Dit document is een samenvatting van al het lesmateriaal van week 1 van het vak ontwikkelingsstoornissen kinderen en adolescenten. Het bevat: College aantekeningen, samenvatting artikel "Gillberg (2010): ESSENCE", samenvatting artikel "Rommelse, Visser & Hartman (2018): Differentiating
between AD...
C1: Introductie & comorbiditeit
zondag 3 april 2022 16:58
Introductie
Testen mbt. Ontwikkelingsproblematiek:
Sociale Informatie Verwerkingstest (SIVT) = diagnostische test voor meten hoe informatie
wordt verwerkt.
Interactive Drawing Test (IDT) = tekentest waarbij
COTAPP = digitale test voor aandacht, infoverwerking en executieve functies.
Ontwikkelingsstoornissen zijn stoornissen bij kinderen. Stoornissen kunnen opgedeeld
worden in:
- Externaliserend (gedragsproblemen)
- Internaliserend (angst, depressie)
- Ontwikkelingsstoornissen
○ Volgens DSM-5 neurobiologische ontwikkelingsstoornissen.
Internaliserende en externaliserende problemen kunnen later beginnen (late onset), maar
ook vroeg (early onset). Ontwikkelingsstoornissen hebben een early onset.
Kenmerken van ontwikkelingsstoornissen (DSM):
- Diagnose op jonge leeftijd.
- Belemmering (lijden) voor ontwikkeling.
- Vaak slechte prognose.
Dit leidt tot de vraag: Komt het door individu of omgeving of door interactie tussen deze twee
(persoon-omgevingsfit = of persoon past in omgeving). Ten tweede, kan het zo zijn dat de
persoon makkelijk met de stoornis kan leven in een bepaalde omgeving.
Drie centrale thema's mbt. ontwikkelingsstoornissen:
- Ontwikkeling in domeinen
- Gedrag voorspellen/verklaren
- Koppeling theorie en praktijk
Ontwikkelingsstoornissen starten vroeg in de ontwikkeling, hebben een neurobiologische
oorsprong (maar niets meetbaar aanwijzend voor stoornis) en betreffen leren, executief
functioneren, sociale vaardigheden, cognitie. Ze leiden tot beperkingen in sociaal, school,
werk en persoonlijkheid.
Comorbiditeit
Definities
Comorbiditeit = letterlijk "een ziekte erbij"; in de geneeskunde zijn dit duidelijk omschreven
stoornissen waarvan de etiologie bekend is.
Let op! Dit betekent GEEN differentiaaldiagnose. Een differentiaaldiagnose is namelijk:
kiezen tussen verschillende stoornissen, dus niet tegelijk voorkomend.
Er is een verschil tussen comorbide symptomen versus comorbide stoornissen.
Bestaat comorbiditeit nou werkelijk of sprake van onderliggend probleem? Je kan kinderen
van ouders met een stoornis volgen van jongs af aan om te kijken of ze ook de stoornis
ontwikkelen.
W1 Comorbiditeit Pagina 1
, ontwikkelen.
Cijfers
Er kan sprake zijn van prevalentie (= aantal bestaande gevallen op bepaald moment) en
incidentie (= aantal nieuwe gevallen).
Adhd Autisme Verstandelijke Beperking
Prevalentie 5% Prevalentie 1% IQ <70 2%
2x meer jongens 4x meer jongens IQ <80 14%
3x meer jongens
20% van ASD heeft ook ADHD
30% van ASD heeft ook VB
50% van VB heeft geen comorbiditeit
30% van VB heeft ook ADHD
65% van ADHD heeft ook ASD
Sekseverschil komt door combinatie van genen, hormonen en omgeving.
Artikel Gilberg
Comorbiditeit is vaak reden voor diagnose; 70% heeft dan ook meer dan 1 andere stoornis en
40% twee of meer.
Vroeger was het vaak zo dat mensen met autisme vaker VB hadden. Bij ADHD is de
comorbiditeit wat lager.
Van Steensel (2013): ASD heeft iets meer comorbiditeit dan ADHD; ASD is meer
internaliserend; evenveel externaliserend maar meer ADHD en CD.
Vormen van comorbiditeit:
- Homotypisch = comorbiditeit binnen dezelfde diagnostische categorie (bv. Depressie &
dysthyme stoornis).
- Heterotypisch = comorbiditeit tussen diagnostische categorieën (bv. Depressie & CD).
- Epiphenomenal = vergelijkbare problemen komen vaker samen voor (bv. 3
geassocieerde stoornissen).
Uitgangspunt Gillberg: comorbiditeit is de norm en vaak reden van aanmelding.
Ontwikkelingsstoornissen zijn heel breed (problemen in allerlei domeinen), maar komen vaak
bij 1 discipline terecht. Hij stelt dat er geen label/diagnose moet worden gesteld bij kinderen
onder 5 jaar. Ipv. heeft hij ESSENCE bedacht.
Onder de domeinen valt: ontwikkeling, communicatie/taal, sociale interventie en relaties,
motorische coördinatie, aandacht, activiteit, gedrag, stemming, slaap.
Nu is dan ineens de prevalentie 10%, waarbij nog steeds meer jongens problemen hebben
dan meisjes op jonge leeftijd. Bij meisjes wordt er ook minder motorische activiteit ervaren
en zij zijn meer sociaal.
Andere aandachtspunten van Gillberg mbt. ESSENCE zijn:
- De stabiliteit van diagnoses is beperkt: de stoornis kan over gaan, ontwikkelen tot
andere stoornis of bepaalde problemen leiden tot een stoornis.
- De cutoff is arbitrair, terwijl de stoornissen en hun symptomen een continuüm zijn.
- Een multiproblem heeft een multidisciplinaire benadering nodig.
W1 Comorbiditeit Pagina 2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper dmdkoppes. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.