Inleiding HRM en Organisatiekunde Aantekeningen
Definitie en doelen van HRM:
HRM is dat aspect van management dat gericht is op reguleren van arbeidsrelaties
zodat deze productief zijn, voor beide partijen in evenwicht en volgens de norm.
Instroom = Werving en Selectie van personeel:
- Personeelsbehoefte en –planning; Het aantal en soort personeelsleden dat
een bedrijf nodig heeft om tot een evenwichtig personeelsbestand te komen
->stappenplan. Personeelsbehoefte kwalitatief en kwantitatief.
- Functieanalyse,-beschrijving en –waardering; Systematische analyse van de
inhoud van de functie en de daarbij behorende eisen d.m.v. diverse
methoden. Functiebeschrijving komt tot stand op basis van een
functieanalyse -> waarvoor gebruikt? Functiewaardering is een methode
waarmee in een organisatie de functies naargelang zwaarte worden
gerangschikt. Observeren omschrijft wat er gebeurt bij een functieanalyse. Je
rol binnen een organisatie is je functiebeschrijving. Het verschil in
verantwoordelijkheden per functie is je functiewaardering.
- Arbeidsmarktcommunicatie; Planmatig proces. Arbeidsmarktcommunicatie
plan. Planmatig proces wat te maken heeft met je bedrijfsimago.
- Werving en wervingsmiddelen; Intern en externe werving zijn beide mogelijk.
Wervingskanalen zijn mogelijkheden om je vacature te verspreiden. De
werving en selectie kan worden uit besteedt zodat echte specialisten,
headhunters, er naar kunnen kijken. Wervingsmiddelen en –kanalen.
Personeelsadvertentie. Een selectiemiddel is je kandidaat een test laten
maken. Hier de soorten tests:
o -Beroepskeuzetest.
o -Capaciteitentest.
o -Persoonlijkheidstest.
o -Assesementtest.
- Selectie en selectiemiddelen; Selectieprocedure. Soorten selectiemiddelen.
Selectie is de manier van het selecteren van je personeel door middel van
selectiemiddelen.
- Testen van de nieuwe medewerker; Soorten tests -> waarde ervan.
Assesment center.
Doorstroom = Beoordeling, Ontwikkeling, Beloning (binden en boeien van
personeel) P&O juridisch en financieel:
- Functioneringsgesprek;
o 1x per kwartaal vindt dit plaats.
o Er wordt gesproken over de toekomst.
o Het gesprek kan vanuit de werkgever maar ook vanuit de werknemer
zijn. Dit wordt ondertussen ook afgewisseld.
o Het heeft te maken met je loopbaan.
o Gedrag is aan een functie gekoppeld. Hier wordt op beoordeeld. Volg je
dit gedrag goed op en past het wel echt bij de functie die je beoefent.
o De leidinggevende maakt een verslag, maar het is verstandig om dit
ook door de medewerker zelf te laten doen.
, o Het salaris mag nooit centraal staan in het gesprek.
- Beoordelingsgesprek;
o De medewerker moet een kans krijgen om zijn kritiek toe te lichten.
o De manager moet spreken vanuit zijn eigen mening met verhalen van
andere medewerkers op de achtergrond.
o Hoe functioneert de medewerker na de beoordeling?
o Er moet een open communicatie zijn.
- Werkoverleg;
o Er ontstaat een wederzijdse afstemming tussen management en
personeel.
o Werkomstandigheden en arbeidsomstandigheden komen aan bod.
o De behaalde omzet wordt besproken.
o Taakverdelingen, afspraken en lopende processen worden benoemd.
o Er wordt gekeken naar de inzet van het personeel.
o Dit overleg vindt minimaal 1x per twee weken plaats. Het ligt aan de
grote van de organisatie.
o Het voorzitterschap moet rouleren om niet een persoon altijd alles te
laten doen.
- Ondernemingsraad;
o Voor het belang van de werknemers en werkgevers.
o Als er een keuze wordt gemaakt vanuit het management moet het
goed gekeurd worden door de OR.
o Er mogen hier maximaal 25 personen in zitten.
o De OR wordt verplicht als je onderneming meer dan 50 personen in
dienst heeft.
o Instemmingsrecht= Directie en Management mag niks beslissen zonder
goedkeuring.
o Adviesrecht= Directie en Management mag wel veranderen als het
advies anders is, maar dat gebeurt amper als het niet gaat om
personeel.
o Mensen in de OR kunnen niet zomaar worden ontslagen.
o Het wordt bepaald en de tijd die je ervoor krijgt valt onder werktijd.
Uitstroom = Einde arbeidsrelatie (ontslag van personeel):
- Het vertrek van personeel;
o Strategisch belang.
o Samenhang van instroom, doorstroom en uitstroom.
o Vormen van instroom, verloop van personeel.
- Het verloop van personeel;
o Beïnvloeding van push&pull factoren (Pull = aantrekken van
concurrenten).
o Achtergrond.
o Indammen of stimuleren.
- Vormen van pensioen;
o VUT, pensioensregeling en pensioenpremie.
o Pensioen is een natuurlijk verloop van ontslag.
o Er bestaat ook vervroegde uittreding.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper NienkedeWaal. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,54. Je zit daarna nergens aan vast.