Week 1
Hoorcollege 1
Wat is research methods?
Een collectie van tools die het mogelijk maken om onze overtuigingen te updaten met
behulp van rationele en empirische middelen. Doel: wat is de relatie tussen de
werkelijkheid/waarheid en datgene dat we geloven (hypothese).
Aan de hand van de data kunnen we het menselijk gedrag gaan beschrijven, verklaren en
voorspellen. Wanneer we weten dat A-B veroorzaakt kunnen we een voorspelling doen. Als
A aanwezig is, dan zal ook B tot stand komen.
Empirische cirkel
1. verzinnen onderzoeksvraag
2. samenstellen onderzoeksonderwerp die de hypothesen toetst
3. pre-registreren hypotheses (HARKing)
4. verzamelen data
5. twee uitkomsten: de data ondersteunt de theorie/de data ondersteunt de theorie niet.
Wat is een theorie/hypothese?
Theorie = beweringen van een hogere orde die beschrijven hoe variabelen en constructen
met elkaar samenhangen gebaseerd op eerdere observaties, dus gebaseerd op data.
Deze bestaat uit verschillende componenten:
- Assumpties; zijn vaak impliciet, hangt binnen een cultureel maatschappelijk kader.
Vb. impliciete assumptie: we gaan ervan uit dat een IQ vragenlijst, bij het
onderzoeken van intelligentie, wordt begrepen door de respondenten. Dit is vaak
cultureel-afhankelijk. Een indiaan kan net zo intelligent zijn als een Nederlander maar
de vraag niet begrijpen vanwege de onbekende context.
- Variabelen; kunnen zowel conceptueel als geoperaliseerd zijn. Vb. agressie is een
concept waarvan niet meteen duidelijk is hoe we het kunnen meten, het bestaat uit
verschillende componenten (conceptueel). Operationalisatie (meetbare weergave)
agressie, agressie wordt gemeten als het aantal keer dat iemand zijn stem verheft.
Ander voorbeeld school achievement operationalisaties: self-report, observaties
docent of tentamencijfers.
- Proposities; de relatie tussen verklarende/onafhankelijke variabelen vs.
response/afhankelijke variabelen. Voorbeeld docentkwaliteit, motivatie en intelligentie
hebben een causale invloed (x) op school achievement (y). De verklarende
variabelen moeten ongecorreleerd zijn, de docentkwaliteit mag dus geen invloed
hebben op de motivatie van de student, er is geen onderlinge relatie.
Wanneer is iets een model ipv. een theorie?
Wanneer de termen abstract zijn → theorie.
De variabelen zijn geoperationaliseerd en we weten hoe deze samenhangen → model.
Verschil theorie en hypothese?
,Hypothese = uitspraken die we doen over concepten die we nog willen onderzoeken, vaak
geoperationaliseerde variabelen.
Hypotheses
- mediërende relatie: er is een relatie tussen A op B maar deze invloed is indirect, A
heeft invloed op C en C heeft invloed op B. Voorbeeld: de kwaliteit van de docent (A)
heeft geen directe invloed op school achievement, maar deze heeft invloed op de
motivatie van de student (C) en deze zorgt voor een betere prestatie (B). De relatie
kan worden gecheckt door de mediator te controleren, blijft het verband bestaan of
niet?
docent kwaliteit → motivatie (mediator) → school achievement
- modererende relatie: de relatie tussen A en B bestaat soms wel en soms niet.
Voorbeeld: wanneer studenten niet gemotiveerd zijn, is er geen relatie tussen
intelligentie en school achievement. Deze is er wel op het moment dat de studenten
in grote mate gemotiveerd zijn.
motivatie
↕
intelligentie → school achievement
Criteria voor een goede theorie:
- Consistentie; onderdelen van de theorie moeten elkaar niet tegenspreken.
- Falsifieerbaar; de theorie moet de mogelijkheid hebben om weerlegd te worden.
- Overeenstemming in de data.
- Helder en specifiek.
- Spaarzaam (Occam’s razor).
- Consistent met andere theorieën.
- Nuttig/zinvol, aan de hand van de theorie moeten er voorspellingen kunnen worden
gedaan.
Praktisch
➔ Selecteren onderwerp: informele kennis (eigen ervaringen), formele achtergrond
(bestaande theorieën, eerdere onderzoeken) en is het interessant en haalbaar?
➔ Literatuurreview, hoe gaan we zoeken, selecteren, lezen en samenvatten?
Criteria:
1. Is het artikel van belang voor de onderzoeksvraag?
2. Wat is de kwaliteit en de impact van het artikel, heeft het invloed gehad op de
wetenschap? Je kunt hiervoor kijken naar het aantal citaties en het blad waarin het
artikel gepubliceerd is. Daarnaast geven peer-reviewed artikelen meer zekerheid,
grote fouten zijn er vaak al uitgehaald.
Websites
- google scholar
- vu.on.worldcat.org/discovery
,Soorten artikelen
● Empirische artikelen: hebben vaak dezelfde opbouw. In de abstract staat de
onderzoeksvraag, methode, resultaten en de conclusie.
● Review: overzichten van literatuur, deze vatten andere studies samen. De methode
en resultaten ontbreken hier.
● Beoordeling (commentary): bevat een mening of commentaar op een specifiek
onderzoek, zwakke/sterke punten.
● Peer-reviewed vs non-peer reviewed: peer-reviewed artikelen zijn door andere
collega’s in het veld bekeken.
DOI, digital object identifier - unieke digitale identifier van een artikel of dataset (object)
Toegankelijkheid: iedereen moet artikelen kunnen lezen, er hoeft geen geld voor betaald te
worden.
Samenvatten artikel
- Beschrijf de onderzoeksvraag en hypotheses.
- Benoem de onafhankelijke/afhankelijke variabelen en of er sprake is van een
verband mediator/moderator.
- Beschrijf het resultaat en de conclusie.
Chapter 1
Consument van onderzoek: bestudeert/ leert van de informatie die door nieuw onderzoek
wordt verkregen en gebruikt deze om zijn werk te verbeteren. Beroepen die passen bij de
consumentenrol: familietherapeuten, ontwikkelaars, de politie.
Producent van onderzoek: doet onderzoek om zo nieuwe invalshoeken te creëren.
Beroepen die passen bij de producentenrol: onderzoekers en professoren.
Evidence-based treatment; therapieën die worden ondersteunt door
onderzoeksbevindingen.
De stappen die onderzoekers doorlopen/ de rollen die onderzoekers aannemen tijdens het
uitvoeren van hun onderzoek zijn:
1. De onderzoekers gedragen zich als empiristen in hun eigen onderzoek.
De onderzoeker gebruikt zijn/haar zintuigen of instrumenten als basis voor de conclusie die
uiteindelijk wordt gevormd.
2. De theorieën worden door het doen van onderzoek getest, en vervolgens bevestigd
of ontkracht aan de hand van de verkregen uitkomsten.
Een onderzoek bevat een hypothese; een hypothese is een uitkomst die zou moeten worden
verkregen op het moment dat de theorie waarvan men uitgaat klopt. Een hypothese moet
toetsbaar zijn. Data (set observaties) kan een hypothese ontkrachten of bevestigen.
, Kenmerken van goede wetenschappelijke theorie:
- De theorie wordt ondersteunt door de verkregen data.
Dit moet wel herhaaldelijk het geval zijn waarbij er verschillende methodes worden gebruikt
om zo alle aspecten te kunnen bewijzen (replicatie).
- De theorie is falsifieerbaar.
Falsifieerbaar betekent dat een theorie door middel van een onderzoek ontkracht of
bewezen moet kunnen worden.
- De theorie is simpel.
Op het moment dat een simpele theorie de onderzoeksresultaten kan voorspellen is er geen
reden om de theorie complexer te maken (Occam’s razor).
3. Onderzoekers tackelen eventuele problemen.
Dit wordt gedaan met behulp van:
- Applied research; men probeert gegevens te verzamelen door het hedendaagse
leven te observeren (hoe is de situatie in real life?). De uitkomsten hiervan helpen de
onderzoekers om hun theorie te verbeteren.
- Basic-research; er wordt geprobeerd om de algemene opbouw van kennis te
versterken en uit te breiden door passende vragen te onderzoeken, zoals wat is de
capaciteit van een menselijk geheugen?
- Translational research; de brug tussen basic-research en applied-research.
4. Onderzoekers gaan dieper op hun onderzoek in.
Tijdens het onderzoeken ontstaan nieuwe vragen, wanneer men deze probeert te
beantwoorden gaat het onderzoek verder dan het oorspronkelijke idee.
5. Onderzoekers maken hun theorie openbaar.
Onderzoekers doen dit door hun onderzoek te versturen naar een wetenschappelijke krant.
6. Journalisten pakken het onderzoek op.
Door, als onderzoeker, te praten met journalisten of het onderzoek door een journalist te
laten publiceren wordt het aantal mensen die afweten van het onderzoek vergroot.
Onderzoekers kunnen hiervan profiteren. Maar het kan soms ook negatief werken.
Journalisten publiceren vaak onderzoeken voor sensatie en daarnaast worden er ook vaak
onderzoeken gepubliceerd die nog niet volledig waterdicht zijn.
Chapter 2
Wat is de valkuil van het vertrouwen op je eigen ervaring ipv. de uitkomsten van een
onderzoek?
- Iets wat op eigen ervaring gebaseerd is wordt niet vergeleken met een
controlegroep. Dit betekent dat een conclusie niet volledig is omdat er niet naar alle
variabelen is gekeken.
- In real-life zijn er verschillende verklaringen mogelijk bij een bepaalde uitkomst. Je
gebruikt bijvoorbeeld een bepaald merk knie tape en komt achter dat je veel minder
pijn hebt. Maar komt dit wel door de knie tape, of is het omdat je vandaag een
pijnstiller hebt ingenomen? Dit noemen we een confounder: een factor die is
