Om via aardrijkskunde grip te krijgen op de wereld om ons heen zijn drie componenten van
belang:
• het verwerven van een geografisch wereldbeeld;
• het verwerven van kennis van en inzicht in ruimtelijke vraagstukken;
• het leren hanteren van de geografische benadering.
De eerste twee componenten zijn vooral gericht op de aardrijkskundige kennis. Leerlingen
beschikken over een geografisch wereldbeeld als zij de hoofdlijnen van de spreiding van mens
en natuur in de wereld kennen. Ze hebben inzicht in ruimtelijke vraagstukken als ze
bijvoorbeeld milieuproblemen op aarde kunnen beschrijven en verklaren. De geografische
benadering duidt op de aardrijkskundige manier van denken en houdt in dat leerlingen
geografische vragen kunnen stellen, de geografische werkwijze kunnen hanteren en met
geografische informatie kunnen omgaan. De drie componenten samen worden ook wel
geografisch besef genoemd.
1.2 Geografisch besef
Het is belangrijk om te weten dat je op verschillende schaalniveaus andere patronen ziet. Er
kunnen verschillende schaalniveaus onderscheiden worden. Het lokale schaalniveau houdt
bijvoorbeeld verband met een kleiner gebied, zoals een dorp of een gemeente, terwijl het
nationale schaalniveau betrekking heeft op een land.
Bij de geografische benadering gaat het om een manier van denken: geografisch denken. Het
betreft het (leren) stellen van geografische vragen: Waar? Waarom daar? Waar nog meer? Hoe
verandert het? Wat is het effect op de omgeving? Hiermee leer je vraagstukken te analyseren op
verschillende schaalniveaus, de samenhang tussen mens en natuur te zien en vanuit
verschillende perspectieven of invalshoeken te denken.
1.3 Het doel van het aardrijkskundeonderwijs
Het huidige aardrijkskundeonderwijs richt zich op het ontwikkelen van zogenoemde ‘krachtige
kennis’ (powerful knowledge). Kennis is krachtig wanneer ze zaken kan verklaren, inzicht geeft
in ontwikkelingen en het mogelijk maakt om alternatieven te verbeelden.
1.4 Aardrijkskunde op de basisschool
Leerlingen in de onderbouw van het basisonderwijs (4-6 jaar) zijn nieuwsgierig en leren
voortdurend, maar minder doelgericht dan oudere leerlingen. Leren over de wereld heeft voor
de jongste leerlingen tot doel om nieuwe ervaringen op te doen, woorden te geven aan die
ervaringen en de nieuwsgierigheid naar de omgeving te bevorderen.
Leerlingen in de middenbouw (7-9 jaar) worden zich steeds bewuster van hun omgeving. Ze
1
,vinden het interessant om te weten wat ‘echt’ is en wat i verzonnen. In de middenbouw zijn
ervaringen nog steeds belangrijk, maar nu willen leerlingen ook het verhaal achter de
ervaringen leren kennen. Ze krijgen interesse in de processen en afspraken in bepaalde gebieden
en in de achtergronden daarvan (ruimtelijke vraagstukken).
Leerlingen in de bovenbouw (10-12 jaar) kunnen informatie steeds beter ordenen en worden
zich bewuster van de verschillende manieren waarop je dat kunt doen. Ze gaan zich steeds meer
een eigen mening vormen.
1.5 Wat heb je nodig om goede aardrijkskundelessen te geven?
Om een goede aardrijkskundeles te geven, moet je als leerkracht allereerst zelf beschikken over
voldoende vakkennis en vakvaardigheden ofwel geografisch besef. Fouten in de redeneringen
van leerlingen worden ook wel misconcepten genoemd. Een hardnekkig misconcept betreft het
gat in de ozonlaag, waarvan veel mensen denken dat het verantwoordelijk is voor de opwarming
van de aarde.
De koppeling van de inhoudelijke kennis met de didactische kennis wordt ook wel Pedagogical
Content Knowledge (PCK) genoemd.
Hoofdstuk 2 Hoe geef je een goede aardrijkskundeles?
2.1 De bouwstenen van een aardrijkskundeles
Er zijn steeds drie vragen die je jezelf kunt stellen als je een aardrijkskundeles gaat geven.
1. Wat ga ik onderwijzen, of wat moeten leerlingen leren?
2. Hoe ga ik dat onderwijzen, of hoe kunnen de leerlingen dit het best leren?
3. Waarom ga ik dat op deze wijze onderwijzen, of waarom moeten de leerlingen dit leren
en waarom op deze manier?
2.2 Opbouw van een aardrijkskundeles
Als duidelijk is wat de voorkennis is van de leerlingen, kun je de doelen voor de les gaan
formuleren. Bij het vak aardrijkskunde moet je de leerlingen altijd laten nadenken over de
ligging van een bepaald verschijnsel (zoals gebergten, vulkanen, steden). Zonder iets te weten
over de ligging kun je een verschijnsel niet verklaren. Bij het opstellen van je lesdoelen
formuleer je daarom zo veel mogelijk een beschrijvend lesdoel (gekoppeld aan de ligging) en een
verklarend lesdoel. Daarnaast kun je waarderende lesdoelen formuleren.
Voor het voorbeeld over landbouw in de provincie Groningen kun je de volgende lesdoelen
formuleren. De leerlingen kunnen:
• een aantal producten noemen die in de provincie Groningen verbouw worden
(beschrijvend lesdoel);
• vertellen waarom die producten juist daar verbouwd kunnen worden (verklarend
lesdoel);
• een aantal voor- en nadelen van suikerproductie noemen (waarderend lesdoel).
2
, Figuur: Bouwstenen van een aardrijkskundeles op de basisschool
In groep 5 wordt gestart bij de eigen omgeving, in groep 6 komt Nederland aan de orde, in groep
7 volgt Europa en in groep 8 wordt tenslotte aandacht besteed aan de andere continenten.
De derde vraag die je jezelf stelt als je een aardrijkskunde les gaat ontwerpen kan opgesplitst
worden in een aantal subvragen:
• Waarom heb je voor deze aanpak gekozen?
• Hoe zorg je ervoor dat de leerlingen gedurende de les betrokken zijn en blijven?
• Op welke wijze is de les gebaseerd op theoretische inzichten/relevant onderzoek?
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Femke95. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,39. Je zit daarna nergens aan vast.