Diagnostiek en interventie in het
onderwijs, artikelen
AOLB 2, Semester 2a, 2021-2022
Sinja Wildeboer
Inhoudsopgave
Ledoux, L. (2021). Wat heeft de invoering van passend onderwijs in Nederland opgeleverd voor leerlingen?
Pedagogische studiën, 98, 285-302................................................................................................................. 2
Olsen, L.M. (2003). Pathways to collaboration. Reclaiming Children and Youth, 11(4), 236-239.......................4
Webster, R., & Blatchford, P. (2020). Rethinking the use of teacher aids. In L.J. Graham (Ed.), Inclusive
education for the 21st century (1st ed., pp. 382-400). Routledge....................................................................5
Siegle, D., & Powell, T. (2004). Exploring teacher biases when nominating students for gifted programs.
Gifted Child Quarterly, 48, 21–29................................................................................................................... 7
Reeve, J. (2012). A self-determination theory perspective on student engagement. In S.L. Christenson, A.
Reschly & C. Wylie (Eds.), Handbook of research on student engagement (pp. 149-172). New York: Springer..8
Stroet, K., Opdenakker, M.-C., & Minnaert, A. (2013). Effects of need supportive teaching on early
adolescents’ motivation and engagement: A review of the literature. Educational Research Review, 9, 65–87.
.................................................................................................................................................................... 11
Davis, A. S. (2008). Children with down syndrome: Implication for assessment and intervention in the school.
School Psychology Quarterly, 23(2), 271–281...............................................................................................13
Haakma, I., Janssen, M., & Minnaert, A. (2017). The Influence of Need-Supportive Teacher Behavior on the
Motivation of Students with Congenital Deafblindness. Journal of Visual Impairment & Blindness, 111(3),
247–260....................................................................................................................................................... 17
Afwegingskader kindermishandeling............................................................................................................ 19
Cole, Greenwald, Gadd, Ristuccia, Wallace, & Gregory (2009). Helping traumatized children learn. Hoofdstuk
1 en 2.......................................................................................................................................................... 21
Van Os, E. C., Zijlstra, A. E., Knorth, E. E., Post, W. W., & Kalverboer, M. M. (2018). Finding keys: A systematic
review of barriers and facilitators for refugee children's disclosure of their life stories. Trauma, Violence &
Abuse, 21(2) 242-260................................................................................................................................... 29
d’Abreu, A., Castro-Olivo, S., & Ura, S. K. (2019). Understanding the role of acculturative stress on refugee
youth mental health: A systematic review and ecological approach to assessment and intervention. School
Psychology International, 40(2), 107–127..................................................................................................... 31
Perry, J. M., Modesti, C., Talamo, A., & Nicolais, G. (2019). Culturally sensitive PTSD screening in non-Western
youth: Reflections and indications for mental health practitioners...............................................................34
,Ledoux, L. (2021). Wat heeft de invoering van passend onderwijs in
Nederland opgeleverd voor leerlingen? Pedagogische studiën, 98,
285-302.
Passend onderwijs (2014) = een stelselwijziging van vooral bestuurlijk-organisatorische aard.
- Moet leiden tot verschillende acties: samenwerkingsverbanden maken beleid, scholen
verbeteren en versterken de eigen ondersteuningsstructuur, leraren verhogen hun
deskundigheid en vaardigheden en uiteindelijk moeten leerlingen profiteren.
Het is aan de samenwerkingsverbanden om afspraken te maken over doelen, doelgroep en
beoogde effecten op leerlingenniveau.
1 van de problemen die passend onderwijs moest oplossen: verschijnsel van leerlingen die thuiszitten
als gevolg van verkokering in het stelsel en de vrijheid van scholen om eigen toelatingsbeleid te
voeren
Verwachting: de samenwerkingsverbanden gaan dit probleem oplossen
o Scholen hebben een wettelijke zorgplicht gekregen
o De plicht om voor elke leerling met extra ondersteuningsbehoefte een passend
aanbod te vinden, op de eigen school/scholen of elders in het
samenwerkingsverband
Een andere verwachting was dat passend onderwijs zou leiden tot meer samenwerking tussen
reguliere en speciale scholen, en meer tussenvoorzieningen
Ook is er discussie over de vraag of het opvangen van meer leerlingen met extra onderwijsbehoeften
in de reguliere klas effect zou kunnen hebben op de overige leerlingen
Nieuwe verplichtingen ingevoerd voor het onderwijs:
o Scholen moeten een schoolondersteuningsprofiel opstellen, waarin zij beschrijven welke
extra ondersteuning zij kunnen bieden voor leerlingen die dat nodig hebben, en voor elke
leerling die extra ondersteuning krijgt, is het verplicht om een ontwikkelingsperspectiefplan
op te stellen.
Leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften: leerlingen in het speciaal onderwijs, maar binnen het
regulier onderwijs is niet duidelijk hoeveel en welke leerlingen het betreft.
o (Gemiddeld) 1 op de 5 leerlingen is een leerling met extra ondersteuningsbehoeften (volgens
leraren).
Duidelijk is dat de omvang van de doelgroep van passend onderwijs sterk kan variëren, afhankelijk
van de gehanteerde definitie/de gehanteerde criteria
De meest voorkomende soorten problemen van leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften
hebben te maken met:
o Problematische werkhouding (waaronder gebrek aan concentratie)
o Internaliserende problematiek (waaronder gebrek aan zelfvertrouwen en negatief zelfbeeld)
o Externaliserende problematiek (waaronder sterk storend, overactief en impulsief gedrag)
In plaat van een afname van de leerlingen op het speciaal onderwijs, is er uiteindelijk een (kleine)
toename
Verklaring:
o Scholen voor regulier onderwijs hebben leerlingen met extra onderwijsbehoeften lang zelf
vastgehouden, tot een moment waarop ze tegen hun grenzen zijn aangelopen en alsnog
verwijzingen in gang hebben gezet
,De samenwerkingsverbanden zijn verantwoordelijk voor de verdeling van de middelen voor passend
onderwijs in hun regio, en ook voor de beheersing van de kosten voor de ondersteuning van
leerlingen, omdat ze het met een vast budget moeten doen.
Of passend onderwijs ertoe leidt dat leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften succesvoller
loopbanen hebben in het onderwijs, en daarna op de arbeidsmarkt, kan nog niet beantwoord
worden
o Er zijn geen grote verschillen in bereikt onderwijsniveau tussen leerlingen met en zonder
extra ondersteuningsbehoeften aan het eind van het voortgezet onderwijs
Leerlingen met downsyndroom blijven sinds de invoering van passend onderwijs iets langer in het
regulier onderwijs
In leerwinst (de groei van de vaardigheid over de jaren heen) zijn, bij leerlingen met extra
ondersteuning vs leerlingen zonder, de verschillen gering.
Leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften blijken in het regulier basisonderwijs lager te scoren
op cognitief zelfvertrouwen en hun welbevinden met medeleerlingen.
Wat leerlingen vinden over de extra ondersteuning:
o Leerlingen zijn positief over de ondersteuning
o Leerlingen vinden dat hun eigen leerstijl/aanpak beter wordt en dat ze een beter gevoel over
zichzelf krijgen
o De meeste vinden dat de ondersteuning een positief effect heeft op hun leerprestaties
o Een deel ervaart problemen met acceptatie door anderen op hun school, een ander deel niet
Er lijken geen directe risico’s te zijn dat andere leerlingen geschaad worden door de aandacht die
nodig is voor leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften.
Tuiszitters: leerlingen die leerplichtig zijn en meer dan drie maanden ongeoorloofd verzuimen van
school
o Terugdringen van thuiszitters is als belangrijk doel geformuleerd
Zorgplicht: een school moet bij aanmelding van een kind met extra
ondersteuningsbehoeften onderzoeken of ze de leerling passende ondersteuning kunnen
bieden, en als dat niet het geval is zelf een andere passende school moet zoeken die de
leerling wil opnemen.
o Ambitie om thuiszitten te voorkomen of op te lossen is nog (lang) niet gehaald
o Het gaat vaak om leerlingen waar ingewikkelde problematiek speelt, zoals angsten,
depressies, pesten, ouders die een verwijzing niet accepteren, leerlingen die uit
(semi)residentiële instellingen komen
o Grijs gebied: ziektemelding terwijl er andere dingen aan de hand zijn
o Een problematische thuissituatie speelt bij veel leerlingen een rol
o Zelden lijkt de oorzaak van thuiszitten uitsluitend te liggen in tekortschietende of onwillige
scholen
, Olsen, L.M. (2003). Pathways to collaboration. Reclaiming Children
and Youth, 11(4), 236-239
Samenwerken (Bruner 1991): een proces om doelen te bereiken die niet efficiënt kunnen worden
bereikt door alleen te werken
Doel = creëren van diensten voor gezinnen die de gezinsresultaten verbeteren
Essentiële ‘ingrediënten’ voor het aanbrengen van veranderingen en het verbeteren van
dienstverleningssystemen aan kinderen en gezinnen:
o Een klimaat voor verandering en het besef dat er een probleem bestaat met een visie om het
op te lossen
o Leiders die verschillende perspectieven kunnen innemen, en kunnen dienen als begeleiders
van samenwerkingsflexibiliteit
o Adequate toewijzing van middelen om dingen anders te doen
o Probleemoplossende structuren en proces voor het omgaan met conflicten
o Aangetoonde resultaten in de manier waarop gezinnen worden behandeld, en in de
gevoeligheid van de instelling voor hun behoeften
Proces van het oplossen van problemen en werken aan een gemeenschappelijke agenda vindt plaats
wanneer mensen samen tijd doorbrengen en hun meningsverschillen oplossen.
Leidt tot ondersteunende relaties, waarvan de belangrijkste sterke relaties zijn die zich
ontwikkelen met families in de gemeenschap.
Bij samenwerkingsrelaties gaat het om menselijke verbindingen op basis van gedeelde macht en
vertrouwen.
Doel van samenwerken: het voor mensen in verschillende posities mogelijk maken om tot een
gemeenschappelijk belang te komen.
Samenwerkende teams, waarvan de leden elkaar vertrouwen en toegewijd zijn, zijn belangrijke
indicator voor het succes van scholen
De doelen van de samenwerken moeten aansluiten bij de doelen van de individuele deelnemers.
Duidelijke mijlpalen op de weg naar samenwerking:
o Samenkomen
o Vertrouwen en eigenaarschap opbouwen: teams lijken succesvoller te functioneren als de
leden een cultuur delen
o Vertrouwen begint met de vorming van persoonlijke werkrelaties
o Ontwikkelen van een strategisch plan: succesvolle samenwerkingen worden gedreven door
een specifieke behoefte en een nauwkeurige probleemdefinitie
o Identificeren van een gedeelde missie en visie
o Administratieve ondersteuning bieden
o Zorgen voor wederzijds voordelige resultaten
Conflict in samenwerking
o Moet gevoelig worden aangepakt, met behulp van effectieve communicatieve vaardigheden
Samenwerking kan profiteren van diversiteit: een van de eerste stappen in samenwerking is het
opbouwen en behouden van respect voor diversiteit van meningen en expertise.
3 fundamenten van succesvolle samenwerking:
1. Interpersoonlijke relaties
2. Agency support
3. Gebruik van hulpbronnen