Zeer beknopt maar volledige samenvatting van de hoofdpunten per benadering. Dit is de belangrijkste informatie over de biologische benadering, behavioristische benadering en de cognitieve benadering. De hoorcolleges kijken en dit document waren voor mij voldoende om een 8 mee te halen.
De biologische benadering
Descartes, Darwin
Onderzoekt de relatie tussen geest en lichaam en de invloed van erfelijkheid op ons gedrag.
Onderzoekt de psychologische en genetische basis van ons gedrag. Erfelijkheid en omgeving
Dualisme = het idee van Descartes dat het lichaam en de geest gescheiden waren, maar wel konden
interacteren.
Materialisme = de overtuiging dat geest en lichaam een eenheid vormen. Al ons gedrag en ons
bewustzijn heeft een fysiologische basis.
Lokalisatie van functies = de veronderstelling dat bepaalde functies geassocieerd zijn met bepaalde
gebieden in de hersenen.
Natuurlijke selectie = survival of the fittest door Darwin.
Proactieve drugs = heeft invloed op de geest studie psychofarmacologie.
Stimulanten = activeren het centrale zenuwstelsel; dopamine, cafeine en nicotine.
Depressants = reduceren de werking van het centrale zenuwstelsel; alcohol en slaapmiddelen.
Anti-anxiety = verminderen de angst van iemand; valium
Antidepressants = verminderen depressies
Hallucinogens = verbeteren de stemming en perceptie
Cerebrale hemisfeer = een van beide hersenhelften, verticaal doormidden. Elke hemisfeer is
verantwoordelijk voor het tegenovergestelde deel van het lichaam
Corpus callosum = een structuur in de hersenen die de twee hersenhelften met elkaar verbindt. Zo
kunnen ze informatie met elkaar uitwisselen
Cerebral dominance = een helft van de hersenen in superieur aan de andere helft
General adaption syndrome = een vast patroon van fysiologische reacties op stress.
1. Alarmfase: kortdurende verlaagde weerstand van het lichaam.
2. Weerstandsfase: weerstand tegen de stress verhoogd.
3. Uitputtingsfase: weerstand juist weer verlaagd.
Factoren die stress veroorzaken:
Predictability = voorspelbaaarheid; gewend om naast het spoor te wonen of niet
Perceived control = waargenomen controle; het gevoel dat mensen controle hebben over de situatie
The way we try to cope with a situation = verzetten of aanpassen aan stressvolle situaties
Probleemgerichte strategie = meteen handelen, een probleem wat moet worden opgelost
Emotiegerichte strategieen = het vermijden van het probleem
, Placebo effect = moeilijk te begrijpen voor mensen die geloven dat onze geest en lichaam gescheiden
zijn
Psycho-immunology = de studie van mentale toestanden en de effecten op de gezondheid
Evolutie = darwins proces waarbij eigenschappen binnen een populatie van organismen veranderen
in de loop van de generatie, als gevolg van drie dingen:
1. Genetische variatie
2. Voortplanting
3. Natuurlijke selectie
genotypen = de genetische code die een individu draagt in het DNA van de cellen. De verzameling
eigenschappen van het individu die geërfd is van beide ouders
fenotypen = genotypen + invloeden van buitenaf. Alle waarneembare eigenschappen van een
organisme.
Natavism = kennis die aangeboren is en niet wordt aangeleerd
Empirisme = kennis ontstaat uit ervaring
--> nature-nurture debat
Concordance = het bestuderen van individuen van wie de genetische relaties bekend zijn, zoals
eeneiige tweelingen.
De behavioristische benadering
James, Watson, Pavlov, Skinner
Omgevingsstimuli bepalen hoe wij ons gedragen door middel van leren: veranderingen in gedrag als
gevolg van een ervaring. Er is een relatie tussen observeerbaar gedrag (response) en omgeving-
gebeurtenissen (stimuli).
Functionalisme = hoe gedrag samenhangt met een doel, James
Basisprincipes behavioristische benadering:
1. Parsimony (spaarzaamheid) = het principe dat er altijd moet worden gezocht naar de meest
simpele mogelijke verklaring voor elke gebeurtenis. Gebruik van operationele definitief;
ontleend aan waarnemingen (termen duidelijk definiëren)
2. Associationism = het vormen van connecties tussen ideeën en/of gebeurtenissen. Law of
effect is hier een voorbeeld van.
Watsons ideeën:
• Nadruk op waarneembare responsen en omgevingsstimuli (observatie, complexiteit van de
omgeving beperken)
• Geen mentale concepten (gevoelens, gedachten, genetische variatie uitgesloten)
• Focus op leren en ervaring
Stimulus = een meetbare verandering in de omgeving.
Respons = een meetbare verandering in gedrag als reactie op een stimulus.
Reflex = een ongeleerde responsen die op gang kan worden gebracht door specifieke
omgevingsstimuli.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lotvantrommel2. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.