Diversiteit in de samenleving
Deel 1 Theoretische beschouwingen
H1 Inleiding
Globalisering = wereldwijde economische, politieke en culturele integratie
Glokalisering = wanneer de lokale identiteit steeds belangrijker wordt
Voorbeelden van een veranderende samenleving die samen een lokale context vormen en
zo een andere diversiteit aanduiden:
Ontgroening en vergrijzing
Informatisering en technologisering
Transculturaliteit; iets dat wordt overgenomen in verschillende culturen (voorbeeld,
een boks geven)
Interculturele attitude onderverdeeld in verschillende attitudes en perspectieven:
1. Etnocentrisch; als je de wereld om je heen alleen maar beziet vanuit je eigen normen
en waarden
2. Etnorelavitisme; er wordt gesteld dat alle culturen gelijk aan elkaar zijn
(cultuurrelativisme = een vorm van denken vanuit erkenning of respect voor de
andere cultuur, in plaats van deze te willen veranderen)
3. Universalisme; een manier van kijken die probeert de overeenkomsten tussen
culturen te benadrukken en niet de verschillen
4. Emancipatie en empowerment; er wordt gefocust op reeds aanwezige kennis of
kunde (deelnemers worden zo geen hulpbehoeften maar partners)
Verschillende elementen aan de basis van uitsluitingsmechanismen:
Salience; iemand valt op omdat hij zich anders gedraagt dan wat ‘normaal’ is in een
bepaalde context. Bijvoorbeeld, mensen in een rolstoel; Goed bedoelde ice-breakers
wat kan leiden tot een bewuste vorm van uitsluiting.
Stereotypen; veronderstellingen over personen die een vals of vervormd beeld van
de werkelijkheid geven (positief of negatief)
Vooroordelen; negatieve attitude ten aanzien van een persoon
Discriminatie; als stereotypen en vooroordelen zich in gedrag vertaald; het ongelijk
behandelen van mensen op basis van kenmerken;
o Positieve discriminatie; voorkeur geven aan mensen met een fysieke
uitdaging; kansen versterken
Racisme; ontstaat als een groep om speciale redenen minderwaardig wordt
behandelt
pygmalion- of rosenthaleffect; hogere verwachtingen leiden tot hogere prestaties.
De manier waarop we elkaar zien kan een positieve of negatieve invloed hebben op
de ander, oftewel self-fullfilling prophecy. Golemeffect = het effect van negatief
denken over een persoon, hierbij gelijk krijgen en doorgaan in een negatieve spiraal.
Etnisch profileren; het aanhouden van bepaalde etnische groepen door professionals,
zonder dat daar directe aanleiding aan ten grondslag ligt. Dit werkt twee kanten op, het zou
het gedrag van autoriteiten niet mogen bepalen, aan de andere kant passen mensen
daardoor hun gedrag aan (golemeffect).
Risico-/daderprofiel = een omschrijving van de typische dader van een nog niet
gepleegd strafbaar feit
,Diversiteit is de verscheidenheid van mensen en wordt bekeken op verschillende niveaus:
Micro- en mesoniveau; Betekenis diversiteit in de 21e eeuw; een verschil in
individuele en sociale factoren zoals sociaal economische status, gender en
seksualiteit, of de dynamiek van transnationalisme en migratie.
Macroniveau; maatschappelijk niveau, superdiversiteit, de groeiende diversiteit
binnen de diversiteit. Er is sprake van meerderheid in minderheidsgroepen i.p.v.
minderheid in meerderheidsgroepen. Met andere woorden, er is geen dominante
groep aan te wijzen.
Innerlijke diversiteit; de diversiteit die ieder persoon in zich heeft en de kern vormen
van identiteit.
H 2 Het ontstaan van de diverse samenleving in de
Nederlandse en Belgische context
Migratie is het permanent verwisselen van vaste verblijfplaats van individuen en/of groepen
binnen een groter geografisch gebied dan de geboortestreek (Jessurun). Vormen van
migratie:
Vrijwillige migratie; huwelijk, behoefte aan verandering
Semivrijwillige migratie; gebrek aan werk, onvrede bestaande situatie land
Onvrijwillige migratie; asielzoekers en vluchtelingen, gedwongen je land verlaten
omdat er dreiging heerst
De redenen voor migratie zijn hedendaags diverser geworden. Vanaf de 19e eeuw zorgt een
natiestaat ervoor dat men zich identificeert met het gebied waarin men woont, dus er heerst
een dominante natie, waarbij grenzen een gebied grond afbakenen.
Migratie naar Nederland (1945)
Migranten uit oude koloniën
Na de koloniale oorlog en onafhankelijkheid van Indonesië kwamen Indonesische
Nederlanders naar Nederland. Zij hadden zich in Indonesië gevestigd en waren sterk in
cultureel opzicht en goed opgeleid (300.000 - 350.000) 1949. Molukse soldaten werden in
Nederland in kampen ondergebracht door onvrede uit gebrek aan socio-economische
factoren, laag opleidingsniveau (12.500) 1951. Suriname bleef tot 1975 een Nederlandse
kolonie. Vanaf 1965 kwam een stroming laagopgeleide migranten tot er een visumplicht
ingevoerd werd (300.000). Antillianen en Arubanen uit oude koloniën kwamen studeren in
Nederland (160.000).
Migranten uit mediterrane gebied
Een gebrek aan laaggeschoolde arbeiders leidde tot het uitnodigen van gastarbeiders als
tijdelijke oplossing. Er kwamen arbeiders zonder verblijfsvergunning, want ze zouden toch
wel weg gaan. Vele Turken en Marokkanen bleven toch in Nederland. De gastarbeiders
werden immigranten. Door gezinsherenigingen werd in 1970 sprake van gezinsvorming.
Arbeidsmigranten uit de Midden- en Oost-Europese landen (MOE-landen)
Zij kwamen als gevolg van de uitbreiding van de EU (‘04-’07). Er is sprake van circulaire of
seizoensgebonden migratie. Er kwamen vanwege financiële crisis zo’n 316.000 mensen.
Kennis- en diplomamigranten
Zij zijn hoogopgeleide mensen of topsporters die vanwege hun wetenschappelijke kennis
zich in Nederland kunnen vestigen.
, Economische en technologische ontwikkelingen hebben de realiteit van migratie verandert.
De toenemende interconnectiviteit van migranten met hun geboorteland heeft als gevolg
dat steeds meer mensen niet langer door 1 nationaliteit of identiteit worden geïdentificeerd,
oftewel transnationaliteit. De migrant verplaatst zich van het ene land naar het andere.
Immigratieprocessen in België
Tijdens het interbellum streed de immigratie door rekruteringscampagnes van de overheid in
de steenkoolindustrie.
Beperkte migranten afkomstig uit oude koloniën (Congo)
Arbeidsmigranten uit het mediterrane gebied; bestaande uit een overeenkomst met
Italië voor 50.000 werkkrachten, met polen voor 20.000 werkkrachten en voor 77.000
Zuid-Italianen. Door een ongeval in de mijn vertroebelde de samenwerking en werd
een overeenkomst tussen Griekenland en Spanje gesloten. in de jaren 60 werden
tewerkstellingsakkoorden gesloten met Marokko en Turkije. Deze landen kregen hier
geld voor wat een win-win situatie oplevert. Na een internationale oliecrisis besloot
België over te gaan tot een totale immigratiestop waarvoor we tot op de dag van
vandaag nog voor betalen, denk aan integratie en taalverwerving.
de jaren 90 en de uitbreiding van de EU; via gezinsherenigingen en het verdrag van
schengen, kwamen er nog meer Europese migranten naar België.
Migratie in de 21e eeuw; socio-economische en technologische ontwikkelingen
veranderen de realiteit van migratie.
Vreemdelingen hebben een andere nationaliteit dan het land waar ze verblijven, maar
hoeven daarvoor niet in een ander land verbleven te hebben. Bij immigranten is het
geboorteland juist het criterium. Dus de nationaliteit bepaald of ze vreemdeling zijn.
Deze bevolkingen vormen de bevolking van vreemde origine. Bij het tellen van deze
mensen wordt geen rekening gehouden met mensen zonder geldige documenten.
Onvrijwillige migrantenstroom vanaf eind WOII
Het Verdrag van Genève; het vluchtelingenverdrag, in 1967 beperkingen aangepast d.m.v.
protocol. Het verdrag bevat geen recht op toelating, maar er kan wel beroep worden gedaan
op het verbod om uitgezet te worden naar zijn land van herkomst.
Een persoon die het thuisland ontvlucht en daarna asiel aanvraagt in Nederland is in eerste
instantie asielzoeker. Pas na onderzoek kan de status vluchteling worden toegekend.
Arbeidsbeleid in België en Nederland tussen 1945 en nu
Door een toename van geopolitieke conflicten en wereldwijde mensenrechtenschendingen
uit Syrië en Palestina kwamen veel asielzoekers. Deze stroming is sterk gedaald na de
afsluiting van de Balkanroute naar Europa en het ondertekenen van bilaterale akkoorden, het
Vluchtelingenverdrag met Turkije en andere landen. Vluchtelingen verblijven in kampen
zonder toekomst waarbij de mensenrechten tot op de dag van vandaag nog worden
geschonden.
Emancipatiebewegingen: de strijd voor het vrijkomen van vroegere beperkende bepalingen
en het verkrijgen van gelijke rechten. (Feminisme of LHBTI+)
Samenlevingen zijn patriarchaal ingedeeld, oftewel mannen en mannelijke rollen nemen de
dominante rol in de maatschappij. De vrouw werd gezien als zwak en intellectueel
ongelijkwaardig aan de man. Feminisme als beweging streeft naar maatschappelijke
verandering om de positie van vrouwen te verbeteren. Feminisme als de strijd voor gelijkheid
van mannen en vrouwen verzet zich tegen het patriarchaat en seksisme.
Dit denkbeeld heeft feminisme maatschappelijke en politieke stromingen.