Staat
- Drie criteria:
1. Afgegrensd grondgebied
2. Geaccepteerd bestuursgezag (soevereiniteit)
3. Staatsvolk is aanwezig
Overheid
- Bestaat uit allerlei verschillende overheden, die elk hun eigen doelstellingen en
belangen hebben
- Wie maakt politieke keuzes?
We leven in een vertegenwoordigende democratie
Overheid beslist: bestuurders en volksvertegenwoordigers zij die zich
bezig houden met ons aller algemeen belang
- Algemeen belang
Altijd strijd tussen deelbelangen
Een keuze waar iedereen een beetje tevreden mee is als uitkomst:
compromis (poldermodel) behoeften uit de samenleving worden
ingedikt
Zaken van algemeen belang: veiligheid, milieu, onderwijs, infrastructuur,
emi- en immigratie, zorg, etc.
Maatschappelijk middenveld
- Overheid staat niet op zichzelf
- Veel maatschappelijke instellingen (maatschappelijk middenveld)
Zorginstellingen
Vak- en werkgeversbonden
Belangengroeperingen
Politieke partijen
Inrichting overheid
Bestuur Volksvertegenwoordigin
g
Gemeentelijk College van B en W: Gemeenteraad: verkozen
burgemeester is open via verkiezingen
sollicitatie, wethouders
gekozen door
gemeenteraad
Provinciaal Gedeputeerde Staten + Provinciale Staten:
Commissaris van de verkozen via verkiezingen
Koning: commissaris
benoemd door de koning,
GS gekozen door PS
Landelijk Regering: ministers en Staten-Generaal: Eerste
staatssecretarissen o.l.v. en Tweede Kamer samen,
een minister-president, waarbij de Tweede Kamer
, goedkeuring door koning minder macht heeft
Europees Europese Commissie: 27 Europees Parlement: om
commissieleden met een de vijf jaar verkozen via
eigen portefeuille Europese verkiezingen
Landelijke overheid
- Democratie: volk (demos) heeft de macht (kratos)
- Nederland kant een vertegenwoordigende democratie: wij kiezen de mensen
die we de macht geven volksvertegenwoordigers
- Tweede Kamer is de belangrijkste volksvertegenwoordiging:
150 leden
Direct verkozen
Reglement van Orde
o Document waarin de Tweede Kamer haar eigen werkzaamheden regelt
o Taken van de voorzitter en procedures rond vergaderingen en
stemmingen zijn vastgelegd
Kamervoorzitter: meestal afkomstig van de grootste partij
Belangrijke taken op het gebied van wetgeving
Taak om de regering te controleren met behulp van vier middelen
o Vragenrecht: elk Kamerlid mag vragen stellen aan een minister of
staatssecretaris, zowel schriftelijk (indienen bij de voorzitter) of
mondeling tijdens het vragenuurtje op dinsdag
o Recht van interpellatie: wanneer een meerderheid akkoord is, kan een
bewindspersoon naar de Kamer worden opgeroepen om
verantwoording af te leggen
o Enquêterecht: het opzetten van een parlementaire enquête (verhoren
onder ede) of onderzoekscommissie (niet onder ede) om bepaald beleid
(meestal schandalen) nader te onderzoeken
o Budgetrecht: het hebben van zeggenschap over de uitgaven van een
ministerie
Drie vormen van onderzoek
o Uitbesteden aan organisaties of instellingen buiten de Kamer
(Algemene Rekenkamer, Sociaal en Cultureel Planbureau, etc.)
o Onderzoek laten uitvoeren door medewerkers van de Kamers (bv. het
Bureau Onderzoek en Rijksuitgaven)
o Parlementaire enquête of onderzoekscommissie
- Eerste Kamer heeft minder macht
75 leden
Indirect verkozen (getrapt: volk verkiest leden van PS, deze kiezen EK)
Voorzitter op dezelfde manier gekozen als in de Tweede Kamer
Reglement van Orde werkt hetzelfde als in de Tweede Kamer
Functie: vooral heroverwegen (‘chambre de reflection’)
Bekijkt of de door de Tweede Kamer genomen besluiten wel goed in elkaar
zitten
Geen recht van initiatief en amendement: Eerste Kamer mag een voorstel
alleen goed- of afkeuren
, o Verkapt amendementsrecht in de vorm van een novelle: Eerste Kamer
geeft aan alleen akkoord te gaan als de regering een nieuwe, aangepaste
versie aanlevert
- Gekozen volksvertegenwoordigers verdelen de macht: coalities
Moet altijd een meerderheid van de stemmen kunnen halen
76 zetels in de Tweede Kamer, 38 in de Eerste Kamer
- kroon/regering – ministerraad – kabinet (incl. staatssecretarissen)
Regering
- Bestaat uit de koning en de ministers
- Koning is het staatshoofd
- Ministers worden door een partij naar voren geschoven en niet direct gekozen
Ministeriële verantwoordelijkheid
Ministers samen vormen de Ministerraad
o Vergadert elke vrijdag
o Voorzitter: minister-president
o Kan voor bepaalde onderwerpen onderraden instellen, waarvan de
premier wederom de voorzitter is
o Ook plek voor staatssecretarissen en ambtenaren
Kabinet is niet hetzelfde: deze omvat ook de staatssecretarissen
o Geven leiding aan een (deel van een) departement
o Behandelt vaak één of meer specifieke onderwerpen
o Formeel ondergeschikt aan de minister
o Kan verantwoording moeten afleggen aan de Kamer
- Belangrijke taken:
(Mede)wetgever
Bepaalt en concretiseert overheidsbeleid
Departementen
- Ambtelijke organisaties binnen de Rijksoverheid (ministeries)
- In Kabinet Rutte-III waren dit er twaalf, plus vier ministers zonder portefeuille
- Elk departement heeft een eigen beleidsterrein en cultuur
- Verkokering
Rolcultuur: ministeries werken niet snel samen (weinig horizontale
communicatie), terwijl veel onderwerpen dat wel vereisen (verkokering)
Roep om geïntegreerde beleidsvorming: benadering vanuit het probleem
en niet vanuit de competentie van verschillende overheidsactoren
Andere oplossingen: coördinerende bewindspersonen (één persoon
verricht de uitspraken/berichtgeving over een onderwerp met meerdere
raakvlakken) of programmaministers (ministers zonder portefeuille die
eerste aanspreekpunt zijn voor een bepaald onderwerp)
Verkokering is lastig op te lossen: na reorganisaties ontstaan waarschijnlijk
nieuwe samenwerkingsproblemen
- Opbouw van een departement
Bureaucratisch georganiseerd
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper luuktenkleij. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,39. Je zit daarna nergens aan vast.