INTERVENTIESTRATEGIE
: CONCEPTUEEL
Integrale Veiligheidskunde Jaar 2 Blok D
Inhoud
Samenvatting van het vak Interventiestrategie. Opleiding: Integrale
Veiligheidskunde gegeven op de Hogeschool Utrecht. In dit document is
gebruik gemaakt van de Canvas-pagina en de gegeven Literatuur (Raaff,
2015).
Nilasha Sloeserwij
Hogeschool Utrecht Jaar 2 2021-2022
,Inhoudsopgave
Week 1.......................................................................................................... 4
De student kan uitleggen wat responsieve regulering en de interventiepiramide
inhouden en deze kennis toepassen................................................................................5
De student kan toelichten wat deviant gedrag is en hoe dit verschilt van crimineel
gedrag............................................................................................................................. 5
De student heeft inzicht in ontwikkelingen die leiden tot veranderende en meer
complexe regels.............................................................................................................. 7
De student kan toelichten wat het ‘sociaal contract’ is en hoe het samenhangt met
veiligheid......................................................................................................................... 7
De student kan de vier aspecten van sociale bindingen volgens Hirschi (1969)
benoemen en toelichten.................................................................................................. 7
De student kan de drie principes van de ‘general theory of crime’ (Gottfredson en
Hirschi, 1990) benoemen en toelichten...........................................................................8
De student kan het anomiemodel/ de deviantie typologie (Merton, 1957) toelichten... . .8
De student kan de sociale controle-theorie toelichten en toepassen op een casus.........8
De student kan de termen macht en gezag uitleggen en toepassen op de rol van de
handhaver....................................................................................................................... 8
De student kan de positie en bevoegdheden van de burgemeester in de veiligheidszorg
benoemen/herkennen...................................................................................................11
De student kan de uitbreiding van bevoegdheden van de burgemeester in de
veiligheidszorg kritisch beschouwen.............................................................................12
De student kan de positie en taken van de gemeente in de veiligheidszorg
benoemen/herkennen...................................................................................................12
De student kan de positie van de gemeente in de veiligheidszorg kritisch beschouwen.
...................................................................................................................................... 13
De student kan beargumenteren wat de voor- en nadelen zijn van risicoprofielen en
risicosturing................................................................................................................... 13
De student kan bestuursrechtelijke en strafrechtelijke instrumenten voor toezicht en
handhaving benoemen en toelichten............................................................................14
De student kan de effecten van instrumenten voor toezicht en handhaving bespreken
op basis van doelmatigheid, effectiviteit, efficiëntie, billijkheid en aanvaardbaarheid.. 14
De student kan het legaliteitsbeginsel toelichten en gebruiken in een casus................15
De student kan de erkenning van grondrechten toelichten en gebruiken in een casus.15
De student kan machtenscheiding toelichten en gebruiken in een casus.....................15
, De student kan rechterlijke controle toelichten en gebruiken in een casus...................15
De student kan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur toelichten en gebruiken
in een casus.................................................................................................................. 16
Studenten zijn in staat om de ethische theorie van Aristoteles te reproduceren en toe te
passen........................................................................................................................... 18
Studenten zijn in staat om de ethische theorie van Bentham te reproduceren en toe te
passen........................................................................................................................... 18
Studenten zijn in staat om de ethische theorie van Mill te reproduceren en toe te
passen........................................................................................................................... 18
Studenten zijn in staat om de ethische theorie van Kant te reproduceren en toe te
passen........................................................................................................................... 19
Studenten zijn in staat om de ethische theorie van Rawls te reproduceren en toe te
passen........................................................................................................................... 19
De student kan de concepten ‘ethiek’ en ‘moraal’ definiëren.......................................19
De student kan de aanpak van criminele jeugdgroepen kritisch bespreken..................21
De student kan de verschillen tussen territoriaal en crimineel geweld toelichten.........21
De student kan de concepten ‘georganiseerde criminaliteit’ en ‘ondermijning’
toelichten...................................................................................................................... 21
De student kan de wijze waarop criminele organisaties gestructureerd zijn toelichten. 22
De student kan het belang van een ketenaanpak van georganiseerde criminaliteit en
welke veiligheidspartners hierin actief zijn bespreken..................................................23
De student kan beschrijven wat contrastrategieën binnen de georganiseerde
criminaliteit zijn en hier voorbeelden van geven...........................................................23
De student kan het concept van barrièremodellen bespreken en deze kennis toepassen
in casuïstiek.................................................................................................................. 23
De student kan (gangbare) definities en vormen van huiselijk geweld benoemen en
kritisch beschouwen...................................................................................................... 25
De student kan de risicofactoren van huiselijk geweld herkennen................................26
De student kan de overeenkomsten en verschillen van mannen en vrouwen in relatie
tot huiselijk geweld bespreken......................................................................................27
De student kan bespreken waarom het moeilijk is om huiselijk geweld op een duidelijke
manier in kaart te brengen............................................................................................27
De student kan formele en informele interventies op het gebied van huiselijk geweld
bespreken..................................................................................................................... 28
De student kan organisaties die betrokken zijn bij de aanpak van geweld in
afhankelijkheidsrelaties bespreken...............................................................................29
, De student kan de term ‘geweld in afhankelijkheidsrelaties’ toelichten en kritisch
bespreken..................................................................................................................... 29
Week 6........................................................................................................ 30
De student kan toelichten wat er in de wetenschappelijke discipline ‘penologie’ wordt
bestudeerd.................................................................................................................... 30
De student kan de hoofdstraffen, bijkomende straffen en strafrechtelijke maatregelen
benoemen en bespreken............................................................................................... 31
De student kan de verschillende strafdoelen benoemen en kritisch beschouwen.........32
De student kan beschrijven wat er vanuit de gedragspsychologie bekend is over
straffen en belonen....................................................................................................... 33
De student kan de effecten van straffen en belonen in de handhavingspraktijk
bespreken..................................................................................................................... 33
De student kan de beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit beschrijven en er
voorbeelden van geven................................................................................................. 36
De student kan in grote lijnen aangeven wat de preventieve werking van straffen en
belonen is...................................................................................................................... 36
De student kan preventieactiviteiten (zoals voorlichting en controle) benoemen en
toelichten...................................................................................................................... 36
De student kan de voor- en nadelen van straffen en belonen toelichten......................38
De student kan de rol van de reclassering in Nederland en Europa toelichten..............39
De student kan de principes van slachtoffergericht werken toelichten.........................40
De student kan uitleggen wat herstelrecht is................................................................40
De student kan de verhouding tussen dader, slachtoffer en maatschappij kritisch
beschouwen in de context van herstelbemiddeling en herstelrecht..............................41
De student kan de verhouding tussen herstelrecht en strafrecht toelichten.................42
Niet alle leerdoelen zijn uitgewerkt. Alleen de leerdoelen
die groen zijn gekleurd zijn uitgewerkt.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper maxennilasha. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,59. Je zit daarna nergens aan vast.