Samenvatting inleiding privaatrecht – Erasmus school of Law – Jaar 1
Probleem 1
Zwaartepunten van het vermogensrecht
Hoofdstuk 1
Vermogen is het geheel van op geld waardeerbare rechten en verplichtingen die
iemand heeft, dus het geheel van zijn activa en passiva. Actiefposten zijn
bijvoorbeeld eigendomsrechten en vorderingen. Passiefposten zijn alle schulden.
Objectief recht is het geldende recht. Het zijn de regels die binnen een bepaald
rechtsgebied op een bepaald tijdstip gelden. In dit opzicht houdt het
vermogensrecht in: alle regels met betrekking tot de subjectieve rechten en
plichten die onderdeel van een vermogen kunnen vormen.
Een subjectief recht is een aan iemand toekomende ‘bevoegdheid’. Een
vermogensrecht is in dit opzicht een aan een bepaald persoon toekomend recht
dat deel uitmaakt van zijn vermogen, bijvoorbeeld eigendomsrecht.
De subjectieve vermogensrechten zijn te onderscheiden in rechten met
betrekking tot goederen en rechten met betrekking tot personen.
Het goederenrecht is het deel van het objectieve vermogensrecht dat
betrekking heeft op de rechtshouding tussen een persoon en een goed.
Denk aan een huis of een computer.
Het verbintenissenrecht is het deel van het objectieve vermogensrecht dat
betrekking heeft op de rechtsverhouding tussen een persoon en een
andere persoon.
Absoluut recht is het recht op goederen die de rechthebbende in beginsel
tegenover iedereen kan inroepen.
Relatief recht is het recht die niet tegenover iedereen inroepbaar zijn, maar
slechts tegenover een bepaald persoon.
Hoofdstuk 13
Een verbintenis is een vermogensrechtelijke verhouding tussen twee partijen
krachtens welke de een (de schuldeiser/ crediteur) is gerechtigd tot een
gedraging (de prestatie) die de ander (de schuldenaar/ debiteur) verplicht is ten
opzichte van hem te verrichten.
Een persoon heeft recht op een door een andere persoon te verrichten
prestatie, terwijl die ander tegenover de eerste verplicht is tot het
verrichten van die prestatie.
Een verbintenis is vermogensrechtelijk van aard.
,Art. 6:213 BW bepaalt dat een overeenkomst een meerzijdige rechtshandeling is,
waarbij een of meer partijen tegenover een of meer anderen een verbintenis
aangaan.
Een obligatoire overeenkomst roept verbintenissen in het leven, terwijl de
liberatoire overeenkomst verbintenissen teniet doet gaan.
Een overeenkomst is een rechtsfeit. Hij bewerkstelligt pas een concreet
rechtsgevolg, indien een concrete gebeurtenis hem activeert.
Een rechtsfeit is een feit waaraan het objectieve recht een rechtsgevolg koppelt.
De rechtsregel maakt een bepaalde gebeurtenis tot een rechtsfeit, waardoor in
concreto het rechtsgevolg tot stand komt.
Een rechtshandeling is een (menselijke) handeling, gericht op het tot stand
brengen van een rechtsgevolg. Het objectieve recht moet dit rechtsgevolg wel
toestaan. Ook moet er zijn voldaan aan eventuele eisen door het objectieve recht
aan de betreffende rechtshandeling gestelde eisen.
Er zijn verschillende soorten rechtshandelingen:
Meerzijdige rechtshandeling: vereist de samenwerking van meerdere
personen. Denk dus aan de overeenkomst
Eenzijdige rechtshandeling: wordt door een persoon tot stand gebracht.
Denk aan het erkennen van een kind of het opmaken van een testament.
Ongerichte eenzijdige rechtshandeling: is niet gericht tot een
bepaald persoon. Voor haar geldigheid hoeft zij dus ook niet ter
kennis zijn gebracht.
Gerichte eenzijdige rechtshandeling: is wel gericht tot een bepaald
persoon (of meer). Zij moet de persoon hebben bereikt, wil de
rechtshandeling geldig zijn.
Rechtshandelingen om baat: tegenover het verrichten van een
rechtshandeling staat een voordeel. Denk aan huur of koop.
Rechtshandelingen om niet: tegenover het verrichten van een
rechtshandeling staat geen voordeel. Denk aan verbruikleen zonder
vergoeding aan de lener.
Wederkerige overeenkomsten zijn overeenkomsten waarbij beide partijen een
verbintenis op zich nemen ter verkrijging van de prestatie waartoe de wederpartij
zich daartegenover jegens haar verbindt.
Bij eenzijdige overeenkomsten neemt slechts een van beide partijen een
verbintenis op zich.
De onrechtmatige daad staat in art. 6:162 BW. Het plegen van een
onrechtmatige daad is een rechtsfeit. Het is geen rechtshandeling omdat voor
het intreden van het rechtsgevolg niet is vereist dat de dader het rechtsgevolg
ook heeft beoogd.
Ook rechtmatige daden doen een verbintenis ontstaan zonder een daarop
gerichte wil.
Hoofdstuk 15
2
,De definitie van een overeenkomst staat in art. 6:213 lid 1 BW. Een
overeenkomst kan tot stand komen door een aanbod en de aanvaarding daarvan.
Art. 6:217 lid 1 BW.
Van een aanbod is sprake wanneer de verklaring de belangrijkste elementen van
de inhoud voor een te sluiten overeenkomst bevat, zodat een eenvoudige ‘ja’ van
de wederpartij voldoende is om de overeenkomst tot stand te doen komen.
Niet ieder aanbod is ook daadwerkelijk een aanbod > Hofland/Hennis:
De hoge raad bepaalde in het arrest dat een advertentie van een huis in een
woninggids slechts een uitnodiging tot onderhandeling is. Door een enkele ‘ja’
kan nog geen overeenkomst ontstaan. Er moet eerst nog een concreet aanbod
komen.
Art. 6:219 lid 1 gaat ervan uit dat een aanbod herroepelijk is, tenzij uit het
aanbod zijn onherroepelijkheid volgt.
De aanbieder kan een herroepelijk aanbod zijn werking ontnemen door er op tijd
op terug te komen. Door het aanbod tijdig te herroepen, vervalt het. Uit lid 2
blijkt dat herroeping niet meer mogelijk is als het aanbod is aanvaard.
Bij een herroepelijk aanbod ontbreekt de mogelijkheid het aanbod rechtsgeldig te
kunnen herroepen. Van onherroepelijkheid is sprake wanneer het een termijn
voor de aanvaarding inhoudt of de onherroepelijkheid ervan op andere wijze uit
het aanbod volgt.
Hoofdstuk 16
Van een nietige overeenkomst is sprake wanneer de overeenkomst van begin af
aan ongeldig en daarmee krachteloos is. Bij een nietige overeenkomst ontbreken
van aanvang af de door partijen met het sluiten van de overeenkomst beoogde
rechtsgevolgen.
Van een vernietigbare overeenkomst is er sprake van een volkomen geldige
overeenkomst, zij het dat daaraan een bijzonderheid kleeft. Die bijzonderheid
bestaat daarin dat zij kan worden vernietigd. Een dergelijke vernietiging heeft als
regel terugwerkende kracht. Art. 3:53 BW.
De wetgever kiest voor nietigheid als hij de beoogde rechtsgevolgen geheel
ongewenst acht.
Voor vernietigbaarheid kiest hij wanneer hij een van de partijen een bijzondere
bescherming wil geven. Deze partij kan zelf kiezen om van die bescherming
gebruik te maken.
Er zijn 4 bronnen van nietigheid en vernietigbaarheid van overeenkomsten:
1. De wijze van totstandkoming. Denk aan hoe de overeenkomst tot stand is
gekomen. Is er sprake van wilsgebreken?
2. De persoon van de contractant. Sommige personen mogen een
overeenkomst niet sluiten > handelingsonbekwamen. Zo’n overeenkomst
is vernietigbaar.
3. De vorm. Soms gelden er voor bepaalde overeenkomsten
vormvoorschriften. Als hier niet aan wordt voldaan, is de overeenkomst
nietig. Art. 3:39 BW.
4. De inhoud. Er is een beginsel van contractsvrijheid. Soms moet de inhoud
echter voldoen aan de wet. Bijvoorbeeld bij dwingend recht.
Volgens de wet zijn minderjarigen en onder curatele gestelden
handelingsonbekwaam. In art. 3:32 lid 2 staat dat een rechtshandeling van een
3
, handelingsonbekwame vernietigbaar is. Een ongerichte eenzijdige
rechtshandeling is echter nietig.
Minderjarigen zijn volgens art. 1:233 degene die jonger zijn dan 18 jaar.
Een gezagdragende ouder of voogd van de minderjarige kan als wettelijke
vertegenwoordiger in naam van de minderjarige rechtshandelingen verrichten.
Art. 1:253i en art. 1:337 BW.
Een minderjarige is met toestemming van zijn wettelijke vertegenwoordiger
bekwaam om rechtshandelingen te verrichten. Art. 1:234 lid 1 BW.
Er mag vanuit worden gegaan dat deze toestemming is verleend als het een
rechtshandeling betreft waarvan het in het maatschappelijk verkeer gebruikelijk
is dat de minderjarige dit zelfstandig doet. Art. 1:234 lid 3 BW.
Zonder toestemming is de minderjarige onbekwaam.
Onder curatele gestelden zijn meerderjarigen die handelingsonbekwaam
zijn. Art. 1:381 lid 2 BW. Hij kan onder curatele worden gesteld door zijn
lichamelijke of geestelijke toestand, of door een gewoonte van drank- en
drugsgebruik. Art. 1:378 lid 1 BW.
Er zijn echter uitzonderingen over de handelingsonbekwaamheid:
De curandus heeft toestemming nodig van de curator om
rechtshandelingen te verrichten. Art. 1:381 lid 3 BW.
De curandus is bekwaam over het geld dat zijn curator voor hem
beschikbaar heeft gesteld voor levensonderhoud. Art. 1:381 lid 5
BW.
De curandus is bekwaam om zelf zijn curatele in rechte op te treden
of beroep in te stellen. Art. 1:381 lid 6.
Als een curandus drank- of drugsproblemen heeft, is hij bekwaam
tot het verrichten van familierechtelijke handelingen. Art. 1:382 BW.
Het beroep op handelingsonbekwaamheid kan slechts van de
handelingsonbekwame zelf komen en dus niet van de wederpartij. De
handelingsonbekwame geniet dus optimale bescherming.
Naast dat een rechtshandeling van een handelingsonbekwame vernietigd kan
worden, kan deze ook worden bevestigd door zijn curator.
Een met terugwerkende kracht vernietigde rechtshandeling mist vanaf begin af
de beoogde rechtsgevolgen, alsof de rechtshandeling van aanvang af nietig was.
LET OP:
Art. 3:35 BW biedt de wederpartij geen bescherming tegen een beroep op
handelingsonbekwaamheid
Art. 3:32 BW beperkt de gevolgen van handelingsonbekwaamheid tot
rechtshandelingen.
Handelingsonbekwaamheid van de rechthebbende maakt hem niet tevens
beschikkingsbevoegd.
Vormvrijheid houdt in dat er geen regel is voor de vorm van de overeenkomst.
Partijen zijn hierin vrij. Een wilsovereenstemming is wel verplicht. In bepaalde
gevallen eist de wet wel inachtneming van een bepaalde formaliteit.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper melissaraus. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €12,49. Je zit daarna nergens aan vast.