Farmacologische beïnvloeding van het zenuwstelsel; pijnstilling en
anesthesiologie
1.1 Inleiding:
Je hebt drie anesthesiepijlers:
1. Mentaal blok (bewustzijnsverlies)
2. Sensibel blok (pijnstilling)
3. Motorisch blok (spierrelaxatie)
Je hebt ook nog een vierde anesthesiepijler, namelijk de autonome stabiliteit: de mate
waarin het perifere autonome zenuwstelsel beïnvloed wordt.
1.2 Farmaca met analgetische werking:
1.2.1. Narcotische analgetica: opioden
Opioïden zijn zeer potente pijnstillers. Ze voeren hun werking uit via de opioïd-receptor, in
het centrale zenuwstelsel als het perifeer. De endogene liganden hebben als belangrijke
functie in het lichaam o.a. de regulatie van de pijnsensatie bij fyciologische processen
(spijsvertering). De opioïden verschillen onderling op type receptor (OP-3, OP-2, OP-1 of te
wel de μ-receptor, κ-receptor en δ-receptor), daarnaast kunnen opioïden verschillen tussen
het zijn van agonist en antagonist op het zelfde moment (hierdoor kunnen bepaalde
opioïden op bepaalde receptoren een heel sterk effect teweegbrengen en op sommige heel
weinig).
Bij gezelschapsdieren
(m.n. hond) kan de
toediening van opioïden
de vagutonus verhogen
en o.a. bradycardie,
verhoogde
speekselproductie en
verhoogde bronchiale
secretie induceren.
Tabel 1 Effecten die de opioïden teweeg kunnen brengen wanneer ze binden
aan een bepaald type receptor.
Het optreden van hoofd- en bijwerkingen is sterk afhankelijk van de farmacokinetiek-
eigenschappen, dosering en toedieningswijze. Systemische toediening is kortdurend (pijn,
peri-operatief of ortopedische problemen) en bij langdurige therapie geef je intra-articulair
of epiduraal. Pleisters is bij gezelschapsdieren als alternatieve systemische toedieningsvorm.
1
, • Opium:
Is afkomstig uit opium (=ingedroogd product van papaver somniferum en bevat o.a.
morfine en codeïne). Tabel 2 Eigenschappen van individuele opioïden: indicaties voor
Voor diergeneeskundig gebruik heb je eliminatiehalfwaardetijd, analgetische potentie en activiteit op
de volgende middelen: verschillende receptor-subtypes.
- Hond: Fentanyl, Tramadol
- Hond/kat: Methadon
- Hond/paard: Butorpahnol
- Hond/kat/paard: Buprenorfine
- Humaan: morfine
Indicaties voor het gebruik van
opium zijn: matige-ernstige pijn (bij
peri-operatieve pijnbestrijding of
hevige chronische pijn), of te wel als
analgeticum.
Naloxon is een beschikbare opioïd-
receptor antagonist, die kan worden
ingezet om de effecten van opioïden
op te heffen (werkingsduur) is korter dan die van de gebruikte opioïden).
De geode pijnstillende werking van opioïden blijkt in de meeste gevallen in de
praktijk korter te duren dan de eliminatiehalfwaardetijd (niet goed te verklaren).
Deze opioïden worden veelal parenteraal en lokaal toegediend. Tramadol wordt
gebruikt bij chronische pijn waar NSAIDs niet voldoende helpen. Het blijkt namelijk
naast de opioïd-receptoren ook het centrale zenuwstelsel te beïnvloeden (zorgt voor
analgesie).
Opioïden worden in het algemeen aan plasma-eiwitten gebonden. In het
metabolisme zijn veel fase 1 reacties nodig, waarbij de excretie van opioïden vooral
via de nieren plaats vindt.
Buprenofrine ondervindt zowel fase 1 en 2 reacties, waarna die grotendeels via de
gal en een klein deel via de nieren wordt uitgescheiden. De werking is moeilijk de
agoneren, vanwege zijn sterke binding aan receptoren.
1.2.2. Niet-narcotische analgetica: NSAIDs
Worden toegepast als pijnstillers (ontstekingsremmend en koortsremmende werking.
NSAIDs remmen COS en de synthese van prostaglandinses (die verhogen de gevoeligheid
van perifere noicireceptoren en versterken zo de prikkelgeleiding van pijnprikkels).
NSAIDs die meer effect hebben op COX1 brenge meer risico’s op bijwerkingen, met name bij
langdurige toepassing. Dit komt doordat ze de productie van prostaglandines met
fysiologische functies verlagen. Het wordt bij monogastrische dieren per os toegediend,
injectievloeistoffen zijn weefsel irriterend en wordt daarom niet gedaan. Het
verdelingsvolume is beperkt, toch kan het effect van deze stoffen in diepere structuren
aanzienlijk zijn. Dit komt o.a. door een verhoogde binding op de juiste plaats (meer COS-
expressie ter plaatse van het probleem) en het fenomeen ‘ion trapping’ (door een iets lagere
pH ter plaatse wordt de ongeïoniseerde fractie hoger en dringer de NSAIDs beter door, dan
krijg je een nieuw zuur-base evenwicht, waarbij het grootste deel geïniseerd is en niet
afgevoerd wordt).
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper EvaS01. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.