Leerdoelen inleiding
communicatie.
Hoofdstuk 1 communicatie:
1.1 + 1.2 Je weet wat het communicatie vak inhoudt en kunt trends
en ontwikkelingen benoemen en herkennen.
Communicatie als vak:
In het dagelijks leven communiceer je bewust en onbewust. Eigenlijk is
alles wat je doet communicatie. Het vak communicatie richt zich op het
communiceren met, door en in organisaties.
Kort samengevat wat het van communicatie inhoudt:
- Het vak communicatie richt zich op het communiceren met, door en
in organisaties.
- Communicatie is een vak voor doeners die verder denken
- Communicatie professionals zorgen voor verbinding, voorkeur en
vertrouwen.
- Communicatie betekend letterlijk in commune brengen, dus
gemeenschappelijk maken.
- Communicatie gaat niet meer om het zenden naar om verbinding
leggen en het aangaan van de dialoog.
Trends en ontwikkeling:
Er zijn 8 trends en ontwikkelingen.
1. Digitalisering en online.
Door sociaal media gaat communicatie nu veel sneller en is er een
lage drempel om informatie te delen. Vroeger was je een passieve
consument: je keek naar de tv en je las de krant. Nu is iedereen een
producent: je plaatst een foto op Instagram of een reactie onder een
poost op fcacebook.
Bijvoorbeeld: online boodschappen doen i.p.v. in de winkel.
2. Data driven en real time.
Activiteiten online worden vastgesteld en hierdoor is er enorm veel
data opgeslagen van mensen. Bedrijven gebruiken deze data om op
hun klanten in te spelen. Daarmee wordt communicatie
persoonlijker. We verwachten ook dat een organisatie snel reageert
als in nu! ‘Speed is everything’
Bijvoorbeeld: persoonlijke bonuskaart, kleding die voorbijkomt in
een advertentie die jou aanspreekt.
3. Emotie en de sociale omgeving.
, Communicatie is gefocust op emotie en beïnvloeding via de sociale
omgeving. Uit onderzoek is naar het brein en gedrag dat wij meer
emotionele wezens zijn dan rationale.
Als de communicatie de emotie niet raakt, komt niets in beweging.
Verder We letten ook op wat andere doen.
Bijvoorbeeld: een reclame over een plofkip, of een reclame over een
goed doel steunen.
4. Van tekst naar beeld.
Tekst is vervang voor beeld. Blogs vlogs; Foto’s video’s.
Bijvoorbeeld: online reclames
5. Transparantie en open communiceren.
Organisaties hebben niet langer meer de controle van wat er over
hun gezegd word. Mensen kunnen overal hun menig geven over
organisaties. Veel wat organisaties doen is ook meteen zichtbaar
omdat nieuwtjes van sociaal media bekend zijn. Een organisatie
moeten dus oprecht en transparant zijn en zich niet beter voordoen
dan ze is. Zeg wat je doet en doen.
Bijvoorbeeld: actie AH 1 + 1 gratis (nakomen wat je zegt)
6. Duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord
ondernemen.
Bedrijven moeten aantonen dat het duurzaam en maatschappelijk
verantwoord onderneemt.
Bijvoorbeeld: kleren niet door kinderen gemaakt moeten worden.
7. Accountability en meetbaar maken
Accountability betekend dat als je communicatieprofessional zowel
je verantwoordelijkheid neemt als verantwoording aflegt aan de
organisatie. Het gaat om aangeven wat je gaat doen, waarom je dat
doet en wat de mogelijke resultaten zijn. Het is meetbaar maken van
het rendement van de communicatie
Bijvoorbeeld: een nieuwe actie of reclame bedenken bij AH en dat
op kantoor duidelijk maken.
8. Leven in netwerk
De verbinding tussen individuen en tussen organisaties nemen
steeds meer de vorm van netwerken aan. Een netwerk is een
verzameling van verbonden personen of groepen. Netwerken
veranderen in een soort bubbels waarbij er bijna geen oog meer is
voor wat er buiten de eigen kring gebeurd.
Bijvoorbeeld:
Op facebook ga je je aanmelden bij een community, Een groep die je
zo kan gaan volgen. Je vindt het leuk en interessant om bij te houden
wat ze doen.
Contact zoeken met andere werkende mensen bij een ander bedrijf
van misschien wel een andere sector.
,5.5 Je kent en herkent de drie domeinen van communicatie.
Interne communicatie: (communicatie binnen een organisatie)
medewerkers, informeren, motiveren.
Bijv. webcast, presentatie informatie naar medewerkers.
Coprate communicatie: (reputatie uiting van merk. Imago van merk)
(investor)relaties, imago, vertrouwen.
Bijv. brandfilms, kernwaarde, staking of fusie overnamen.
Marketingcommunicatie: (verkopen van producten!)
Klanten, loyaliteit.
Bijv. KLM-wereld weken. En parfum reclames.
5.5 Je weet wat publieksgroepen, stakeholders en doelgroepen zijn.
Publiekgroepen en stakeholders: deze heb je als organisatie.
Doelgroepen: deze kies je als organisatie
Publieksgroepen: (die heb je)
Groep waar je contact mee onderhoudt en samen werkt.
We onderscheiden interne, algemene, politieke, financiële
publieksgroepen.
- Bij algemene publieksgroepen horen bijv.; omwonenden,
maatschappelijke instellingen, onderwijsinstellingen.
- Bij politieke publieksgroepen horen bijv.; overheden, politieke
partijen, ministeries, vakbonden.
- Bij financiële publiekgroepen horen bijv.; klanten, banken,
concurrenten, sponsoren, leveranciers.
Stakeholders: (die heb je)
Stakeholders zijn personen of groepen die invloed hebben op een project,
afdeling of organisatie en/of worden door beïnvloed.
Binnen de publieksgroepen kun je de stakeholders benoemen. Een
stakeholder is een belanghebbende persoon of organisatie die zowel
positief als negatief invloed ondervindt of kan uitoefenen op een
organisatie. Ze zijn binnen de publieksgroep te vinden.
Doelgroepen: (die kies je)
Het verschil tussen publieks- en doelgroepen is eenvoudig:
publieksgroepen heb je, doelgroepen kies je. Soms kies je ervoor de
doelgroep via een tussengroep te benaderen. Deze tussengroep noemen
we ook wel intermediairs.
1.4 Je kunt de taken van de communicatie(adviseur) benoemen en
herkennen.
Volgens communicatie-expert Ron van der Jagt zijn er drie hoofdtakken
voor communicatie: reputatie, regie en realisering.
, - Reputatie: (opbouwen van en relatie en beschermen van een
reputatie door de
Uitdraging van de kernwaarde van je bedrijf.)
Ten eerste het gaat bij een strategisch niveau om het bouwen en het
beschermen van de reputatie. Om het bouwen van een relatie zodat
de organisatie (in tune,” goed kunnen samenwerken en elkaar
bouwen”.) is met haar omgeving. Zo werk je als
communicatieprofessional aan het in- en externe vertrouwen in de
organisatie.
- Regie: (de huilstijl moet kloppen en je denkt goed na over de
kernboodschap)
Ten tweede gaat het om de juiste toon en timing: om de regie. Om
het communicatiever maken van de organisatie. Je brengt de
analyses en communicatiestrategie in praktijk. Je denkt goed na
over een heldere kernboodschap met daaraan gekoppelde thema’s.
Nu er zo veel kanalen zijn, is het helemaal belangrijk dat er niet te
veel verschillende boodschappen zijn. Zonder aansturing ontstaat
een veelheid aan verhalen die in het ergste geval elkaar ook nog
tegenspreken.
- Realisatie: (de creatieve kant van het vak, je voert het uit en maakt
het)
Ten derde gaat het om de realisatie. De ambachtelijke en creatieve
kant van het vak. Dan komt het aan op een feilloze uitvoering. Met
onderscheidende concepten die verwoorden, verbeelden en het
verschil maken.
Een goede samenwerking met Human Resources (HR) is van belang
om interne communicatie goed te laten verlopen en het
engagement van de medewerkers te versterken. Ook bij de werving
van nieuwe medewerkers wordt veel samengewerkt.
Zes kerntaken communicatieprofessional:
Adviseren:
- Bepalen van de communicatie aanpak en inzet van middelen.
- Adviseren over identiteit, reputatie en merk.
- Versterken van de interne communicatie.
Integreren:
- Realiseren van de communicatie.