Hoofdstuk 10 Zenuwstelsel
Het zenuwstelsel: Orgaan dat prikkels uit het lichaam zelf en uit de buitenwereld opvangt en verwerkt.
- Zendt signalen uit die het lichaam laten functioneren en bewegen
- Functioneert voor een groot deel via reflexen
- Coördinatie, willekeurige activiteit, geheugen en psychische processen
Indeling van het zenuwstelsel obv ligging
Centraal zenuwstelsel: Hersenen en ruggenmerg
Grote hersenen cerebrum Tussenhersenen diencephalon
Hersenstam truncus cerebri kleine hersenen cerebellum
Perifeer zenuwstelsel: Met het centrale zenuwstelsel samen het animale zenuwstelsel.
- 12 paar hersenzenuwen (nervi craniales)
- 31 paar ruggenmergzenuwen (nervi spinales)
Indeling van het zenuwstelsel obv functie
Het animale (willekeurige) zenuwstelsel sensorisch en motorisch:
- verzorgt contact met de buitenwereld verzorgd. Daarbij wordt er een onderscheid gemaakt tussen het
sensibele deel (gewaarwording zintuigelijke prikkels vanuit ogen, oren, naar hersenen) en het motorische
deel (beweging, directe prikkel reflex of door hersenen zonder sensorische prikkel)
- “hogere functies”; voortplanting, bewegen,in contact staan met omgeving, bewsute psychische processen
Het autonome zenuwstelsel (onwillekeurige of vegatieve) parasympatisch en sympathisch:
- verzorgt de regeling van de orgaanfuncties die niet direct relatie met de buitenwereld bepalen.
Voorbeeld: de bloedsomloop, de ademhalings-, spijsverterings- en uitscheidingsorganen en de
stofwisseling. Zorgen voor behoudt homeostase. Regelorgaan is hypothalamus.
- Sympathisch bereidt lichaam voor op activiteit noradrenaline = overdrachtsstof
- Parasympatisch zorgt voor rust en herstel acetylcholine
De cellen van het zenuwstelsel
Het zenuwstelsel is opgebouwd uit neuronen (zenuwcellen) en gliacellen (steuncellen).
De neuronen bevinden zich ie de grijze stof van hersenen en ruggenmerg. Ze hebben twee type uitlopers:
- Dendrieten: Transporteren informatie van andere cellen naar het cellichaam van het neuron (afferent)
- Axonen: Brengen informatie vanuit het cellichaam over naar andere cellen. (efferent)
Elke zenuwcel heeft meerdere dendrieten en 1 axon.
Zenuw: Wanneer axonen buiten het centrale zenuwstelsel en bundel vormen
Zenuwbaan: Wanneer axonen binnen het centrale zenuwstelsel een bundel vormen
Afferente vezels: sensorische info van perifeer (sensoren/receptoren) naar CZS
Efferente vezels: motorische info van CZS naar effectoren (spieren/klieren/enz)
10.2 Cerebrum (Grote hersenen)
Bouw van de hersenen
- Twee symmetrische hersenhelften (hemisferen) verbonden door de grote balk en ze zijn door twee
hersenstelen verbonden met de hersenstam.
- harde hersenvlies in de spleet tussen de hersenhelften (falx cerebri = vertikaal verlopend) en in spleet tussen
de grote en kleien hersenen (tentorium = horizontaal verlopend)
- Fissurae; diepe sleuven verdeeld hemisfeer in 4 kwabben
- Opp: een groot aantal gyri (windingen) en sulci (groeven) vergroten opp ↑ doorbloeding + meer plaats voor de
cellichamen van de zenuwcellen in de dunne buitenste laag = hersenschors (=cellichamen + hersencellen =grijze stof)
4 kwabben:
Voorhoofdskwab (lobus frontalis): Hersengebied voor de centrale groeve persoonlijkheid, planning, het nemen
van initiatief, motoriek en spraakmotoriek
Zijkwab (lobus parietalis): Hersengebied achter de centrale groeve verwerking van sensibele prikkels, ruimtelijk
denken, Analyseren, redeneren, hoofdrekenen.
Slaapkwab (lobus temporalis): Hersengebied aan de zijkant van de schedel (ter hoogte van de slaap) taal en geheugen
Achterhoofdskwab (lobus occipitalis): Hersengebied achterkant van de schedel verwerking van visuele prikkels
Limbisch systeem: =zoogdierenbrein ligt op overgang tussen hersenschors(cortex) en hersenstam. Alle centra in
de grote hersenen die een rol spelen bij het emotionele gedrag. Omvat oudste delen van hersenschors
regelend systeem emoties, gedrag, motivatie, geheugen, mogelijk maken reuk, agressie, honger- en dorstgevoel
, en seksualiteit.
Primaire motorische centra: liggen voor centrale groeve ( = sulcus centralis; ligt aan zijkant hersenen in die groeve
die voorhoofdkwab scheidt van zijkwab) Willekeurige bewuste bewegingen van het lichaam
- Piramidecellen: Uit iedere cel ontspringt een axon, vormen samen de piramidebanen. In het onderste deel
van de hersenstam kruisen de piramidebanen elkaar. Is piramydale systeem: Prikkels uit de rechter
hersenhelft gaan dus naar de linker lichaamshelft.
Extrapiramidale systeem: Reguleert de motorische activiteit die van hersenschors en piramidale systeem uitgaat.
Buiten piramydale systeem om. Bij verstoring: ziekte v Parkinson/ tremoren / andere bewegingsstoornissen
Primaire sensibele centra: ligt achter centrale groeve vangen Prikkels uit lichaam op en verwerken ze
- Prikkels komen via de perifere zenuwen, het ruggenmerg en de hersenstam ie de tussenhersenen
prikkel wordt overgebracht op de uitlopers van de volgende zenuwcel, die de prikkel uiteindelijk naar de
hersenschors transporteert. Prikkels die worden opgevangen door de linkerhelft van het lichaam,
worden verwerkt door de rechter hersenhelft.
Secundaire sensibele en motorische centra: Informatie wordt verder verwerkt en bewegingen worden voorbereid
Tertiaire sensorische cortex: Gespecialiseerde cortexgebieden bij de verwerking van de informatie betrokken
Kleine hersenen: Automatische bewegingspatronen en de coördinaten van beweging geregeld
Hersenstam: regulatie van de ademhaling, de tempratuur, de hartslag en slaap-waakritme
Prefrontale cortex: Voorste gedeelte van de voorhoofdskwab, bepalend voor de persoonlijkheid
- Zorgt ervoor dat we ons gedragen als sociaal aangepaste personen, vermogen tot plannen/organiseren.
- Beschadigde prefrontale cortex: Decorumverlies, agressief gedrag
- Tijdens pubertijd is dit deel van de hersenen nog niet volgroeid. Onreip brein gevoelig voor verslavingen
Spraakcentra: Gecompliceerd proces, vereist kennis van het vocabulaire en de grammatica van en taal, een zeer fijne
motoriek van de mond, tong en keel om de gewenste geluiden te produceren, groot gedeelte van de capaciteit van
de hersenen nodig. De gebieden die verantwoordelijk zijn voor het produceren en begrijpen van spraak, in de linker
hersenhelft gelegen. Deze spraakcentra liggen achter in de voorhoofdskwab
- Spraakcentrum van Broca: Verantwoordelijk voor het spreken van taal
- Centrum van Wernicke: Zorgt voor het taalbegrip
Schade aan het centrum van Broca: Leidt vaak tot moeilijkheden met spreken, schrijven, vinden van
woorden en het vormen van zinnen. Het begrip van gesproken of geschreven taal blijft intact (motorische afasie)
Schade aan het centrum van Wernicke: Leidt vooral tot problemen met begrijpen van gesproken en
geschreven taal. Wel vloeiend spreken, maar zinnen hebben geen samenhang/betekenis (sensorische afasie)
Visuele cortex: Bewustwording van door ogen opgevangen beelden, achter onderzijde van beide hersenhelften.
Gedeeltelijke kruizing
Auditieve cortex: Ie beide hersenhelften in de slaapkwab, impulsen via de gehoorzenuwen naar dit gebied als de
oren geluiden opvangen. Links groter dan rechts (ligt naast spraakcentrum van Wernicke)
Kortetermijngeheugen of werkgeheugen: Informatie wordt hier opgeslagen, wordt gebruikt voor het onthouden
van en zojuist opgezocht telefoonnummer. Zodra de handeling is uitgevoerd verdwijnt informatie weer uit het
geheugen. Wordt gecoördineerd door de voorhoofdskwab, elektrische activiteit binnen zenuwnetwerken
Langetermijngeheugen: klein deel van de informatie uit het kortetermijngeheugen, levenslang opgeslagen. Blijvend
aangepaste verbindingen tussen tussen individuele zenuwcellen
Hippocampus: combineert alles tot 1 beeld geuren onthouden, bekende geluiden, hoe vrienden er uitzien
Amygdalae: Sterke emoties bij gebeurtenissen worden opgeslagen om te kunnen reageren
Impliciete of Procedurele geheugen: complexe handelingen worden vastgelegd in kleine hersenen (80%
zenuwcellen), zodat ze later perfect kunnen uitgevoerd worden, zonder nadenken en vloeiend.
Agnosie: voorwerp wordt niet herkend
Apraxie: handeling wel spontaan, maar niet op commando uitvoerbaar
10.3 Tussenhersenen (diencephalon): Ligt tussen de beide hersenhelften van de grote hersenen, bestaat uit:
- Thalamus: Grootste schakelstation voor binnenkomende sensibele banen op weg naar de
hersenschors
- Epithalamus (bevat pijnappelklier): Regelcentrum voor de geslachtsrijpheid en de seksuele functie
- Hypothalamus: Vormt samen met de hypofyse het regelcentrum voor de vegetatieve functies, bestuurt