Management Accounting & Management Control
1. Ontwikkelingen in het vakgebied
1.1 Belangrijke begrippen
Management accounting houdt zich bezig met de financieel-economische berichtgeving aan interne
belanghebbenden (de leiding of het management).
Financial accounting gaat om de berichtgeving aan externe belanghebbenden (aandeelhouders,
kredietverschaffers etc.). Financial accounting is gebonden aan wettelijke regelgeving (Boek 2 Titel 9).
Cost accounting houdt zich bezig met de problematiek van kosten en kostprijzen, dit betekend dat cost
accounting zowel van belang is voor management accounting als voor financial accounting.
1.2 De manager als gebruiker van financieel-economische informatie
Hoewel de noodzaak van een goede administratie tegenwoordig in het midden- en kleinbedrijf wel
wordt ingezien, is het in veel gevallen nog steeds zo dat de ondernemer zelf weinig gebruikmaakt van
financieel-economische informatie. Naarmate de onderneming groeit, doet de noodzaak van een
management-accountingsysteem zich wel steeds meer voelen, maar het duurt vaak lang voor het tot
een daadwerkelijke opzet komt.
1.3 Grenzen van het vakgebied
Figuur 1.1 Afbakening vakgebied
1.4 Strategie
De strategische doelstellingen van met name grote ondernemingen zijn de afgelopen decennia
ingrijpend veranderd. Was een jaar of twintig, dertig geleden winstmaximalisatie de belangrijkste
strategische doelstelling van grote ondernemingen, vandaag de dag zijn vooral reputatie, groei,
maatschappelijk verantwoord ondernemen en waarde maximalisatie strategische doelstellingen die
worden nagestreefd.
Veranderingen in de strategische doelstellingen van ondernemingen worden voor een belangrijk deel
bepaald door twee visies:zzz
- Holistische visie: gaat er vanuit dat de onderneming een zelfstandige eenheid is, die een eigen
doelstelling kan nastreven. Vooral winstmaximalisatie is een doelstelling die duidelijk gebaseerd
is op een holistische visie.
- Behavioristische visie: ziet de onderneming als een complexe relatie tussen alle partijen die bij
de onderneming betrokken zijn. De strategische doelstelling dient dan zodanig te worden
vastgesteld, dat al deze partijen hun eigen doelstellingen daarin kunnen terugvinden.
Naast externe factoren zijn er ook intern gerichte factoren:
1.4.1 Soort onderneming
Globaal kunnen er drie soorten ondernemingen worden onderscheiden:
- Single industrie: bedrijven die zich uitsluitend met één enkel soort product of dienst bezig
houden (waterleidingmaatschappij, zorgverzekeraar).
- Related diversification: bedrijven die zich met meerdere producten of diensten bezighouden,
met één gemeenschappelijk kenmerk (bedrijven in de zuivelindustrie, farmaceutische
industrie).
- Unrelated diversification: bedrijven die zich met meerdere producten en diensten bezighouden,
die geen gemeenschappelijk kenmerk hebben (luchtvaartmaatschappij die ook
cateringactiviteiten ontplooit).
, 1.4.2 De missie van het bedrijf of onderdeel
Boston consultancy Group matrix - productlevenscyclus:
Opbouw marktaandeel (question mark) Build
Behoud marktaandeel (star) Holt
Hoog marktaandeel lage kosten (cash cow) Harvest
Zwakke concurrentiepositie (dog) Divest
1.4.3 Managementstijl
Er wordt vaak een aantal verschillende managementstijlen onderscheiden, zoals:
- Formeel/informeel
- Taakgericht/mensgericht
- Procesgericht/resultaatgericht
- Langetermijngericht/kortetermijngericht
- Tight control/loose control
Voor de invloed op de implementatie van de strategie beperken we ons tot de volgende stijlen:
- Formeel/informeel: Het onderscheid tussen beide heeft voor een belangrijk deel te maken met
het beeld dat de leiding heeft van de medewerkers. Als dit beeld overwegend positief is, dan
gaat de leiding ervan uit dat de medewerker uit zichzelf gemotiveerd is om de
ondernemingsdoelstellingen te realiseren en zal de managementstijl informele kenmerken
hebben. Wanneer het beeld negatief is, zullen de medewerkers voortdurend van buitenaf
gemotiveerd moeten worden om hun best te doen. Dit betreft een formele managementstijl.
- Tight control/loose control: Van tight control is sprake als de leiding frequent wenst te worden
gerapporteerd over de resultaten van afdelingen of bedrijfsonderdelen en heel intensief
communiceert met het management van de afdelingen of bedrijfsonderdelen. De leiding zit er
als het ware bovenop. Bij loose control houdt de leiding meer afstand.
1.4.4 Concurrentiestrategie
Porter onderscheidt drie strategieën om een concurrentievoordeel te kunnen realiseren:
- Kostenleiderschap: Een onderneming kan kostenleiderschap realiseren door tegen lagere
kosten te produceren dan de concurrent zonder op punten als service, kwaliteit en levertijd of
betrouwbaarheid minder te presteren dan de concurrent.
- Differentiatiestrategie: De onderneming streeft ernaar zich van de concurrent te onderscheiden
op alle gebieden, dus op leveringsconditie, kwaliteit, ondersteuning, levertijd,
leverbetrouwbaarheid, of individuele wensen van de afnemer, behalve de prijs.
- Focusstrategie: De onderneming richt zich op een of meerdere marktsegmenten waarbij op elk
marktsegment of voor kostenleiderschap of voor differentiatiestrategie wordt gekozen.
1.5 Besluitvorming
Het management-accountingsysteem dient de beslissingen met relevante informatie te ondersteunen.
De soorten beslissingen kunnen in drie groepen worden verdeeld:
- Strategische beslissingen: Deze worden door de topleiding genomen en worden niet alleen op
interne, maar ook op externe informatie gebaseerd. (lange termijn, ongestructureerd,
ingrijpende gevolgen, niet frequent genomen).
- Operationele beslissingen: De bevoegdheid van deze beslissingen kan worden gedelegeerd en
is gebaseerd op interne informatie (korte termijn, goed gestructureerd, frequent).
- Organisatorische beslissingen: Deze hebben betrekking op het besturingsproces. Ze grijpen
over het algemeen diep in, in de bestaande organisatiestructuur en vereisen veel voorbereiding
en overleg met betrokkenen. Er is overwegend interne informatie nodig en de mogelijkheden
om dit soort beslissingen te delegeren is beperkt.
, 2. Management-controlsysteem
2.1 Doelcongruentie en management control
Het kern van management control betreft doelovereenstemming of doelcongruentie. Hiervan is sprake
wanneer de werkzaamheden zo worden georganiseerd zodat de door het personeel na te streven
doelen overeenkomen met de ondernemingsdoelstellingen. Naast management control wordt ook de
term organizational control gebruikt. Hierbij gaat het om het uitoefenen van de invloed op het
menselijke gedrag door het nastreven van doelcongruentie of door beloning en sanctie.
De door de ondernemingsleiding uitgezette strategie vormt de basis voor het management-
controlsysteem. Strategic control beoogt een integratie van de strategische doelen in het
controlsysteem. Bij de periodieke evaluatie van de managementprestaties dient steeds aandacht te
worden besteed aan de strategische doelen van de onderneming.
Management control is het beïnvloeden van werknemers door het management teneinde de strategie
van de onderneming uit te voeren. Control betekend besturen of beheersen. Het selecteren van een
juiste strategie speelt een belangrijke rol. De strategie van een onderneming is gebaseerd op interne
factoren (sterke en zwakke punten) en externe factoren (kansen en bedreigingen).
Bij het management-controlsysteem is het van belang dat een ondernemer ervoor zorgt dat zijn
werknemers handelen in de geest van de gekozen strategie. Het management-controlsysteem kan
worden opgesplitst in:
- Management-controlstructuur: Betreft het opzetten van een indeling van activiteiten, het
verdelen van bevoegdheden en het toewijzen van verantwoordelijkheden.
- Management-controlproces: Betreft het plannen, uitvoeren en evalueren van activiteiten
gericht op het realiseren van de doelstellingen van de onderneming.
De management-controlstructuur en de management-controlproces dienen goed op elkaar te worden
afgestemd.
2.2 Management-controlstructuur in het midden- en kleinbedrijf
De basisgedachte is om een onderneming op een zodanige wijze te structureren, zodat deze structuur
dienstbaar is aan het management-controlsysteem. Hierbij wordt steeds getracht de werknemer
verantwoordelijk te maken (manager) voor een activiteit of een onderdeel van de onderneming
(doelcongruentie).
2.2.1 Verantwoordelijkheidscentra
Een verantwoordelijkheidscentra is een organisatorische eenheid die geleid wordt door een manager
die verantwoordelijk is voor de prestaties van de eenheid. Deze prestaties worden meestal vertaald in
standaarden (normen) of doelstellingen. Elk verantwoordelijkheidscentrum zet input om in output.
- Als de output wordt afgezet tegen de hoeveelheid gebruikte input, dan wordt gekeken of er
sprake is van efficiency.
- Als effectiviteit centraal staat, wordt gekeken naar de relatie tussen output en doelstelling.
Er zijn 4 typen verantwoordelijkheidscentra:
- Kostencentrum:
o Standaardkostencentrum: Er is sprake van standaarden (normen) die een relatie leggen
tussen output en input. Efficiency staat centraal. Er kunnen standaarden worden
vastgesteld, waar achteraf op basis van het aantal afgeleverde producten kan worden
vastgesteld hoeveel materiaal men had mogen gebruiken.
o Discretionair kostencentrum: Kosten zijn discretionair als ze afhankelijk zijn van de
beslissingen die het management neemt. De ondernemer bepaald zelf hoeveel geld hij