Samenvatting
Bedrijfskunde samenvatting tentamenweek 2, TBK
samenvatting van het boek Bedrijfskunde Integraal. Dit wordt getoetst onder het schoolvak Project. Hoofdstukken 4,7,8,9 en 10
[Meer zien]Voorbeeld 3 van de 28 pagina's
Voorbeeld 3 van de 28 pagina's
In winkelwagengesponsord bericht van onze partner
Gekoppeld boek
Titel boek:
Auteur(s):
- Uitgave:
- ISBN:
- Druk:
3 beoordelingen
Door: Timruesen • 8 jaar geleden
Door: evelienspruyt • 8 jaar geleden
Duidelijke samenvatting! Ik heb zonder te leren en alleen deze samenvatting 1x door te lezen een voldoende gehaald.
Door: Denniskiekebos • 8 jaar geleden
Voorbeeld van de inhoud
H10 bedrijfskundige methoden en techniekenBij bedrijfskundig onderzoek wordt er onderzoek gedaan naar én over
bedrijven in hun context. Onderzoek naar het bedrijf wordt bedoeld al het
onderzoek naar het bedrijf en alle onderdelen van het bedrijf. Met de context
worden alle zaken bedoeld die buiten het bedrijf staan, maar wel te maken
hebben met het bedrijf en/of de bedrijfsvoering.
De zaken (zoals leidershapsstijl van de leidinggevenden, de bedrijfscultuur, de
manier waarop macht wordt ingezet, de gebruikte technologie en de leeftijd en
omvang van het bedrijf) bij elkaar voor de invulling van de context van een
bedrijf of organisatie worden door bedrijfskundigen vaak de zogenoemde
contingentiefactoren genoemd.
De vragen die een bedrijfskundige zich stelt voor het analyseren, diagnosticeren
en oplossen van bedrijfskundige problemen zijn:
- Wat is de feitelijke situatie?
- Wat is de gewenste situatie?
- Wat is het verschil tussen beide situaties?
- Wie hebben met het probleem te maken?
Onderzoek doe je wanneer je iets wilt weten waarvan je het antwoord of de
oplossing niet direct beschikbaar hebt. Opzoeken doe je wanneer gegevens al
bekend zijn door bijvoorbeeld een onderzoek van iemand anders. Zoals het
opvragen van gegevens bij het CBS.
Een onderzoek is betrouwbaar wanneer je elke keer dezelfde uitkomst krijgt als
je het onderzoek herhaalt.
Validiteit heeft te maken met dat je datgene meet wat je wilt meten. Of een
onderzoek valide is hangt dus af van de vraag: meet ik wat ik wil meten?
Wanneer je twijfels hebt over het aantal onderzochte personen die in het
onderzoek zijn meegenomen, spreek je van een niet representatief onderzoek.
Dit zijn zijn als het aantal onderzochte personen te klein zijn, de
onderzoekspopulatie. Maar het kan ook zijn dat de verkeerde populatie is
onderzocht, bijvoorbeeld alleen mannen, i.p.v. mannen en vrouwen, de totale
populatie.
Om een valide en betrouwbaar onderzoek te doen is het belangrijk om de juiste
vragen te stellen. Hiervoor stel je voordat je aan het onderzoek begint een
probleemstelling op. Deze probleemstelling bestaat uit een beschrijving van
het probleem dat je wilt onderzoeken en wordt afgesloten met een centrale
vraag of centrale probleemstelling.
Randvoorwaarden zijn algemene beperkingen die de onderzoeker aan het
onderzoek oplegt, zoals: het onderzoek mag niet meer dan zoveel kosten, of
zolang duren.
Een steekproef waarbij iedereen uit de onderzochte populatie evenveel kans
heeft om getrokken te worden, noemen we een aselecte steekproef. Een
veelvoorkomende manier is een aselecte steekproef uit een bestand met NAWT-
gegevens (naam, adres, woonplaats, telefoon) van de doelgroep.
,Een techniek/methode om om te gaan met non-respons, is door de mensen nog
een keer te benaderen en vragen waarom ze niet meededen en alsnog vragen of
ze mee willen doen.
Een bedrijfskundig onderzoek moet uiteraard aan deze voorwaarden voldoen:
- Objectief. Het onderzoek moet objectief zijn. Objectief betekent dat het
niet op meningen is gebaseerd, maar dat het resultaat van het onderzoek
gebaseerd is op feiten.
- Herhaalbaar. Iedere wetenschapper moet het onderzoek kunnen herhalen
om te controleren of de uitkomsten nog steeds hetzelfde zijn.
- Systematisch. Dit betekent dat de wetenschapper systematisch te werk
moet gaan. Duidelijk vastleggen en structureren van het onderzoek is
belangrijk zodat andere onderzoekers je onderzoek kunnen herhalen en/of
controleren.
- Controleerbaar. Het onderzoek moet gecontroleerd kunnen worden.
Belangrijk is hiervoor dat de onderzoeker goed let op voorgenoemde
aspecten als herhaalbaarheid en systematiek.
Kwantitatief onderzoek biedt cijfermatig inzicht en geeft veelal antwoord op
vragen die in termen van hoeveelheid kunnen worden uitgedrukt. (bijv. uit
hoeveel jongeren bestaat een doelgroep, hoeveel geadresseerden lezen het blad,
etc.)
Kwalitatief onderzoek is gericht op het verkrijgen van informatie over wát er
leeft onder een bepaalde doelgroep en waarom. Deze vorm van onderzoek geeft
diepgaande informatie door in te gaan op achterliggende motivaties, meningen,
wensen en behoeften van de doelgroep.
Beschrijvend onderzoek doe je als je nog niet zo veel van een bepaald
onderwerp of fenomeen afweet. Je zult je in de boeken zoeken en in de
administratie duiken om output- en inputgegevens te verzamelen van allerlei
deelprocessen.
En je zult ongestructureerde interviews houden met managers en
medewerkers om erachter te komen hoe het precies zit. Met ongestructureerd
wordt hier bedoeld dat je niet een vaste vragenlijst hebt, maar een vrij gesprek
hebt met die persoon.
Het doel van een beschrijvend onderzoek is vaak dat je meer inzicht krijgt in het
probleem en de deelproblemen waaruit het probleem bestaat door deze te
beschrijven.
Bij verklarend onderzoek stel bijvoorbeeld de vraag: hoe komt het dat tussen
deelproces A en B voorraadproblemen ontstaat? Waar bestaan deze
voorraadproblemen uit? Je gaat nu specifieker te werk omdat je expliciete
verklaringen wilt krijgen van het probleem. Je houdt gestructureerde interviews
met medewerkers en gaat zelf op de plek in het productieproces meedraaien.
Bij toetsend onderzoek ga je echt dingen meten in een bedrijf. Je gaat
bijvoorbeeld met een aantal onderzoekers op verschillende punten in het proces
doorlooptijden meten en statistisch ga je dit modeleren, waardoor je inzicht krijgt
op welke momenten het probleem hoe groot is.
, Een ander onderzoek is het experiment. Een experiment doe je meestal als je
het probleem goed verkend hebt, je een goede verklaring voor het probleem hebt
en je deze verklaringen hebt getoetst. Je hebt een mogelijke oplossing gevonden
op het probleem, alleen je weet niet zeker of die werkt. Daarom ga je een
experiment doen.
Omdat zo’n experiment veel geld kan gaan kosten, wordt het experiment in een
simulatiemodel gestopt zodat je de werkelijkheid op de computer kan
nabootsen, dit heet modelleren.
Curatief organisatieonderzoek: hierbij geeft het bedrijf een probleem dat
opgelost moet worden. Er zijn dan duidelijke symptomen die aanleiding geven
voor een doorlichting.
Preventief organisatieonderzoek: hierbij wordt een bedrijf nagekeken op een
aantal punten zonder dat hier een directe aanleiding toe is. Het doel hierbij is om
vroegtijdig knelpunten op te sporen en op te heffen. We hebben hierbij in principe
te maken met een gezonder organisatie.
Evaluatief organisatieonderzoek: hierbij probeert de onderzoeker te
achterhalen hoe het bedrijf vanuit het verleden tot de huidige situatie is
gekomen.
Een bedijfskundige doet aan desk research wanneer hij onderzoek doet naar
reeds beschikbare en bestaande gegevens ten behoeve van een
probleemstelling. Dit soort gegevens worden ook wel secundaire gegevens
genoemd. Het zijn gegevens die al door anderen zijn verzameld.
Wanneer je overgaat tot desk research, kan je interne en externe bronnen
raadplegen. Interne bronnen zijn alle beschikbare gegevens binnen het bedrijf;
organogrammen, verkooprapporten, managementrapportages, notulen, etc..
externe bronnen zijn alle beschikbare gegevens buiten het bedrijf; gegevens van
het CBS, literatuur, procesmodellen, etc..
Primaire publicaties zijn: artikelen in vakbladen, boeken, rapporten en
internetpublicaties. Secundaire publicaties zijn samenvattingen of
verwijzingen naar primaire publicaties.
Bij Field research verzamelt de onderzoeker gegevens die niet d.m.v. desk
research te achterhalen zijn. Bijvoorbeeld observatie in de fabriek, beursbezoek,
interviews, leveranciersbezoek, etc.
Een paradigma is in de wetenschap een samenhangend stelsel van modellen en
theorieën die een denkkader vormen waarbinnen de werkelijkheid bestudeerd
wordt.
Fundamenteel onderzoek is er meestal op gericht een beter begrip van
mechanismen of patronen te krijgen. Het gaat bijv. om een nieuwe wiskundige
theorie, ide later toepassing zou kunnen krijgen.
Toegepast onderzoek richt zich om toepassingen te bedenken die bedacht zijn
door vanuit verschillende disciplines te kijken. Daarom is toegepast onderzoek
vaak multidisciplinair.
Bedrijfskundige benaderingswijzen zijn:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper windesheimzwolle. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.
Is Stuvia te vertrouwen?
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 67474 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen