In dit document is de historische context van het Britse rijk samengevat, met de bijpassende kenmerkende aspecten. Deze samenvatting sluit aan bij de examenbundel geschiedenis voor havo van het jaar 2021/2022, en bij de Memo methode van Malmberg.
Aan het einde van de 19e eeuw bezat het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië
en Ierland op dat moment gebieden in Azië, Australië en Noord-Amerika (Canada).
In de eerste helft van de 20e eeuw zou dit rijk zijn hoogtepunt bereiken, om na de
Tweede Wereldoorlog uiteen te vallen. Europese ontdekkingsreizigers bevoeren de
wereldzeeën op zoek naar nieuwe gebieden en vaarroutes. Eind 15e eeuw hadden
zij de weg opengelegd naar Amerika. Spanjaarden en Fransen en later ook de
Engelsen vestigden koloniën in het noorden van Zuid- en Midden-Amerika. Voor de
Engelsen zou de focus al snel komen te liggen op India. De groei van het Britse Rijk
had dan ook grote gevolgen voor de economie en samenleving van het thuisland.
Amerikaanse koloniën (1585-1833)
KA 18: Het begin van de Europese overzeese compagnie
KA 21: De protestantse Reformatie die splitsing van de christelijke kerk in
West-Europa tot gevolg had
KA 25: Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van
een wereldeconomie
KA 27: Rationeel optimisme en 'verlicht denken' dat werd toegepast op alle
terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale
verhoudingen
KA 29: Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van
plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel,
en de opkomst van het abolitionisme
KA 30: De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg
discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap
Aan het einde van de 16e eeuw verkenden de Engelsen Noord-Amerika als
mogelijke locatie om zich te vestigen. Zij waren op zoek naar een goede uitvalsbasis
voor hun strijd tegen het katholieke Spanje. Daarnaast speelden economische
motieven een rol: ondernemers hoopten hier goud en zilver aan te treffen. De
Engelse handelscompagnieën probeerden mensen naar de koloniën te lokken door
hen een eigen stuk landbouwgrond in het vooruitzicht te stellen. Daarnaast trokken
sommige kolonisten om religieuze redenen naar Noord-Amerika.
Een groep protestanten genaamd de Pilgrim Fathers vluchtte naar de koloniën uit
angst dat zij in Engeland vervolgd zouden worden om hun religieuze opvattingen. Ze
hadden namelijk scherpe kritiek op de anglicaanse kerk. In Amerika wilden deze
protestanten een geheel nieuwe samenleving opbouwen. Ze worden ook wel gezien
als de stichters van de kolonie.
De kolonisatie zou uiteindelijk leiden tot grote sterfte onder de inheemse bevolking.
Ten eerste namen de Engelsen ziekten mee waartegen deze bevolking geen
weerstand had. Ten tweede ontstonden er al snel conflicten over de vraag wie
eigenaar was van bepaalde gebieden en had bloedige oorlogen tot gevolg.
Uiteindelijk zouden de Engelsen aan de oostkust van Noord-Amerika dertien
koloniën stichten. De noordelijke daarvan waren vestigingskoloniën, met een
economie die was gericht op landbouw, handel en nijverheid. De koloniën in het
, zuiden waren plantagekoloniën. Daar lag de focus vrijwel uitsluitend op het
grootschalig verbouwen van gewassen als tabak en katoen voor de export. Voor het
werk op de plantages waren veel arbeiders nodig. Daarom werden mensen uit Afrika
als slaaf naar Amerika gehaald en op de plantages tewerkgesteld. De handel in
slaven vormde deel van de driehoekshandel tussen Europa, Afrika en Amerika. De
Royal African Company, een Engelse handelscompagnie gericht op de handel met
West-Afrika, betrok zichzelf snel bij deze driehoekshandel.
De Britse koloniën in Noord-Amerika vielen onder het bestuur van de Britse
overheid. In de loop van de 18e eeuw kwam daartegen steeds meer verzet. De
kolonisten moesten wel belasting betalen, maar ze werden niet vertegenwoordig in
het parlement van Groot-Brittannië, waar de politieke besluiten werden genomen. De
Europese kolonisten kwamen bovendien in aanraking met denkbeelden uit de
Verlichting: trias politica, volkssoevereiniteit, natuurlijke rechten. Geïnspireerd door
deze verlichtingsideeën kwamen de kolonisten in 1776 in opstand. Ze vormden een
federale staat, een samenwerkingsverband van deelstaten met een eigen bestuur.
In de grondwet van de VS was gelijkheid een belangrijke waarde. Vrouwen, mensen
met weinig geld en Afro-Afrikanen hadden geen invloed. Aan het einde van de 18e
eeuw kwam er kritiek op het systeem van slavenhandel en slavernij. Er moest weer
gelijkheid van mensen komen. Er ontstond een beweging van mensen die vonden
dat de slavernij moest worden afgeschaft: abolitionisme. In 1807 werd in het Britse
Rijk de slavenhandel afgeschaft. In 1833 verbood Groot-Brittannië in grote delen van
het rijk ook de slavernij zelf. In de Verenigde Staten was er veel verzet tegen de
afschaffing van de slavernij. Daarom gebeurde dat hier pas in 1863.
India en het Britse Rijk (1765-1885)
KA 25: Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van
een wereldeconomie
KA 29: Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van
plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel,
en de opkomst van het abolitionisme.
KA 31: De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor
een industriële samenleving
KA 33: De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de
industrialisatie
KA 34: De opkomst van emancipatiebewegingen
Na de onafhankelijkheid van de VS verschoof het zwaartepunt van het Britse Rijk
naar India. Begin 17e eeuw hadden de Engelsen de East India Company opgericht.
Deze handelscompagnie richtte zich op de handel in producten als katoen en
specerijen, met name in India. India was toen nog een deel van het Mogolrijk. De
East India Company vestigde factorijen. Dat waren versterkte handelsposten waar
Engelse en inlandse handelaren zakendeden met elkaar en waar de compagnie
haar handelswaar opsloeg. Er waren op dat moment politieke tegenstrubbelingen in
het Mogolrijk, waardoor de positie van de Mogolvorsten begon te verzwakken.
Tegelijkertijd voelden de Engelsen zich bedreigt door de aanwezigheid van andere
Europese handelscompagnieën.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper shannonnouwen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.