De wereld in met Aardrijkskunde VAKDIDACTIEK
Hoofdstuk 1
Wat is Aardrijkskunde + 1.2 Geografisch besef
Aardrijkskunde gaat over:
- De manier waarop we de ruimte om ons heen gebruiken (verplaatsen)
- Onze relaties met andere mensen en plaatsen
- Dingen die we consumeren (waar komen ze vandaan, op welke wijze zijn ze geproduceerd,
hoe zijn ze vervoerd)
- Manier waarop plaatsen en landschappen zijn gevormd
- Hoe processen en gebieden elkaar beïnvloeden, consequenties beslissingen (toekomst)
Drie componenten à geografisch besef
- Verwerven van geografisch wereldbeeld (hoofdlijnen spreiding mens en natuur kennen)
Leerlingen bouwen zelf een wereldbeeld, die wordt op de basisschool aangevuld. Ze
leren feiten, ruimtelijke patronen te zien, verschillende patronen op verschillende
schaalniveaus. (lokaal en nationaal bv)
- Verwerven van kennis en inzicht in ruimtelijke vraagstukken (‘problemen’ beschrijven en
verklaren)
Onderwerpen: klimaatverandering, vervuiling, duurzaamheid, verstedelijking,
migratie, natuur(mogelijkheden, gevaren en beperkingen)
- Het leren hanteren van geografische benadering (g. vragen/werkwijze, met g. info omgaan)
Manier van denken, leren stellen van vragen. Inzicht vanuit verschillende
perspectieven of invalshoeken.
1.3 Het doel van AK-onderwijs
De snel veranderende wereld begrijpen
Ontwikkelen van powerful knowledge = kennis die zaken kan verklaren, inzicht kan geven in
ontwikkeling en het mogelijk maakt om alternatieven
te verbeelden.
1.4 Aardrijkskunde op de basisschool
Onderbouw: Fantasie en werkelijkheid door elkaar heen beleven,
Wereldbeeld ontstaat spelenderwijs
Middenbouw: Wat is echt en wat is verzonnen? Waarom-vraag
Gekke feitjes leuker dan oorzaak-gevolg
Wereldbeeld en ruimtelijke vraagstukken
, Bovenbouw: Info ordenen, abstracter niveau
Nieuwsgierig naar andere mening en ontstaan eigen mening
Nadenken/praten over ingewikkelde onderwerpen (armoede, migratie)
1.5 Wat heb je nodig om goeie AK-lessen te geven?
Je moet beschikken over vakkennis en vakvaardigheden (geografisch besef). Zodat je dingen kan
aanleren en aanwezige kennis aan kan passen of vullen. Als de kennis niet overeenkomt met
wetenschappelijk correcte verklaringen worden dit misconcepten genoemd.
Je moet ook beschikken over vakdidactische kennis. Koppeling al deze kennis: Pedagogical Content
Knowledge (PCK).
WAT
inhoud
PCK
WAAROM HOE
Wrm inhoud didactiek
en strategie
Hoofdstuk 2
2.1 De bouwstenen van een AK-les+ 2.2 Opbouw van een AK-les
1. Wat ga ik onderwijzen/ Wat moeten de kinderen leren?
Lesdoelen – beginsituatie/voorkennis weten -> doelen formuleren (beschrijvend, verklarend,
waarderend en het moet te maken hebben met de ligging van iets)
2. Hoe ga ik dat onderwijzen/Hoe kunnen de kinderen dit het best leren?
Motiverende start – ow bij eigen ervaring leerlingen brengen, uitdagen om mee te doen,
geen uitleg geven
Waar – ligging is belangrijk, gebruik kaart of atlas -> ontwikkeling mentale kaart
Waarom daar – relatie mens en natuur -> uitleg
Schaal – wereld g8-Europa g7-Nederland g6-eigen omgeving g5
Verandering – vroeger-heden-toekomst (oorzaak-gevolg)
Voor- en nadelen, gevolgen – vanuit verschillende perspectieven kijken
Afsluiting – mag niet ontbreken, terugkijken/reflecteren, relatie leggen/transfer maken
tussen het geleerde (bijzonderde) en andere situaties (het algemene)
3. Waarom ga ik dat op deze wijze onderwijzen/Waarom moeten kinderen dit leren en wrm op deze
manier?