Stad en bevolking in Amerika
Chicago is een metropool en ligt in het noordoosten van de VS. Chicago, New York en Los
Angeles zijn de 3 grootste steden van de VS. Iedere stad heeft suburbs (voorsteden) Er
wonen veel meer mensen in voorsteden dan in de stad zelf (agglomeratie) Alle steden
bestaan uit 3 delen:
1. stadscentrum (downtown)
2. centrale stad (gebied binnen grenzen gemeente)
3. grote ring van suburbs
Chicago werd pas in 1833 gesticht dus heeft geen historische gebouwen of kronkelige
straten. De centrale zakenwijk met kantoren, hotels en winkels heet het central business
district (CBD) het drukste gebied in de stad is de loop (ringweg of ringlijn) In het noorden
liggen de rijkere buurten met welvarende bewoners (Anglo- Amerikanen: europese afkomst)
en in het zuiden (Afro-Amerikanen/blacks) en westen (Hispanics, spaans sprekende
immigranten uit zuid-amerika, zij zijn het snelst groeiende bevolkingsgroep in de VS) de
arme buurten met armere bewoners, dit heeft te maken met de diverse bevolkingsgroepen.
Wijken met veel bewoners uit een bepaalde bevolkingsgroep noem je etnische wijken.
Deze wijken zijn oud, groot, en vervallen en hebben een slechte leefbaarheid, vooral de
armste buurten: de getto’s. In de suburbs wonen er meer welvarende bewoners, vroeger de
Anglo-Amerikanen maar nu steeds meer divers. De huizen zijn luxer en door de lage
woningdichtheid zijn de suburbs heel groot. Die urban sprawls (stedelijk uitstrekken) heeft
te maken met het autobezit, de mobiliteit is heel hoog (iedereen heeft een auto)
In de edge cities (rand steden) staan vooral kantoorgebouwen met enorme
parkeerterreinen en grote winkelcentra en supermarkten.
Zo driekwart van de bevolking in de agglomeratie van Chicago woont in suburbs. In 1950
was dat andersom toen woonde de meeste mensen in de centrale stad. De groei van
suburbs waren niet goed voor de centrale stad, veel welvarende bewoners trokken weg. In
de stad bleven de armere over. Door de selectieve migratie ontstond er een tegenstelling
tussen rijke, blanke suburbs en een arme stad met etnische wijken. Veel fabrieken gingen
hun klanten achterna en gingen in de edge cities of langs snelwegen vestigen. Vaak gaan
jong hoogopgeleide mensen in de centrale stad wonen, ze hebben meestal geen kinderen
en verdienen veel. Als mensen naar de stad trekken heet dat re-urbanisatie. Downtown
Chicago is helemaal vernieuwd, door de stedelijke vernieuwing. Ook de wijken eromheen
worden vernieuwd, mensen gaan huizen opknappen en laten zelf huizen bouwen. Hierdoor
stijgt de prijs wel, de veranderingen in een arme woonwijk waar rijkere mensen
verwaarloosde huizen kopen en opknappen is gentrificatie. Door de toestroom van blanke
welvarende personen ontstaan er veel gemengde wijken. Mix van Anglo-Amerikanen,
Aziaten, Hispanics etc. Met segregatie-index kan je aangeven hoeveel groepen er nog
gescheiden leven van andere groepen. De Afro-Amerikanen wonen nog steeds gescheiden
en trekt weg uit de achterstandswijken, ze verhuizen naar suburbs.
Tot 1960 vormden de Europeanen de grootste groep immigranten van Amerika. Daarna de
hispanics en aziaten.
- Zo 200 mil hebben europese roots → Anglo-Amerikanen
- Zo 40 miljoen is Afro-Amerikaan (blacks) (vooral Detroit en Chicago)
, - Zo 50 mil is Hispanics/Latina, Spaans sprekende immigranten uit Latijns-Amerika.
(vooral Miami en LA)
- De aziaten zijn goed opgeleid en verdienen veel. Ze staan bekend om model minority
(modelminderheid) (vooral westen california)
De immigranten zijn een melting pot (mengelmoes van immigranten) Vrijheid is in Amerika
heel belangrijk, je mag denken en zeggen wat je wilt (American Dream)
Er kwamen vooral mensen uit Noord en West europa die zich snel wilde aanpassen
(assimileren) Toen de Oost en Zuid europeanen kwamen ging het anders, ze gingen in
aparte wijken wonen. Immigranten houden vaak contact met land van herkomst door
vakantie bijvoorbeeld of trouwen met iemand uit hun eigen land en laten gezinsleden
overkomen (gezinshereniging). In etnische wijken praten ze hun eigen taal en kopen
producten die ze thuis gewend zijn. De groei van het aantal niet westerse migranten komt
door het loslaten van oude toelatingsregels. Vroeger was het per land maxima vastgesteld.
Veruit de meeste immigranten komen binnen door kettingmigratie, eerst 1 immigrant dan de
familie. De Hispanics en Aziaten zijn de twee snelste groeiende bevolkingsgroepen. De VS
is dus een multiculturele samenleving, ze spreken van diversity explosion. De blanke
bevolking vergrijst maar de migranten zorgen voor verjonging: minder vergrijzing en minder
ontgroening.
Het dichtbevolkte noordoosten van de VS staat bekend als de snowbelt = strenge winters
met veel sneeuw. Ook is het manufacturing belt (fabriceren) omdat er veel fabrieken staan
met zware industrie. Maar ze hadden het niet makkelijk met de concurrentie uit
lagelonenlanden. De oude industrie maakt plaats voor hightech industrie en moderne
bedrijven in de dienstensector.
De sunbelt is de bijnaam voor de zonnige staten in het zuiden en westen. Er is veel
moderniteit in de lichte industrie. Footloose bedrijven kiezen ervoor om in aantrekkelijke
woonomgeving met een mooi landschap en zonnig klimaat te vestigen. In die gebieden zijn
veel technologisch ekenniscentra. Met het grensgebied bij Mexico zijn er veel maquiladoras:
fabrieken waar producten goedkoop in elkaar worden gezet (assemblage)
De melting pot bestaat uit 7 gateway staten (poort) waar de meeste immigranten
binnenkomen. (San Francisco, LA, Dallas, Houston, Chicago, New York, Miami) Het patroon
is zuidwestelijke verschuiving van het demografisch zwaartepunt (punt waarvan ten
oosten en ten westen en ten noorden en ten zuiden evenveel mensen wonen)
Blanke gezinnen gaan weg uit de drukke melting pot: de white flight. Ze kiezen suburbs of
een nieuwe sunbelt in Arizona of Colorado, ook veel gepensioneerde mensen. Er is ook een
black flight die gaan vaak naar sunbelt gebieden in het zuidoosten.