Hoofdstuk 1; Criminologie, een terreinverkenning
Criminologie=de wetenschap die zich bezighoudt met de bestudering van de aard en achtergronden
van menselijke gedragingen die door de wetgever strafbaar zijn gesteld en van de wijze waarop de
overheid+overige maatschappij hierop op reageert
Reacties van criminaliteit; plaatje boek (p.20)
^mensen reageren emotioneel op crim., oplossing; onafhankelijke, professionele rechters!
Criminaliteit is relatief; tijdsgebonden&plaatsgebonden
criminalisering=invoering van nieuwe, wettelijke bepalingen waardoor op bepaalde gedragingen
strafsancties worden gesteld
decriminalisering=het schrappen van bestaande strafbepalingen → wiet, prostitutie
Europa; strafproces verschoof van een accusatoir systeem (rechter lijdelijk) naar een inquisitoir
systeem (rechter gaat actief op zoek naar de waarheid!; actieve posities)
Stromingen kwamen op over criminaliteit;
1)Verlichting; doel afschrikking+nuttig maken van wetsovertreders (werken) (Coornhert)
2)Klassieke school; proportionaliteitsbeginsel, gelijkheidsbeginsel, legaliteitsbeginsel en
rechtszekerheid centraal (Beccaria)
3)Positivistische school; criminaliteit is gedetermineerd→ positivisme; menselijk gedrag kan met de
methoden van natuurwetenschappen beoordeeld worden
3.1)Italiaanse antropologie school; de oorzaken van crim. gedrag zit in de mens zelf en was sterke
beinlvloed door de medische wetenschap (Lombroso; meer in h4)
3.2)Franse milieuschool; criminaliteit komt niet door de vrije wil besluiten van individuen, maar door
maatschappelijke wetmatigheden (sociaal determinisme; armoede→ je bent gedetineerd om crimineel
te worden)
4)Socialistische criminologie; mix van alle stromingen in storming 3→ crim. zou verdwijnen als er een
grotere soc. gelijkheid is+minder onderdrukkend justitieel overheidsapparaat (Marx en Engels)
5)Nieuwe richting en kritische crim. (machtsongelijkheid, labelling, secundaire deviantie) → aandacht
voor daden, maar ook de dader en zijn omstandigheden die hem tot de daad hebben geleid,
^aandacht voor recidive, socialisatie, minder voor vergelding/straffen
6)Amerikaanse criminologie; gebrek sociale samenhang+gemeenschap leiden tot crim,
anomie+straintheorie (komt in h5.)
7)Nieuwe zakelijkheid; ietsje zwaarder straffen, maar ook weer renaissance van de Franse
milieuschool+bio+psychologische factoren
→ veel discussie over criminaliteit binnen de politiek, allemaal gekleurd perspectief
crime science; strikte toepassing van wetenschappelijke methoden bij crim. onderzoek
^past bij de positivistische school, geeft een betrouwbaarder beeld over criminaliteit.
Aandachtsgebieden binnen de criminologie
1)Beschrijvende crim.; bestudeert de statische verdeling van criminaliteit in tijd en ruimte
2)Etiologie; oorzaken van crimineel gedrag+criminaliteit (bio, psych., eco., soc.)
3)Penologie; reacties op criminaliteit=studie van de effectiviteit van formele straffen
→ ook police science, forensic science; empirische reflectie op het recht+rechtspraak
4)Criminaliteitspreventie, 5)Victimologie, 6)Niet-commune criminaliteit; internationale
misdrijven=terrorisme, georganiseerde misdaad, witteboordencriminaliteit
Criminaliteit is dynamiek/verandert, verklaringen; ma. verandering, tech. veranderingen,
cultuurverschillen, crisissen (N+W veranderingen
Hoofdstuk 2; Beschrijvende criminologie
1)Politiecijfers; de door hen geregistreerde delicten m(ook waarvan de dader nooit is gevonden) →
haalwerk (zelf controles) en brengwerk (aangifte particulieren)
, →kan aangegeven worden door frequenties(=absolute aantal geregistreerde delicten) of door
criminaliteitsindex=aantal misdrijven dat ter kennis is gekomen bij de politie per 100.000 of duizend
Nederlanders
→ uitsplitsingen vd cijfers o.b.v soorten delicten, delicten per politieregio/politiedistrict/ stad
→de politiecijfer wezen op een stijging van de misdaden (1965-1985), maar misschien is de
criminaliteit wel helemaal niet gestegen maar de aangiftebereidheid, registratie bereidheid of betere
technologie etc.
→ internationale politiecijfers zijn lastig; verschillende definities, aangiftebereidheid en
registratiebereid verschilt ook
maar… verborgen criminaliteit (dark number); misdrijven die niet ter kennis komen!
2)Dader-enquêtes → inzicht in dark number; hebben zij een delict gepleegd en is dit geregistreerd?
Hoe hebben ze dit delict gepleegd?
→ betrouwbaar? mensen kunnen liegen, overdrijven, wenselijke antwoorden te geven, verzwijgen
door shchaamte
3)Slachtofferenquêtes → inzicht in dark number; zijn zij slachtoffer geweest? Hebben ze het
gerapporteerd?
→ook slachtofferloze delicten, geheugen kan iemand in de steek laten, definitie verschillen, sommige
delicten zijn weinig slachtoffers van, enquêtes bevatten ook vaak lichtere definities van delicten
(nafluiten) die niet onder echt strafrecht vallen
Betrouwbaarheid van 2+3 verbeteren; anonimiteit, Eis van 2+3; aselecte-selectie, Landelijke/
regionale en internationale enquêtes!
4)Cijfers van het OM, 5)Advocaten; niet heel betrouwbaar→ geeft maar een kant weer, wel een
goede band met dader/slachtoffer dus heeft misschien info die anderen niet hebben
6)Onderzoeksbureaus; vaak geen inzicht in meteorologie, niet representatief, wel dark number
inzicht!
Prevalentie=wel/niet; welke percentage van de bevolking is dader/slachtoffer?
Frequentie=absolute aantallen delicten
Index=per .. inwoners
Grey number=wel aangegeven, niet doorgevoerd als delict
Afnemen dark number; nieuwe opsporingstechnieken, politiebeleid, aangiftebereidheid omhoog,
nieuwe wetgeving
Criminaliteit is in westerse landen na 1990-1995 gaan dalen; bevestigd door politiecijfers en
enquêtes; verklaring in h5 (betere sociale omstandigheden, sociale zekerheid)
!!! als je ziet dat de criminaliteit daalt, moet je kritisch nadenken of dit wel echt geconcludeerd
kan worden. Is het echt door afname van de criminaliteit of komt dit door een andere aangifte
of registratie bereidheid? En denk aan het dark number! WEES KRITISCH!
Hoofdstuk 3; Het strafrechtelijk systeem in actie
De belangrijkste onderdelen in het strafrechtelijke systeem;
1)De strafwetgever; de centrale overheid en de lagere overheden
2)De politie; de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen die
deze behoeven→ opsporen van strafbare feiten
ophelderingspercentage=het percentage ter kennis gekomen misdrijven waarvan een verdachte
bekend wordt→ hoogte afhankelijk van; 1)de aard van het delict, 2)beleidsmatige en juridische
kenmerken van het strafrechtelijk systeem, 3)de criteria van wat geldt als een opheldering en hoe
deze worden geregistreerd
Hoe beoordelen we de prestatiemaat van de politie?
Ophelderingspercentage kan dus, maar wel enkele beperkingen. Veiligheidsmonitor in wijken. De
ontwikkeling van de criminaliteitscijfers en/of slachtoffers percentages is ook een goede meet manier.
3)Het OM; strafrechtelijke handhaving van de rechterlijke handhaving van de rechtsorde