HOOFDSTUK 4 LEREN IN EN OVER DE OMGEVING
4.1 KINDEREN EN HUN OMGEVING
De leefomgeving van kinderen is het gebied waar zij wonen, naar school gaan, spelen, een clubje of vereniging
bezoeken, boodschappen doen. Oftewel waar hun dagelijks leven zich afspeelt (hun eigen omgeving). Hoe
ouder het kind, hoe groter hun leefomgeving.
De belevingswereld is niet hetzelfde als de eigen omgeving. Een kantoorgebouw kan bijvoorbeeld deel
uitmaken van de leefomgeving, maar wat er zich afspeelt kan een groot vraagteken zijn. Andersom kan
bijvoorbeeld media en ICT (virtuele wereld) deel uit maken van de belevingswereld, maar het valt niet binnen
de leefomgeving.
Bij een aardrijkskundeles kun je goed gebruik maken van omgevingsonderwijs, de eigen leefomgeving staat
centraal als uitgangspunt van de les. Dit kan zowel binnen als buiten de klas (veldwerk).
Kinderen van 2 tot 7 jaar zijn mythisch denkers, zij vermengen in hun denken fantasie en werkelijkheid. Ze
denken in zwart-wit termen van goed en kwaad en zien de wereld om hen heen vooral in samenhang. Een
buitenles is dus echt een avontuur in die leeftijd.
Vanaf 7 jaar worden kinderen meer romantische denkers, zij hebben een grote belangstelling voor kennis,
feiten, uitersten en records. Een sprookjes aanpak zal niet meer werken, wel zijn ze gevoelig voor avontuur,
ontdekken, rechtvaardigheden en rolmodellen.
4.2 WAAROM LEREN IN DE OMGEVING WAARDEVOL IS
Voordelen/ argumenten om naar buiten te gaan tijdens een aardrijkskundeles:
• Je leert iets over de werkelijkheid (niet uit een boek/ scherm). De les wordt daardoor authentieker,
betekenisvoller, concreter en stimuleert de nieuwsgierigheid.
• Betrokkenheid wordt verhoogd, door andere setting en sfeer.
• Meer vrijheid om te bewegen en geluiden te maken.
• Meer sociale interactie
• Omgeving is een overzichtelijke plaats om de vaardigheden: aanvankelijk kaartlezen, generieke of
onderzoekvaardigheden te oefenen (observeren, hulpmiddelen toepassen, samenwerken, enquêtes
afnemen of conclusies trekken).
• Door aardrijskundeonderwijs in de eigen omgeving zien leerlingen dat er niet altijd universele
wetmatigheden te formuleren zijn. Soms is iets ‘een beetje’, ‘soms’ of ‘hier en daar’ van toepassing.
Leerlingen zien in hun eigen omgeving sneller deze nuance dan een passend voorbeeld van een plek
waar ze nooit zijn geweest.
• Uit enig wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat onderwijs in omgeving tot een hogere cognitieve
leeropbrengst zorgt.
• Het is geschikt voor attitudedoelen: meer kennis in verbinding met de zintuigen en emoties leidt tot
meer waardering van de eigen omgeving, verantwoordelijkheidsgevoel, identiteitsontwikkeling en
inzet voor behoud van de omgeving en duurzame ontwikkeling.
1
, 4.3 VORMEN VAN VELDWERK
Leraar gestuurd
Excursie
Omgevingswandeling
Veldinventarisatie
Veldonderzoek
Leerling gestuurd
Er zijn twee manieren om naar de omgeving te kijken (opzoek naar geschikte plaatsen en onderwerpen) als je
aan veldwerk wilt doen:
1. Encyclopedische verschijnselen: Kijkend naar unieke elementen zoals erfgoed, innovatieve
oplossingen of een bijzonder landschap. Kennis is een doel op zich, met een achterliggend
attitudedoel (bijv.: verantwoordelijkheid of trots). Hiervoor moet vaak ruimte worden gemaakt in het
lesprogramma.
2. Exemplarische verschijnselen: Kijkend naar alledaagse voorbeelden binnen veelvoorkomende
aardrijkskundige thema’s (bijv.: voorzieningen, transport, nieuwbouwwijken of landbouw). Dit past
vaak binnen de bestaande leerlijnen en methodes.
4.4 LEREN IN DE OMGEVING VOORBEREIDEN EN VORMGEVEN
In onderstaand tabel staat voor ieder perspectief voorbeelden van waar je op kunt letten bij het voorbereiden
en vormgeven van veldwerk:
Invalshoek Kijkvragen
Sociaal perspectief Waar ontmoeten mensen elkaar? Waar en hoe
ontspannen mensen hier? Hoe gaan mensen hier
met elkaar om en is dit kenmerkend voor deze plek?
Politiek perspectief Door wie wordt deze plek bestuurd? Welke
openbare voorzieningen zijn hier?
Economisch perspectief Welke beroepen worden hier uitgeoefend? Hoe is
het welvaartspeil en hoe kun je dat zien?
Cultureel perspectief Zijn hier specifieke gebruiken of tradities? Hoe komt
dat? Wat voor soort architectuur is hier te zien?
2