Deel 1. Algemeen Bestuursrecht
Rechtsgebieden:
- Burgerlijk recht: regelt rechtsrelaties tussen personen.
- Strafrecht: beschrijft de gedragingen die strafbaar zijn.
- Staatsrecht: geeft een organisatieplaatje van de Nederlandse overheid.
- Bestuursrecht: De overheid in actie
- Internationaal recht: regelt de verhouding met andere landen en de positie van ons land in
internationale organisaties.
Bestuursrecht is publiekrecht:
- Het publiekrecht geeft regels voor de juridische verhouding tussen personen en de overheid.
- Het bestuursrecht hoort samen met het staatsrecht en het strafrecht tot het publiekrecht.
Ons land heeft een bestuur dat zorgt voor een goede gang van zaken in ons land, we noemen dit:
openbaar bestuur. Het openbaar bestuur is actief op verschillende overheidsniveaus.
- Gemeentebestuur ( college van B&W
- Provinciaal bestuur (gedeputeerde staten)
- Landsbestuur ( de regering)
Overige bestuursorganen:
- DUO ( studiefinanciering)
- UWV ( uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen)
Het staatsrecht beschrijft de bevoegdheden van de verschillende overheidsorganen, terwijl het
bestuursrecht regels geeft voor de uitoefening van deze bevoegdheden.
Het bestuursrecht geeft regels voor de bestuurstaak van de overheid.
De inhoud van de bestuurstaak:
Ons landbestuur staat voor het algemeen belang; het belang dat wij als burgers van dit land
gezamenlijk hebben.
Wat doet het bestuur:
1. Feitelijke handelingen
2. Besluiten
1
, - Feitelijke handelingen: het bestuur voert feitelijke handelingen uit die voor iedereen
zichtbaar zijn, bijv: het blussen van een brand, het aanleggen van wegen en het versterken
van dijken. Het bestuursorgaan verricht deze handelingen soms zelf, en soms heeft het
opdracht voor het uitvoeren ervan.
- Besluiten: Het grootste deel van de activiteiten van een bestuursorgaan bestaat niet uit
feitelijke handelingen, maar uit besluiten.
Verzorgingsstaat: de overheid heeft de taak om voor de burger op verschillende terreinen een
bestaansminimum te bieden als hij daar zelf niet voor kan zorgen.
Terugtredende overheid: taken die door overheidsdiensten werden uitgevoerd, worden nu in
handen van particuliere ondernemingen gegeven. De overheid legt de laatste jaren de
verantwoordelijkheid steeds meer bij de burger; strengere eisen voor het krijgen van een uitkering,
constante aanmoediging om werk te vinden.
De overheid spreekt vanaf 2013 liever van een participatiesamenleving om duidelijk te maken dat zij
van burgers verwachten dat deze zo veel mogelijk zelf doen voordat ze een beroep doen op de
overheid ( en haar vangnet).
Algemeen bestuursrecht: hier vind je de regels die gelden voor alle verschillende bestuurstaken van
de overheid. Het zijn regels die in principe altijd gelden, ongeacht met welk deel van de bestuurstaak
de overheid bezig is: vreemdelingenzaken, onderwijs, sociale zekerheid, enz
Het bijzonder bestuursrecht: richt zich op de inhoud van de verschillende bestuurstaken, zoals het
vreemdelingenrecht, het milieurecht, de ruimtelijke ordening, enz.
2
,Bronnen van het bestuursrecht:
- Internationale verdragen: het recht van de EU heeft steeds meer invloed op ons nationale
bestuursrecht, vooral waar het gaat om besluiten in de sfeer van milieubescherming en
ruimtelijke ordening.
- Wetten:
nationale wetten zoals: de grondwet ( beschrijft de basisregels van onze staatsinrichting en beschrijft
de grondrechten van onze burgers).
De algemene wet bestuursrecht (AWB) is de belangrijkste wet voor het algemeen bestuursrecht.
Kernbegrippen: besluit, beschikking en belanghebbende, en geeft regels voor de rechtsbescherming.
Rechtsbescherming: de rechten van personen die met de bestuurstaak van de overheid te maken
hebben , zoals het recht om te worden gehoord voordat er een besluit wordt genomen en de
mogelijkheden om je tegen een besluit te verzetten.
Daarnaast ken het bijzondere bestuursrecht voor bijna elk deel van de bestuurstaak een eigen wet:
de vreemdelingenwet 2000 ( VW2000), de werkloosheidswet, de participatiewet, de wet
inkomstenbelasting 2001, de wet ruimtelijke ordering en de wet algemene bepalingen
omgevingsrecht ( Wabo). Deze wetten worden bijzondere wetten genoemd.
- Provinciale en gemeentelijk verordeningen: algemeen geldende regels van lagere
overheden kunnen ook bestuursrecht bevatten. Zoals bijvoorbeeld een bouwverordening van
een gemeente waarin staat in welke gevallen je een bouwvergunning aan moet vragen en
hoe de gemeente zo’n aanvraag beoordeelt.
- Jurisprudentie: uitspraken van bestuursrechters vormen ook een vindplaats van het
bestuursrecht, omdat rechters hun uitspraak motiveren en de uitspraken van de hoogte
bestuursrechter vaak worden geraadpleegd om te kijken hoe een bepaling uit het
bestuursrecht moet worden uitgelegd. ( afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
(ABRvS), de centrale raad van beroep (CRvB) en het college van beroep voor het bedrijfsleven
(CBb).
- Gewoonte: gewoonterecht ( zoals bijvoorbeeld het vertrouwensbeginsel)
Het bestuursorgaan: hoofdrolspeler in het bestuursrecht
AWB omschrijving van een bestuursorgaan:
1. Een orgaan van een rechtspersoon dat krachtens publiekrecht is ingesteld
2. Een andere persoon of een ander college met enig openbaar gezag bekleed
3
, Orgaan van een publiekrechtelijk persoon: een rechtspersoon is een instelling of onderneming die
een eigen leven leidt in het recht.
Privaatrechtelijke rechtspersonen: worden opgericht door mensen of organisaties.
Publiekrechtelijke rechtspersonen: deze worden niet door mensen opgericht, maar door de wet in
het leven geroepen om een deel van de overheidstaak uit te voeren ( de gemeente, de provincie en
het Rijk).
Openbare lichamen: publiekrechtelijke rechtspersonen ( de gemeente, de provincie en het Rijk).
Openbaar lichaam bestaat uit bestuursorganen: ‘de gemeente’ of ‘de provincie’ is feitelijk alleen
een juridische constructie. Zij handelen niet zelf en nemen zelf ook geen besluiten. Dit doen de
organen van de gemeente of provincie ( onderdelen van het openbaar lichaam).
- De organen van een gemeente zijn de burgemeester, het college van B&W en de
gemeenteraad.
- De organen van een provincie zijn: de commissaris van de koning, de gedeputeerden staten
en provinciale staten.
- De organen van het Rijk zijn oa: de minister en de regering.
Ivm machtsevenwicht tussen de staatsorganen en de scheiding tussen de verschillende
overheidsorganen zijn de wetgevende en rechtsprekende organen van de staat geen bestuursorgaan.
Ook de hoge adviescolleges, zoals de Raad van State en de Rekenkamer vallen buiten het begrip
bestuursorgaan.
Sommige stichtingen of vennootschappen voeren typische overheidstaken uit:
- Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR)
- Autogarages die Apk-keuringen uitvoeren
De AWB zegt dat ook andere personen of colleges die ‘met openbaar gezag bekleed’
bestuursorganen zijn. Het gaat dan alleen om instellingen of bedrijven die een overheidstaak
uitvoeren en daarvoor ook wettelijke bevoegdheden hebben.
- A-organen: de organen van publiekrechtelijke organisaties, vallen bij alles wat ze doen
onder de AWB.
- B-organen: de personen of colleges met openbaar gezag bekleed, AWB geldt alleen als ze
met hun overheidstaak bezig zijn.
Zelfstandige bestuursorganen (ZBO)/ publiekrechtelijke rechtspersonen: UWV, Kamer van
Koophandel, Rijksuniversiteit Maastricht en het Commissariaat voor de media.
ZBO: een bestuursorgaan dat zelfstandig een bepaald deel van de bestuurstaak uitvoert en losstaat
van de centrale overheid. Een ZBO staat niet onder gezag van een minister, vandaar zelfstandig.
De taken en bevoegdheden van een ZBO staan in een wet of in een algemene maatregel van
bestuur.
4