100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Praktisch Internationaal Recht, H2 €4,09   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Praktisch Internationaal Recht, H2

 7 keer bekeken  0 keer verkocht

Hoofdstuk 2 van het boek 'Praktisch Internationaal Recht' 7 bladzijden. Integrale Veiligheidskunde, jaar 2.

Voorbeeld 2 van de 7  pagina's

  • Nee
  • Hoofdstuk 2
  • 4 oktober 2022
  • 7
  • 2022/2023
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (16)
avatar-seller
annevanderlem
Praktisch Internationaal Recht

Hoofdstuk 2

2.1

Bij recht hebben we te maken met rechtssubjecten.

Rechtssubjecten = alle actoren die rechtsbevoegdheid bezitten.

2 soorten rechtssubjecten in het nationale recht:
1. Natuurlijke personen
2. Rechtspersonen

Ook in het internationale recht hebben we te maken met rechtspersoonlijkheid, want ook daar
kunnen actoren alleen aanspraak maken op rechten of aangesproken worden op plichten als zij
rechtspersoonlijkheid bezitten.

Staten zijn de belangrijkste internationale rechtssubjecten.

Internationale organisaties, mensen, volken, de-factorregeringen en zelfs bevrijdingsbewegingen
kunnen dragers worden van internationaalrechtelijke rechten en plichten.

Men gaat er echter vanuit dat alleen staten volledig internationaalrechtelijke rechtspersoonlijkheid
hebben. Zij zijn het immers die de rechtssubjectiviteit van anderen mogelijk hebben gemaakt en nog
steeds mogelijk maken, door bijvoorbeeld:
3. Internationale organisaties op te richten
4. Mensenrechten vast te leggen in verdragen
5. Vrede sluiten met bevrijdingsbewegingen



2.2

Wat maakt een staat een staat?
1. Grondgebied
2. Bevolking
3. Een regering oefent er effectief het hoogte gezag uit: soevereiniteit

1 = Grondgebied:
Een staat dient te beschikken over grondgebied. Hoe groot dit is, is niet relevant.

Het uitoefenen van rechtsmacht door de wetgevende en uitvoerende macht blijft in principe beperkt
tot het Nederlandse grondgebied.

De grenzen moeten exact vast staan.

, 2 = Bevolking:
Noodzakelijk is dat op het grondgebied een bevolking woont.
Er is géén minimumaantal inwoners vastgesteld waaraan moet worden voldaan.

Er bestaat dat een verschil tussen bewoners van een staat die wel de nationaliteit van die staat
hebben (onderdanen) en bewoners die niet de nationaliteit van de staat bezitten (vreemdelingen).
Alleen onderdanen van de staat hebben in beginsel toegang tot de staat. Toegang van vreemdelingen
kan dan afhankelijk gemaakt worden van bijvoorbeeld een visum of de toegang kan worden
geweigerd.
De staat kan zijn onderdanen in het buitenland ook bescherming bieden.

Staten mogen niet onbeperkt onderscheid maken tussen onderdanen en vreemdelingen.
 Iedere persoon heeft recht op bescherming van de staat wiens grondgebied hij verblijft.

Ius soli-beginsel (territorialiteitsbeginsel) = men is op het grondgebied van de staat geboren.
Ius sanguinis-beginsel (afstammingsbeginsel) = de ouders bezaten de nationaliteit van de staat.


3 = Uitoefenen van gezag:
Er moet sprake zijn van een overheid die effectief gezag doet gelden.

De staat is de enige die de naleving van regels met geweld kan afdwingen (geweldsmonopolie).

De regels van de staat zijn de hoogste binnen een bepaald gebied  soeverein.
Het is aan de soevereine staat zelf om invulling te geven aan de structuur van zijn gezag.




Erkenning:

Naast de eerder genoemde 3 criteria, is er nog een 4 e criterium: de erkenning door andere staten.

Onderscheid tussen:
- Erkenning van de staat
- Erkenning van de regering van een staat

Erkenning = op rechtsgevolg gericht = de staat die erkent, geeft aan relaties te willen aangaan.

Wanneer een entiteit aan de genoemde 3 criteria voldoet en dus feitelijk een staat is, heeft het er
niets meer aan wanneer andere staten haar niet erkennen en er geen relaties mee aangaan.
De staat in kwestie kan dan niet samenwerken met andere staten om grensoverschrijdende
problemen aan te pakken en kan zich in internationale zin niet manifesteren als staat, terwijl hij wel
gezag over een bevolking op een bepaald grondgebied uitoefent.

Naast erkenning van een staat is er dus ook sprake van erkenning van een regering van een staat.
Wanneer een groepering een staatsgreep pleegt in een land kan het ertoe leiden dat andere staten
deze nieuwe regering niet erkennen.
 Men erkent nog wel de staat, maar niet de nieuwe machthebbers.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper annevanderlem. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,09. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67866 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,09
  • (0)
  Kopen