Koptekst: SOCIALE COGNITIE EN MINDREADING
Het Simulatietheorie versus Theorie Theorie Debat: een Gulden Middenweg
Filosofie en Psychologie
20 september 2020
, SOCIALE COGNITIE EN MINDREADING
Geef een korte uitleg van de theorie over sociale cognitie die je verdedigt: theorie
theorie, simulatietheorie, belichaamde cognitie of een hybride vorm
In dit opstel wordt een hybride vorm van de theorie theorie en de simulatietheorie
verdedigd. De theorie theorie stelt dat ons alledaagse begrip van de menselijke psychologie
een soort theorie vormt waarmee wij gedrag proberen te verklaren en voorspellen door
middel van overtuigingen, bedoelingen, emoties, karaktertrekken, enzovoort (Morton, 1980).
Volkspsychologie houdt de praktijk van het toekennen van mentale staten aan anderen in om
zo gedrag te kunnen voorspellen en verklaren. Het proces van mentale toestanden aan
anderen toeschrijven heet mindreading. De internalistische versie van de theorie theorie
focust op de individuele capaciteiten die nodig zijn voor mindreading en hun ontogenetische
ontwikkeling (De Bruin, 2020). De simulatietheorie stelt daarentegen dat wij ons eigen
innerlijke systeem gebruiken om innerlijke processen en gedrag van anderen te verklaren en
voorspellen, waarbij je simuleert in een ander zijn situatie te zijn (Goldman, 2006).
Het simulatietheorie versus theorie-theorie debat draait om de volgende vraag: op
welke manier kan het feit dat subject A zich in de situatie van subject B verbeeldt een reden
vormen voor de toekenning van een mentale staat aan subject B? Als het antwoord op deze
vraag is dat een psychologische theorie de brug vormt voor deze stap ontstaat er een hybride
vorm van onze mindreading capaciteiten, gebaseerd op zowel simulatie als theorie.
Welke definitie van sociale cognitie wordt door de theorie aangenomen, en in hoeverre
wordt deze definitie bevestigd door de empirische gegevens?
Sociale cognitie richt zich op hoe mensen informatie over andere mensen en sociale
processen verwerken, opslaan en toepassen. Meer specifiek gezien richt het zich op de rol die
cognitieve processen spelen bij sociale interacties (Park et al., 2015). In dit opstel ligt de
focus op het het bewuste proces van toekenning van een mentale toestand van een ander, wat
zeer belangrijk is voor sociale cognitie.
Mensen zijn gedreven om oorzaken aan acties en gedrag toe te schrijven (Moskowitz,
2005). Hierbij kan men mentale staten aan andere toekennen om hun gedrag te verklaren
(Premack & Woodruff, 1978). Theory of mind (ToM) is het vermogen een beeld te vormen
van het perspectief van een ander en hun overtuigingen, bedoelingen en emoties te
interpreteren, dit is een noodzakelijke vaardigheid om empathisch te kunnen zijn en dus ook
om mentale staten aan een ander toe te schrijven (Gweon & Saxe, 2013). Mensen met
autisme hebben tekorten in hun Theory of mind, wat hun vermogen om op sociaal normatieve
manieren te communiceren belemmert (Brewer, Young, & Barnett, 2017).