heel veel uit me klas hebben de toets niet gehaald. ik heb het hele boek nooit gekocht en alleen deze samenvatting 1 keer gelezen. heb een 6.6 op de toets. mijn dank is groot :)
Hoofdstuk 1: Begripsbepaling en uitgangspunten
“Wat is de relatie tussen leeftijd en gedrag?”
1.1 - Inleiding
In dit hoofdstuk ga je:
Een juiste omschrijving geven van de begrippen
! Fase
! Periode
! Levensloop
! Jeugdland
! Sturm und drang
! Adolescentie
! Puberteit
! Jeugdideologie
Vier hoofdthemaʼs in de jeugdideologie met historische verantwoording.
Vier factoren voor het verklaren van adolescentengedrag.
1.2 - Leeftijd en gedrag
Mensen hebben verschillende behoeften op andere leeftijden. Ook zijn er overeenkomstige behoeften zoals
ʻeten en drinkenʼ. De manier waarop behoeften bevredigd worden kan ook op verschillende manieren.
De relatie leeftijd-gedrag bestaat uit twee dingen: (1) dat wat mensen nodig hebben/behoeften, en (2) de
manier waarop ze daarmee bezig zijn.
Taalgebruik (= een vorm van gedrag) en leeftijd hebben iets met elkaar te maken. Iemand van 16 reageert
met andere woorden (vet cool) dan iemand van 80 (puik).
Vanaf een jaar of 13 beginnen de echte veranderingen te komen: lichamelijk, sociaal en emotioneel. Bij de
een gaat de lichamelijke verandering snel en de emotionele verandering langzaam, of andersom. Ook
ervaart iedereen het per persoon op zijn/haar eigen manier.
Fase: een tijd waarin mensen voorspelbare overeenkomsten in lichamelijke en geestelijke ontwikkeling
vertonen. In iedere fase heeft het menselijk functioneren een eigen kwaliteit.
Levensloop: een aantal fasen die een vaste volgorde hebben en een bepaalde onderlinge samenhang.
Bijvoorbeeld adolescentiefase: de fase tussen de kindertijd en de volwassenheid.
Periode: een deel van een fase.
1.3 - Pubertijd en/of adolescentie?
Adolescentie: de fase tussen kindertijd en volwassenheid. (ongeveer (al vanaf 12) 16 - 22 jaar; gevormde
persoonlijkheid een plek in de maatschappij geven)
Puberteit: het begin van de adolescentiefase. (ongeveer 12 - 16 jaar; naar binnen gekeerd)
Ongeveer twee eeuwen geleden waren kinderen nog ʻvolwassenen in zakformaatʼ. Ze moesten zo snel
mogelijk meedraaien als potentiële volwassenen.
Jeugdland: een oudere benaming voor ʻadolescentiefaseʼ door Lea Dasberg. Vanaf de Verlichting hoefden
kinderen niet meer volwassen te worden en niet lang daarna móchten ze niet eens volwassen worden. Ze
moesten kind blijven; uitgestelde volwassenheid.
De hele adolescentiefase kun je verdelen in drie groepen:
12-15 jaar: Vroege adolescentie: puberteit. Lichamelijke veranderingen. Losmaking van ouders.
15-18 jaar: Midden adolescentie: experimenteren. Nieuwe keuzemogelijkheden ontdekken.
18-22 jaar: Late adolescentie: aangaan van (maatschappelijke) verplichtingen en persoonlijke relaties.
, 1.4 - Beeldvorming over adolescenten
Er zijn verschillende beeldvormingen over adolescenten.
1.4.1: beelden in de literatuur
1774 - Goethe: ʻHet lijden van de jonge Wertherʼ. Voor het eerst een puber in de literatuur. Schrijvers
beschrijven de adolescentie vaak als moeilijker, met emotionele labiliteit en heftige emoties. Het is een
eenzijdige opvatting die schrijvers hebben over de adolescenten. Maar tegelijkertijd zegt het ook iets over
hoe deze jongeren zich in die fase gedragen.
1.4.2: beelden in de massamedia
In de media wordt vee gegeneraliseerd. ʻDe jeugdʼ is crimineel/agressief/dronken. Het afwijkende of extreme
wordt ook nog eens benadrukt, waardoor het lijkt alsof alle adolescenten comadrinkers zijn. De vraag is of
jongeren zich ook meer gaan gedragen naar het beeld dat er van hen geschetst wordt.
1.4.3: beelden in de sociale wetenschap
Storm und drang (storm en stress) is een van de hardnekkigste beelden uit de sociale wetenschap over
adolescenten. Stanley Hall (grondlegger adolescentie psychologie) beschrijft deze periode als ʻemotionele
labiliteit, spanning en beroeringʼ. Die volgens hem voortkomen uit biologische veranderingen. Omdat men
lichamelijk snel veranderd, ontstaan er ook emotionele veranderingen.
Ook verklaren mensen het vanuit de sociaal-culturele ontwikkeling. Het gaat dan om een cultuurgebonden
visie. In andere culturen hebben ʻjongerenʼ bijvoorbeeld eerder grote verantwoordelijkheden en vertonen ze
minder emotionele uitbarstingen.
Er zijn vier onderzoeken die beschrijven of adolescentie nog steeds storm en stress is.
(1) uit 1966: weinig ondervraagden passen in het beeld van emotionele verwarring en onevenwichtigheid
(2) uit 1975: verschillende groepen; een deel is gelukkig, een deel is wat instabieler, en een deel is met
vallen en opstaan.
(3) uit 1990: een kleine groep (10%) is labiel en ongelukkig, de rest voelt zich prima.
(4) uit 2002: een groot deel is erg gelukkig; stabiele situatie en welvaart.
Storm und drang is dus in deze tijd lang niet meer op íedere adolescent van toepassing, maar slechts op
een klein deel. Dat de meeste jongeren zich gelukkig voelen komt deels door de grotere welvaart die we
tegenwoordig ervaren.
We leven tegenwoordig wel in een prestatiemaatschappij. Als je mee wilt tellen, moet je hogerop komen.
Ook is er meer consumentisme; we spannen ons steeds meer in om te kunnen kopen. Tot slot is er veel
individualisme. Door technologische ontwikkelingen communiceren we ook op een andere manier met
elkaar. Ook zijn er meerdere ʻantwoordenʼ mogelijk op sociale problemen; alles moet maar kunnen.
1.4.4: ontstaan van jeugdideologie
Jeugdideologie: ideële opvattingen over de jeugd (door Van Hessen). Hier zitten een aantal opvattingen in
die we nu nog steeds aanhouden. Er is een duidelijke relatie tussen de cultureel-maatschappelijke stroming
en de jeugdidealen. De volgende opvattingen hebben de revue gepasseerd.
! De jeugd heeft charisma. (ze kunnen voor zichzelf denken; deugdzaamheid). [uit de religieuze sfeer]
! De jeugd is progressief. (ze kunnen een betere wereld maken). [Verlichting]
! De jeugd is non-conformistisch. (ze zijn nog zuiver/waarachtig. Blijven dit door zich niet aan te
! ! passen aan de verdorven volwassenwereld). [Romantiek]
! De jeugd is activistisch. (ze willen aanpakken/grote daden verrichten). [Geslaagde burgerij]
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lindadelahaye. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.