Samenvatting tentamen recht
Hoofdstuk 1. Inleiding in het recht
Eigenrichting is in een geschil je gelijk halen door zelf geweld te gebruiken.
De rechterlijke macht bestaat uit rechtbanken, gerechtshoven en de Hoge Raad.
Een ‘makkelijke’ zaak begint in de rechtbank. Als 1 van de partijen het niet eens is met de
uitspraak kunnen ze in hoger beroep gaan.
De zaak wordt dan voorgelegd in 1 van de 4 gerechtshoven. Als 1 van de partijen het niet
eens is kunnen ze in cassatie gaan.
Dan wordt de zaak voorgelegd aan de Hoge Raad. Zij bekijken of de lage rechter het recht
juist heeft toegepast.
Last onder dwangsom willen zeggen dat de overtreder voor bijvoorbeeld elke dag dat hij de
overtreding niet ongedaan maakt, een geldbedrag moet betalen.
Het objectieve recht omvat de rechtsregels die door de overheid zijn vastgesteld met het
doel om de samenleving te ordenen en die gehandhaafd kunnen worden. Deze bestaat uit
geschreven en ongeschreven regels.
Het materieel recht bevat regels die rechten verlenen en verplichtingen opleggen tussen
burgers onderling en tussen burgers en overheid, maar ook tussen overheden onderling
Het formeel recht bevat regels voor de manier waarop het materiele recht gehandhaafd
moet worden. Bijvoorbeeld welke rechter bevoegd is en of een notariële akte voor bewijs
gebruikt mag worden.
Het privaatrecht regelt de verhouding tussen burgers onderling.
Het publiekrecht regelt de verhouding tussen de overheid en de burgers.
Het dwingend recht is de wetgeving waarvan niet afgeweken mag worden.
Het aanvullend recht is een soort ‘vangnet’. Als de partijen zelf geen regeling treffen dan
vult de wet dit aan. Afwijking is toegestaan.
Bij het beoordelen wat in een concreet geval recht is, moeten ook andere bronnen
geraadpleegd worden, te weten:
1. Wet- en regelgeving
Een wet in formele zin is een gezamenlijk besluit van de regering en de staten generaal.
Dit zegt alleen maar iets over wie de wet heeft vastgesteld, niets over de inhoud.
Er zijn 3 type wetten:
- Formeel en materieel; bijv. het burgerlijk wetboek, gemaakt door wetgever in
formele zin en geldt voor heel Nederland.
- Formeel maar niet materieel; bijv. de wet die de voogdij over de minderjarige koning
regelt. Gemaakt in formele zin, maar geldt niet voor alle burgers.
- Materieel maar niet formeel; bijv. een provinciale vordering. Is niet gemaakt in
formele zin, maar geldt wel voor alle mensen binnen de provincie.
, De rangorde van het materiële recht is:
- De Grondwet
- Wetten in formele zin
- Algemene maatregelen van bestuur
- Ministeriële regelingen
- Provinciale vorderingen
- Gemeentelijke vorderingen
De hogere wet gaat voor een lagere wet. (Provinciaal boven gemeentelijk)
2. Gewoonte recht
Onder gewoonte kan worden verstaan een geregeld handelen in een zekere kring,
bijvoorbeeld een bedrijfstak. Het gewoonterecht is algemeen erkend als zelfstandige
rechtsbron naar de wet. Gewoonte wordt pas beschouwd als recht als:
- De handelingen een gevolg zijn van de overtuiging dat iemand zo behoort te doen
- Dat afwijking van de gewoonte als onbehoorlijk wordt ervaren in bijv. de bedrijfstak.
3. Jurisprudentie
Rechterlijke uitspraken van de hoogste rechters kunnen in de praktijk ook betekenis
krijgen voor anderen dan procespartijen. Soms krijgen deze uitspraken dezelfde
werking als algemene regels. De wet is zelden duidelijk. Om rechtsregels uit te leggen
wordt er gebruik gemaakt van interpretatie. Er zijn 5 verschillende
interpretatiemethoden:
- Grammaticale interpretatie
Welke juridische betekenis heeft een bepaald woord en/of welke betekenis wordt
aan een woord in het normale spraakgebruik gehecht.
- Historische interpretatie
Wat heeft de wetgever beoogd met de wijziging van de wet en waarom wilde hij
deze wijziging? Wat heeft de wetgever precies bedoeld met de gebruikte
uitdrukkingen en woorden? De totstandkoming van een wet is veelal een gevolg van
maatschappelijke ontwikkelingen.
- Teleologische interpretatie
Wat is de bedoeling van de wet, waar dient deze voor?
- Anticiperende interpretatie
Hier houdt de rechter rekening met een wettelijke regel die nog niet is ingevoerd.
- Systematische interpretatie
Hierbij wordt de (nieuwe) wetsbepaling in verband met andere wetsbepalingen
toegepast en uitgelegd.
4. Verdragen
Dit zijn internationale overeenkomsten tussen twee of meer staten.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rensketevelde. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.