Hoorcollege Aantekeningen- Inleiding Orthopedagogiek 31 maart 2022
HC1 – Introductie
Orthopedagogiek
Wat je moet weten: Wat opvoeden is, wie opvoeders zijn, wat is het doel van opvoeden, wie
opgevoed kan/moet worden, hoe je leert opvoeden, wanneer is professionele hulp nodig, waar houdt
een orthopedagoog zich mee bezig?
Vervangingsfactor – hoeveel kinderen nodig voor het in stand houden voor huidige bevolkingsaantal:
2,1 → Incl. kans op overlijden erbij
Orthopedagogische veld
- Wervelden – Waar?
- Werkwijzen – Hoe
- Theorieën/ modellen – Waarom
- Probleemvelden/ doelgroepen – Wie?
Wat is opvoeden?
- Een vorm van socialisatie → Proces van ‘inlijven’ van nieuwkomers in een groepsverband
- Iemand vertrouwd maken met de cultuur van een groep (cultuur= kennis, vaardigheden,
normen, waarden, gewoonten etc.)
- Opvoeden wordt grotendeels ongeorganiseerd door amateurs uitgevoerd
- Wordt ook bestudeerd in de sociologie en Ontwikkelings- en sociale psychologie
Opvoeden is geen activiteit op zich: Procesmodel van Belsky (1984)
- Is opvoeden noodzakelijk?
→ Volgens Langeveld is opvoeden wezenlijk voor mens- wording. Een mens is een
animal educandum (= dier dat opgevoed moet worden)
- Theorieën van opvoeden zijn relatief want gebonden aan cultuur en tijdperk waarin ze
ontstaan
- Revivals komen ook voor → Rust, Reinheid, Regelmaat vs. Veiligheid, Structuur en
Consequent zijn
- De roep om de ambachtsschool en de kleuterjuf
Samengevat: Theorieën met een doel
- Opvoeding is het proces waarin een persoon wordt gevormd naar normen en waarden van
diens opvoeder en daarmee meestal naar de voornaamste normen en waarden van de
samenleving (Normen en waarden kunnen verschillen voor subgroepen)
- Opvoeden beoogt socialisatie een kind tot zelfstandigheid te brengen
, - De westerse opvoeding is er hoofdzakelijk op gericht het kind te helpen mondig te worden,
in staat tot een bekwaam en moreel betrouwbaar deelnemen in de maatschappij
Manier van omgang met elkaar verandert heel snel – verschil omgang telefoons, kritisch denken
Opvoeden volgens Kok
‘Opvoeden is het in relatie staan van opvoeder en opvoedeling, waarin de opvoeder zich als persoon,
als zijn wijze van mens- zijn presenteert, een klimaat creëert dat persoonlijkheidsgroep bevordert en
leefsituaties zo dat deze optimale kansen bieden op zelfontplooiing.’
Kinderen leren voornamelijk door het gedrag van de ouders en hoe zij zich presenteren
- Opvoeden is een functioneel proces
- Geen sprake van einddoelen maar deelstappen (fietsen, diploma halen etc.)
- Zowel kind- als ouderperspectief is belangrijk
- Perspectief afwezig → professionele hulp nodig
- Uitwerking van Kok
- 1e graads strategie: Ontwikkeling, opgesplitst in 3 factoren; affectief, cognitief, conatief
(rijping)
- 2e graads strategie: Opvoeden, richt zich op het creëren van; relatie, klimaat, situaties
hanteren (kansen bieden) – bijv. plaatsing op een groep (andere omgeving; regelmaat)
- 3e graads strategieën: Individuele variatie, per kind differentiëren
Pedagogiek
Houdt zich bezig met de normale opvoeding van normale kinderen
- Alle schakelingen in het leven die niet tot opvoedingsproblemen leiden
- Zoals het was/ Norm als einddoel; ideaal streven/ Norm als gemiddelde
- Afhankelijk van perspectief en cultuur, tijdsbesef
Bijna al het onderzoek op basis van moeder- kind relatie → Oud perspectief, vrouwen spenderen
vaak meer tijd met kind
Basisdoelen opvoeding Riksen- Walraven
1. Bieden van emotionele veiligheid
2. Gelegenheid bieden voor het ontwikkelen van persoonlijke competentie
, 3. Gelegenheid bieden voor het ontwikkelen van sociale competentie
4. Overdragen van waarden en normen
Orthopedagogiek
- ‘Ortho’ betekent ‘recht’. Een orthopedagoog zet een vastgelopen opvoeding recht
- Orthopedagogiek is een onderdeel van de pedagogiek
- Orthopedagogiek richt zich op de beschrijving van de aard en de achtergronden van
problemen bij het opvoeden met het oog op onderkenning, behandeling en preventie
- Wanneer de betrokkenen onderkennen niet verder te kunnen, of omstanders die ingrijpen
Continuüm van opvoedingsvragen:
POS (Problematische OpvoedingsSituatie)
- Intern gedefinieerd: door personen in het systeem (ouders/ kinderen zelf)
- Extern gedefinieerd: door personen buiten het systeem
- Primair opvoedingsprobleem:
Opvoeder slaagt er moeilijk in om de pedagogische vraag van het kind goed in te
schatten of de benodigde opvoeding te realiseren (bijv. handicap)
- Secundair opvoedingsprobleem:
Handelingsverlegenheid van opvoeder is (mede) het gevolg van kenmerken van he
kind, de opvoeder of de context (bijv. ADHD, autisme, ouder weet niet de omgang)
Waarom gaat het mis?
- Iedereen kan toch opvoeden en meestal gaat het goed – Micha de Winter
- De bronnen van de opvoeding zijn volgens Ter Horst (1980)
1. Traditie → opvoeden zoals zij zelf zijn opgevoed
2. Intuïtie → combinatie van traditie, nadenken en ervaringen
3. Gezond verstand → Reflecteren
Waarom gaat het dan mis op deze vlakken?
Traditie:
- Modieuze schommelingen
- Opgroeien in een andere cultuur
- Eerste kind met afwijking in gezin/familie
, Intuïtie:
- Onzekerheid
- Negatieve ervaringen in het verleden (met agressie, door mishandelde ouder)
- Mismatch ouder en kind bijv. ten gevolge van temperament of persoonlijkheid
Gezond verstand:
- Ontbreken aan onvoorwaardelijke liefde en emoties
- Stoornis bij ouder/opvoeder (bijv. zwakbegaafd, psychische stoornis)
- Financiële stress
Einddoel PWO: Scientist Practitioner
Zowel gebruik maken van de wetenschap en intuïtief
handelen
Orthopedagogiek houdt zich bezig met 3 werkvelden:
- Kinderen met opvoedings en gedragsproblemen; Jeugdzorg, GGZ, Kinder- en Jeugdpsychologie
- Kinderen met beperkingen; Gehandicaptenzorg, Demente bejaarden, Neuropsychologie
- Kinderen met school- en leerbehoeften: Speciaal basisonderwijs en clusterscholen, Regulier basis-
en middelbaaronderwijs, Onderwijswetenschap
HC2 – Ontwikkelingen in de
Orthopedagogiek I
Waarom is de klachtanalyse in de orthopedagogische diagnostiek zo belangrijk?
Algemene info orthopedagogiek
- Er is altijd aandacht geweest voor context, wel accentverschuiving (altijd opvoeding,
omgeving en onderwijs meegenomen)
- Oost-Europa: Orthopedagogiek = Defectologie
- Onderzoek gebaseerd op groepen → individueel niveau is belangrijk
Van Medisch naar interactionistisch denken
- Monocausaal denken deden pedagogen niet aan → Holistisch denken/ in dynamische
systemen
- Vroeger: Voornamelijk observeren en daaruit conclusies trekken → Nu: Systematischer
werken → Empirisch werk (proefondervindelijk)