Bijzondere opsporingsbevoegdheden:
Stille SMS
De verzending van ‘stille’ sms’jes naar de telefoon van verdachte om een indicatie te krijgen waar de verdachte zich
bevond, kan op grond van art. 3 Politiewet en art. 141 respectievelijk art. 142 Sv plaatsvinden indien deze verzending
slechts een beperkte inbreuk maakt op grondrechten van burgers en niet zeer risicovol is voor de integriteit en
beheersbaarheid van de opsporing. De toepassing van deze opsporingsbevoegdheid kan jegens de gebruiker van de
telefoon onrechtmatig zijn indien zij in verband met de duur, intensiteit en frequentie ervan geschikt is een min of meer
compleet beeld te verkrijgen van bepaalde aspecten van het persoonlijk leven van de betrokkene.
Onderzoek smartphone
Voor het doen van onderzoek door een opsporingsambtenaar aan inbeslaggenomen elektronische gegevensdragers en
geautomatiseerde werken teneinde de beschikking te krijgen over daarin opgeslagen of beschikbare gegevens vereist de
wet geen voorafgaande rechterlijke toetsing of tussenkomst van de officier van justitie. Indien de met het onderzoek
samenhangende inbreuk op de persoonlijke levenssfeer als beperkt kan worden beschouwd, biedt de algemene
bevoegdheid van opsporingsambtenaren, neergelegd in art. 94 Sv, in verbinding met art. 95 respectievelijk art. 96 Sv,
daarvoor namelijk voldoende legitimatie. Dit zal het geval kunnen zijn indien het onderzoek slechts bestaat uit het
raadplegen van een gering aantal bepaalde op de elektronische gegevensdrager of in het geautomatiseerde werk
opgeslagen of beschikbare gegevens. Indien dat onderzoek echter zo verstrekkend is dat een min of meer compleet beeld is
verkregen van bepaalde aspecten van het persoonlijk leven van de gebruiker van de gegevensdrager of het
geautomatiseerde werk, dan kan dat onderzoek jegens hem onrechtmatig zijn. In dat geval is toestemming van een hogere
autoriteit vereist.
Kruslin & Huvig
Het afluisteren of op andere wijze onderscheppen van telefoongesprekken vormt een ernstige inmenging in het privéleven
en dient daarom met bijzondere nauwkeurigheid in het nationale recht geregeld te zijn. De uitdrukking "in
overeenstemming met de wet" in de zin van art. 8 lid 2 EVRM vereist in dat opzicht in de eerste plaats dat de bestreden
maatregel een zekere grondslag in het nationale recht heeft. Voorts verwijst zij naar de kwaliteit van het recht in kwestie,
hetgeen vereist dat het toegankelijk is voor de betrokkene, die bovendien de gevolgen ervan voor hem moet kunnen
overzien, en verenigbaar is met de rechtsstaat.
Recht op eerlijk proces:
Salduz/Turkije
Ieder heeft recht op een raadsman zodra er sprake is van (een eerste) verhoor. Hiervan mag alleen van worden afgeweken
in uitzonderlijke gevallen. Indien geen toegang tot een raadsman wordt gegeven, is dit onherstelbaar en zijn alle
verklaringen onrechtmatig.
Ibrahim/Verenigd Koninkrijk
Tweestappentoets:
– Er dient te worden onderzocht of dwingende redenen bestaan voor de beperking op het recht op bijstand van een
raadsman. Alleen in uitzonderlijke omstandigheden toegestaan, dient van tijdelijke aard te zijn en gebaseerd op
individuele beoordeling van bijzondere omstandigheden van het geval.
– Rechter moet de invloed van de beperking op het eerlijke verloop van de procedure onderzoeken en beslissen of
de procedure in haar geheel eerlijk is verlopen.
Het feit dat de verdachte geen toegang had tot bijstand van een raadsman, maakt nog niet dat er altijd sprake is van een
schending van art. 6 EVRM. Er dient namelijk naar de procedure in het geheel te worden gekeken. Het ontbreken van
dwingende redenen leidt derhalve op zichzelf niet automatisch tot de vaststelling van een schending van art. 6 EVRM.
Overzichtsarrest aanwezigheidsrecht
De rechter dient een afweging te maken tussen alle bij aanhouding van het onderzoek ter terechtzitting betrokken
belangen. Het gaat daarbij om het belang van de verdachte bij het kunnen uitoefenen van zijn in art. 6 lid 3 sub c EVRM
gewaarborgde aanwezigheidsrecht en het belang dat de verdachte en de samenleving heeft bij een doeltreffende en
spoedige berechting.
WEEK 2 PROBLEEM 2
Buzadji/Moldavië
Het voortbestaan van redelijk vermoeden van schuld is voorwaarde voor voortgezette bewaring, maar na bepaald
tijdsverloop volstaat dat niet meer om hechtenis te rechtvaardigen. Hof moet dan vaststellen (1) of andere door de
rechterlijke autoriteiten aangevoerde gronden de vrijheidsbeneming blijven rechtvaardigen en (2) wanneer dergelijke
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper LindaXK. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.