jr-1
e. Oorzakelijke specifieke sterftecijfer → 715 bewoners waarvan er 40 zijn
overleden → () x 100% = 5,6%
Proportioneel sterftecijfer → () x 100% = 22,2%
Opgave 2
a. Open populatie
b. Incidentiedichtheid, omdat het een open populatie is. CI kan alleen berekend worden
bij een gesloten populatie
c. Persoonsjaren at risk = 152 halve jaren = 76 hele jaren (aflezen uit tabel)
Nieuwe gevallen van studentenkoorts = 11
ID = = 0,145 jr-1
d. 5 ziektegevallen voor het eind van het 1e jaar. Er waren in totaal 25 studenten
Puntprevalentie → () x 100% = 20%
Opgave 3
a. 1e jaar → (.852) x 100% = 0,028%
2e jaar → (40 / (120.852 - 34)) x 100% = 0,033%
3e jaar → (41/ (120.852 - 74)) x 100% = 0,034%
4e jaar → (48 / (120.852 - 115)) x 100% = 0,040%
5e jaar → (51 / (120.852 - 163)) x 100% = 0,042%
6e + 7e jaar → (68 / (120.852 - 214)) x 100% = 0,056% / 1,3 jaar → 0,056 /
1,3 x 1 = 0.043% / jaar
b. Totaal aantal gevallen = 282
CI → (.852) x 100% = 0,233….% per 6,3 jaar
CI gemiddeld → 0,02333… / 6,3 = 0,037% per jaar
c. Bij ID bereken je de persoonstijd, dan heb je automatisch rekening gehouden met
uitval.
Opgave 4
a. Veldhoven heeft een jongere bevolking. Doordat ze jong zijn sterven ze minder aan
chronische ziektes, en dus meer door kanker.
, b. Er zijn veel meer gevaccineerde (blauw) dan niet gevaccineerde (rood). De
uiteindelijke verhouding van mensen die in op de IC’s liggen (transparante cirkel) is
dat er maar een klein deel van de gevaccineerde op de IC’s liggen en bijna alle niet-
gevaccineerde.
c. Er is meer screening → er worden sneller en meer nieuwe gevallen
gevonden die anders niet gevonden zouden worden, omdat deze mensen
nog geen (ernstige) symptomen hadden.
Opgave 5
Consumptie van energydrinks onder scholieren
1. Afhankelijke variabele → Consumptiepatroon van energydrinks
Onafhankelijke variabele → is er geen
2. Nee, bestudeerd geen oorzaak-gevolgrelatie
Cross-sectioneel
3. Observationeel
4. Cross-sectioneel
5. Beschrijvend
Galstenen
1. Afhankelijke variabele → galstenen
Onafhankelijke variabele → 5 F’s: blonde (Fair), vrouwelijke (Female),
vruchtbare (Fertile) veertigers (Forty) met enig overgewicht (Fat)
2. Ja, bestudeerd oorzaak-gevolgrelatie. Is retrospectief
Cross-sectioneel
3. Observationeel
4. Patiënt-controleonderzoek
5. Toetsend
Opgave 6
a. Incidentiedichtheid = (Aantal gevallen / persoonsjaren x 100%)
Normaal → (.005) x 1000 = 3,2
Overgewicht → (.232) x 1000 = 7,6
Obese → (.004) x 1000 = 9,7
Interpretatie: gemiddeld ontwikkelen 9,7 van de 1000 vrouwen met obesitas
op baseline hartfalen per jaar in de studie
Totaal → (.241) x 100% = 5,5
b. RROvergewicht = (7,,2) = 2,4
RRObese = (9,,2) = 3,1
Interpretatie: Vrouwen met obesitas hebben 3,1x zoveel kans op hartfalen
dan vrouwen zonder obesitas