1. Klantsegmenten een organisatie bedient een of meerdere klantsegmenten op de
nichemarkten waarin ze specifieke en gespecialiseerde eisen stellen.
Multi-sided platforms: wanneer een organisatie twee of meer onderlinge afhankelijke
segmenten heeft. VB: creditcardbedrijf heeft creditcardbezitters nodig en winkeliers die de
creditcards accepteren.
2. Waardepropositie zij streeft ernaar problemen van klanten op te lossen en in
klantbehoeften te voorzien met waardeproposities. Zowel kwantitatief (prijs) als kwalitatief
(klantervaring)
3. Kanalen waardeproposities worden aan klanten geleverd via communicatie-, distributie-
en verkoopkanalen. Verschillende kanalen: eigen zijn het beste maar is duur.
Eigen directe kanalen: in-house verkoop, website
Eigen indirecte kanalen: retailwinkels
Indirecte partnerkanalen: groothandelsdistributie, retail of websites in eigendom van partner
4. Klantrelaties klantrelaties worden opgebouwd en onderhouden met elk klantsegment. VB:
(toegewezen) persoonlijke hulp, selfservice (indirect), geautomatiseerde diensten, cocreatie
5. Inkomensstromen inkomstenstromen zijn het resultaat van waardeproposities die met
succes aan klanten worden aangeboden. Bestaat uit eenmalige klantbetalingen of
aanhoudende betalingen.
Vaste prijszetting: vooraf bepaalde prijzen zijn gebaseerd op statische variabelen.
Dynamische prijszetting: prijzen veranderen op grond van marktvoorwaarden.
6. Key resources key resources zijn de assets die nodig zijn om de eerder beschreven
elementen te bieden en te leveren. Onder te verdelen in:
Fysiek (gebouwen), intellectueel (patenten), human resources, financieel (cash).
7. Kernactiviteiten; onder te verdelen in:
Productie van iets, probleemoplossing, platform/netwerk onderhouden.
8. Key partners sommigen activiteiten worden geoutsourcet en sommige resources worden
buiten de onderneming ingekocht. 3 motivaties voor partnerschappen te creëren:
1. Optimalisering en schaalvoordelen
2. Beperking van risico en onzekerheid
3. Acquisitie (werven) van bepaalde resources en activiteiten
9. Kostenstructuur; onder te verdelen in;
- Waardegestuurd: als bedrijven zich minder druk maken over de kosten en zich meer
focussen op de waardecreatie.
- Kostengestuurd: focussen op kosten zo laag mogelijk te houden. Onderscheid in:
Vaste kosten
Variabele kosten
Schaalvoordelen; goedkoper produceren bij een hogere afzet
Scopevoordelen; een groter bereik hebben waardoor bijv. dezelfde
marketingactiviteiten meerdere producten kunnen ondersteunen.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper TessaHollanders. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.