Risicomanagement
Hoofdstuk 2
2.1 Definities en beschouwingen van risico’s
2.1.1 Definitie en formule van risico’s
Risico de mogelijkheid van een gevaar dat uitsluitend negatieve effecten heeft, dat leidt tot
schade of verlies.
Risico volgens COSO-raamwerk de mogelijkheid van gebeurtenissen die zowel negatieve effecten
als positieve effecten of een combinatie van die twee effecten met zich mee kunnen brengen. De
benadering onderscheidt zich van de definities die alleen uitgaan van gebeurtenissen met negatieve
gevolgen.
COSO-benadering worden risico’s gedefinieerd als de mogelijkheid van gebeurtenissen met een
negatief effect, die waarde creatie kunnen verhinderen of bestaande waarden kunnen uithollen.
Daarnaast wordt er rekening gehouden met de mogelijkheid van gebeurtenissen met een positief
effect, die toch worden aangeduid als kansen.
Kansen kunnen negatieve effecten van risico’s verminderen, zij bevorderen het behalen van
doelstelling en dragen bij tot het behoud of de creatie van waarden.
Mogelijkheid geeft aan dat er slechts sprake is van risico als er ook nog een andere uitkomst
denkbaar is. Er bestaat onzekerheid over de vraag of een storende gebeurtenis of kans zal voordoen
of op welk tijdstip dit zou kunnen plaatsvinden.
Onzekerheid wordt weggenomen
Gebeurtenis zal zich vaker voordoen op het voorspelde tijdstip
De gebeurtenis zal zich niet voordoen.
In beide gevallen is er geen sprake meer van risico.
Risico = de mogelijkheid dat zich een gebeurtenis voordoet in een gegeven periode en situatie, die
een negatief effect heeft, waarde creatie verhindert of bestaande waardes uitholt.
Risico = kans x gevolg
Met behulp van deze formule kan het risico worden gekwantificeerd. De onderneming moet een
overzicht hebben van de aanwezige risico’s. Het is nuttig om naast de complexiteit van het bedrijf
onderscheid te maken in de oorzaken die leiden tot een risico, de feitelijke gebeurtenissen en de
gevolgen. Dit is nodig om effectieve maatregelen te nemen.
2.1.2 Bedreigingen
Risico’s ontstaan doordat ondernemingen of instellingen blootgesteld zijn aan allerlei bedreigingen.
Bedreiging = de aanwezigheid van een of meer omstandigheden waaruit mogelijk aantasting van
waarde, schade, verlies of letsel kan ontstaan er kan schade ontstaan, maar het is niet zeker dat
de schade ook ontstaat.
Elementen van een bedreiging
Een bedreiging bestaat uit drie elementen (Claes, 1998)
1. Een belang dat geschaad kan worden, een persoon die letsel kan oplopen of een doelstelling
die mogelijk niet wordt gerealiseerd;
2. De gevaren of krachten die de schade of het letsel veroorzaken;
3. Het gevolg van de schade of het letsel in termen van economische of emotionele waarden
, Ad 1 Een belang dat geschaald kan worden, een persoon die letsel kan oplopen of een doelstelling die
mogelijk niet wordt gerealiseerd
Het is belangrijk om vast te stellen en te classificeren wie letsel kan oplopen en wat beschadigd kan
worden of verloren kan gaan.
A. Persoonlijk welzijn
- De persoonlijke gezondheid als emotionele waarde en als economische waarde (medische
kosten)
- Het vermogen om inkomen te verwerven
B. Eigendommen
- Economische waarden die zijn vastgelegd in materiele en immateriële
vermogensbestanddelen.
- De capaciteit om met de vermogensbestanddelen inkomen te verwerven.
- De emotionele waarden die zijn verbonden aan bepaalde zaken (dierbare voorwerpen).
C. Vrijheid van wettelijke verplichtingen
D. Doelstelling waarvan de realisatie niet zeker kan worden gesteld
- Strategische doelstellingen
- Financiële doelstellingen
- Commerciële doelstellingen
- Organisatorische doelstellingen
Ad 2 De gevaren of klachten die de schade of het verlies veroorzaken
Waardoor de negatieve aantasting ontstaat, het gevaar van een mogelijke oorzaak van letsel, schade
of verlies.
A. Natuurlijke schadeoorzaken (ziekte, brand, storm, overstroming)
B. Menselijke schadeoorzaken (agressie, diefstal, vandalisme, fraude)
C. Economische schadeoorzaken (recessies, inflatie, verandering consumentengedrag, koersval)
D. Juridische, politieke en maatschappelijke schadeoorzaken (verandering wetgeving, inbeslagname
of nationalisatie)
Ad 3 Het gevolg van schade of verlies in termen van economische of emotionele waarden
Het gevolg van de uitkomst van de eerste twee vragen.
A. Wanneer iemand door ziekte niet meer kan werken, heeft hij minder inkomen
B. Wanneer de waarde van eigendommen negatief wordt aangetast = vermindering van vermogen
C. Wanneer door politieke omstandigheden een exportvergunning wordt geweigerd = commerciële
doelstelling niet gehaald.
Relatie tussen ‘risico’ en ‘bedreiging’
Zaken of omstandigheden die iets met risico te maken hebben, worden ermee aangeduid:
De mensen, eigendommen, belangen en activiteiten die aan letsel, schade of verlies blootstaan
(verzekeringswereld)
De schadeoorzaken (zwakke dijk dijkdoorbraak)
De gevaren of bedreigingen (hoge waterstand is een groot risico voor een zwakke dijk)
De omvang van de mogelijke verliezen of nadeel (omvang aanzienlijk; groot risico - kleine, zelden
optredende schade; verwaarloosbaar risico)
De term risico wordt gebruikt om de meetbare kans aan te geven dat een bedreiging inderdaad tot
letsel, schade of nadeel leidt. Een bedreiging is te beschouwen als een factor van het veel bredere
begrip ‘risico’. Wanneer een bedreiging ontbreekt, is er geen sprake van een risico, wanneer er een
bedreiging mogelijk aanwezig is, maar de meetbare kans om hierdoor getroffen te worden 0 is, dan
spreken we ook over een risico.
Kans aspecten van een onzuiver risico