TOEPASSINGSOPDRACHTEN
PROBLEEM 1 DAGVAARDING/VERZOEKSCHRIFT
Vraag 1
Als u goed kijkt (en misschien heeft u het al gezien), ziet u dat de eerste
roldatum in de dagvaarding van het probleem ligt vóór de dag waarop de
dagvaarding is uitgebracht.
a. Wat zal het gevolg zijn?
Er is te zien dat de 1e roldatum voor de dag ligt waarop de dagvaarding is uitgebracht. De
dagvaarding is namelijk uitgebracht op 13 december 2018 en de datum van de eerste openbare
terechtzitting is 17 januari 2018.
Art. 114 Rv bepaald dat de gewone termijn van een dagvaarding ten minste 1 week betreft. Hier is
dus niet aan voldaan.
Art. 120 Rv bepaald vervolgend dat al hetgeen in die afdeling is voorgeschreven, op straffe van
nietigheid in acht wordt genomen. Dit zou betekenen dat, omdat niet aan het wettelijke termijn van
minimaal 1 week is gehouden, de dagvaarding nietig zal worden verklaard.
Hier dient echter op grond van art. 121 jo. 122 Rv een nuancering op te worden aangebracht. Indien
de gedaagde niet verschijnt en de rechter tot de conclusie komt dat de dagvaarding leidt aan een
gebrek dat nietigheid meebrengt, dan verleent de rechter geen verstek art. 121 lid 1 Rv. Met andere
woorden: de zaak mag dan niet worden voortgezet zonder de aanwezigheid van de gedaagde,
waardoor de rechter een nieuwe roldatum zal bepalen art. 121 lid 2 Rv.
Verschijnt de gedaagde wel, dan bepaalt art. 122 lid 1 Rv dat het beroep op nietigheid van de
dagvaarding wordt verworpen mits het gebrek de gedaagde niet onredelijk in zijn belangen heeft
geschaad.
b. In dagvaarding was gekozen voor donderdag 17 januari, maar een eerdere datum was
mogelijk geweest. Wat was de eerst mogelijke roldatum nog steeds uitgaande van
betekening op donderdag 13 december 2018?
Art. 114 Rv bepaald dat de gewone termijn van een dagvaarding ten minste 1 week bedraagt. Art.
119 lid 1 Rv bepaalt dat het termijn van de dagvaarding aanvangt op de dag, volgend op die waarop
het exploot is uitgebracht. Het exploot is in dit geval uitgebracht op donderdag 13 december 2018,
wat dus betekent dat het termijn aanvangt op vrijdag 14 december 2018. Daarnaast bepaald art. 119
lid 2 Rv dat bij het bepalen van het termijn van dagvaarding de roldatum niet wordt meegerekend.
Als je zou tellen vanaf 14 december zou je dus eigenlijk uitkomen op 20 december, maar omdat de
dag van de roldatum niet meetelt wordt dit 21 december.
Nu is het zo dat zittingen in het burgerlijk procesrecht op een vaste dag plaatsvinden. Voor de
afdeling civiel is dit elke woensdag om 10:00 art. 1.5 Landelijk Procesreglement voor civiele
dagvaardingszaken bij de rechtbanken. Voor zaken bij de kantonrechter bepalen de meeste
rechtbanken de roldatum op basis van de beginletters van de naam van de gedaagde partij. Uit de
casus blijkt dat het gaat om de kantonrechter Den Haag, waardoor de datum dus bepaald moet
,worden aan de had van de beginletters. De casus geeft hier te weinig informatie over. Aangezien in
de casus is gekozen voor een donderdag mag je ervan uit gaan dat het op een donderdag plaatsvindt.
21 december 2018 valt op een vrijdag wat betekent dat naar de eerstvolgende donderdag moet
worden gekeken en dat is 27 december 2018.
Vraag 2
Bram Jaspers, wonende te Utrecht, heeft een handel in bouwmaterialen. Hij heeft
bouwmaterialen geleverd aan Joosten BV, gevestigd te Amsterdam. Joosten BV
blijft in gebreke het voor deze bouwmaterialen verschuldigde bedrag van
€60.000 te voldoen. In de toepasselijke voorwaarden is een
forumkeuzeclausule opgenomen op grond waarvan de Rechtbank Rotterdam
bevoegd is. Jaspers ziet zich genoodzaakt Joosten BV in rechte te betrekken en
brengt een dagvaarding uit waarin hij Joosten BV oproept voor de Rechtbank
Amsterdam, dus een andere rechter dan volgens de voorwaarden bevoegd zou
zijn.
Wat is het gevolg van het vermelden van een onbevoegde rechter in de
dagvaarding indien Joosten BV niet verschijnt?
Allereerst moet je kijken of de forumkeuzeclausule rechtsgeldig tot stand is gekomen op grond van
art. 108 Rv. De casus biedt hier verder geen aanknopingspunten voor.
In beginsel dient de zaak op grond van de forumkeuze aanhangig te worden gemaakt bij de
rechtbank Rotterdam. Bram Jaspers stapt echter na de rechtbank van Amsterdam, wat dus een
gebrek in de relatieve competentie oplevert.
Art. 110 Rv bepaalt in dit opzicht dat het verweer dat de rechter relatief onbevoegd is, dient te
worden gevoerd voor alle verweren ten gronde, dus bijvoorbeeld in de conclusie van antwoord. Het
is dus aan de wederpartij om hier bezwaar op te maken. De rechter mag zichzelf namelijk in geval
van relatieve onbevoegdheid niet ambtshalve onbevoegd verklaren, tenzij er sprake is van een van
de uitzonderingen uit art. 110 Rv. De casus geeft hier geen aanknopingspunten voor.
Aangezien Joosten BV niet verschijnt op de zitting, wordt er automatisch ook geen verweer door hem
gevoerd, waardoor het verweer tegen de relatieve onbevoegdheid komt te vervallen. De rechtbank
Amsterdam mag dus oordelen.
Vraag 3:
Welke beginselen zijn in het geding bij de eisen waaraan een dagvaarding moet
voldoen?
- Redelijk termijn
- Recht op hoor en wederhoor
- Motiveringsplicht
- Toegang tot de rechter
STAPPENPLANNEN
ONJUISTE ROLDATUM
1. Art. 114 Rv (met inachtneming van art. 119 Rv en 1.5 Landelijk Procesreglement voor civiele
dagvaardingszaken bij de rechtbank)
, 2. Art. 120 Rv
3. Art. 121 jo. 122 nuance op 120
4. Verschijnt de gedaagde? 122 lid 1
Verschijnt de gedaagde niet? 121 lid 1 en 2 (risico vast aan niet verschijnen)
ROLDATUM BEPALEN
1. Art. 114 Rv 1 week
2. Art. 119 Rv dag van de betekening en de dag waartegen is gedagvaard worden niet meegerekend
(roldatum dus niet meerekenen)
3. Art. 1.5 Landelijk Procesreglement voor civiele dagvaardingszaken bij de rechtbank woensdag 10
uur
4. In de casus sprake van kantonrechter? Beginletters bepalend voor de dag
ONBEVOEGDE RECHTER
Dagvaarding:
1. Bij absolute bevoegdheid: ambtshalve onbevoegd verklaren 72 rv, zo nodig doorverwijzen 73 rv (art.
42 RO)
Bij relatieve onbevoegdheid: niet ambtshalve onbevoegd verklaren art. 110 Rv, tenzij <25.000,
individuele arbeidsovereenkomst, art. 101 (consumentenzaken) en 103 Rv
2. Is er sprake van een forumkeuze? Art. 108 Rv
3. Herstel is misschien nog mogelijk art. 120 lid 2 jo. 66 lid 2 Rv
N.B. onbevoegdheidverklaring rechter moet voor alle weren art. 110 Rv
Verzoekschrift:
1. 270 lid 1 rechter zal zichzelf onbevoegd verklaren en de zaak verwijzen
2. Uitzonderingen in het 2e lid
ONBEVOEGDE AFDELING
1. Art. 71 lid 1 en 2
VERKEERD PROCESINLEIDEND STUK
1. Art. 69 binnen een door de rechter bepaald termijn, om te verbeteren of aan te vullen
VERKEERDE PARTIJAANDUIDING
1. Van der Lugt/Zegers rectificatie is mogelijk, mits:
- Het onder de gegeven omstandigheden voor de wederpartij kenbaar was dat van een
vergissing sprake was,
- De wederpartij door de rectificatie en vergissing niet is benadeeld of in haar verdediging is
geschaad en
- De rectificatie tijdig heeft plaatsgevonden
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Lar155a. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.