Clarke & Stewart H7 Family: early and enduring influences
Socialisatie Leren van sociaal acceptabel gerag en aanleren van vaardigheden en regels
om in de maatschappij te kunnen functioneren
Couple system Relatie tussen partners, binnen familie vader en moeder.
Deze relatie beïnvloedt de kinderen:
- goede relatie tussen ouders (supportive) zorgt voor ouders die betrokken
zijn bij kinderen
- slechte relatie zijn minder betrokken bij kinderen, wat problemen oplevert;
sociale problemen, slechte emotieregulatie (ligt ook aan hoe kinderen de
ruzie zien, is het hun fout of niet?)
zeker wanneer de slechte relatie ontstaat wanneer kinderen ouder zijn
depressie/ stress
Hiervoor zijn programma’s ontwikkeld waarin ouders leren hun
ruzies op een goede manier uit te praten (goed voorbeeld)
Effect van een baby Vaak meer invloed op vrouw (tevredenheid daalt sneller), omdat zij vaak
compleet andere rollen krijgt (baan opgeven etc)
Effect op de partnerrelatie groter bij problemen met kind/ ouders
programma’s ontwikkeld om relatie te versterken, rollen goed te
verdelen
Verschillen in “warme” ouders zijn vaak succesvoller in het socialisatieproces.
socialisatieproces Vaak zoeken naar een balans in onder controle houden van kinderen en vrij
laten
Fysiek geweld: uit onderzoek blijkt dit niet altijd schadelijk voor kinderen
Parenting styles authoritarian parenting: emotioneel afwijzend/
negatief, zeer controlerend conflictzoekende,
irritante kinderen
permissive parenting: emotioneel positief/
betrokken, lage controle (ouders doen alles)
impulsieve, aggresieve kinderen
Authoritative parenting: emotioneel positief/
betrokken, stevige controle energieke,
vriendelijke kinderen
Uninvolved parenting: emotioneel negatief/
afwijzend, weinig controle
Afhankelijk van kwaliteit relatie, (overeenkomst tussen)
persoonlijkheden, educatie, eigen ouders, gedrag kinderen
zie blz. 196 Clarke-Stewart voor uitleg en voorbeelden
Socialisatie: Vroeger dacht men dat ouders kinderen beïnvloeden en andersom. Het
bidirectional blijkt een transsectioneel proces te zijn waarin men elkaar continu weer
transsectional opnieuw beïnvloedt
Verschil vader/ Vader minder tijd, vaders worden meer gevraagd om te spelen, andere
moeder vorm van spelen, moeder meer supervisie over hele leven kind
Coparenting system Relatie tussen indivuduele acties als ouder (die verschillend kunnen zijn)
- cooperative, cohesive, child-centered
- hostile (vijandig)
- verschillende tijdsinvestering
Sibling system Relatie tussen broers/zussen
, Birth order heeft effect op persoonlijkheid, firstborn vaak erg behulpzaam
Hoeven niet hetzelfde behandeld te worden door ouders
Oudste kind “kijkt af” bij ouders, jonger kind bij ouders en oudere broer/zus
Invloed op - Routines
socialisatie - Rituelen
- Normen en waarden
- Cultuur (alleen ouders, of ook grootouders, neefjes/nichtjes etc)
- Sociaaleconomische status (hoog auoritatief, laag auoritair)
Invloed werk Ouders gaan meer werken meer stress invloed op kinderen
Invloed Wanneer gay/lesbian in een land nog niet geaccepteerd is heeft dit vaak
gezinssamenstelling invloed op kinderen
Alleenstaande ouders: verminderde ontwikkeling
Ook scheiding en hertrouwen heeft invloed op de ontwikkeling van kinderen
gedrags- en emotionele problematiek
Gescheiden ouders Joint legal custody: beide ouders behouden het recht om beslissingen te
maken over het kind
Joint physical custody: beide ouders brengen evenveel tijd door met kind
Solo custody: één ouder beslist over kind
Clarke& Stewart Hoofdstuk 9: Schools, Mentors, Media: Connections with Society
Cooperative learning Kleine groepen leerlingen die samenwerken om een probleem op te
lossen. Doel: leren optimaliseren, nieuwe relaties
Desensitisatie Verminderde emotionele reactie op bijvoorbeeld geweld, omdat geweld zo
veel wordt gezien op tv en in games
Latchkey children Kinderen die na school alleen thuis zijn en voor zichzelf zorgen tot ouders
thuis komen
Magic window Kinderen kennen het onderscheid niet tussen de opgezette mediawereld
thinking en de echte wereld. In hun ogen is de tv net zo echt als de personen om
hen heen
Natural mentors Familie, docenten, coaches, buren etc die vanzelfsprekend een ‘mentor’
zijn voor een kind. Deze hebben meer invloed dan toegewezen mentoren
Open classroom Actieve participatie in klas waarbij leerlingen elkaar helpen, uitleggen en
discussies voeren (niet passief luisteren). Effect: positiever tegenover
school, meer samenwerking, zelfreflectie, betere participatie
Peer tutoring Oudere leerling begeleidt jongere leerling. Positief voor de mentor, door
verbetering zelfvertrouwen en gevoel iemand te helpen
Pygmalion effect Leerling gedraagt zich naar de verwachting van de docent (beter of
slechter dan hij wellicht normaal zou doen) gaat om verwachting van
iemand die boven jou staat
Self-fulfilling Presteren naar de verwachting die er is. Onderzoeken wijzen uit dat
prophecy leerlingen waarbij er hoge verwachtingen zijn beter presteren
Stage-environment Hoe goed past de leeftijd (stage of life) bij de omgeving waarin je moet
fit functioneren
Berns Hoofdstuk 1: Ecology of the child
(Menselijke) Ecologie De wetenschap van relaties tussen organismen en hun omgeving
Adaptatie Het aanpassen van een organisme of zijn gerag om beter in de omgeving te
passen
, Socialisatie Proces waarbij individuen vaardigheden, kennis etc. vergaren waardoor
het mogelijk is effectief deel te nemen aan een groep of maatschappij
gebeurt dmv opvoeden, wetten, rolmodellen
Men zegt dat dit iets menselijks is en mogelijk is door communicatie en
taal
Internalization Proces waarbij van buitenaf gestimuleerd gedrag overgaat in gedrag wat
zelf gereguleerd is
Passive Genotype- Genotype van ouders + Omgeving (aangeboden door ouders, vaak
Environment beïnvloed door hun genotype) ontwikkeling kind. Bijv. muzikale ouders
Interaction laten hun kind vaak al vroeg piano spelen
Evocative Genotype- Genotype lokt omgevingsreacties uit ontwikkeling kind. Bijv een blij en
Environment sociaal kind heeft vaak meer interactie in groepen en heeft zo een warme
Interaction omgeving om in op te groeien
Active Genotype- Genotype zorgt er voor dat je vaak een vergelijkbare omgeving opzoekt, dit
Environment heeft invloed op je ontwikkeling. Bijv verlegen kind zoekt vaak rustige
Interaction omgeving
Temparement Karaktereigenschappen die de sensitiviteit op bepaalde interacties bepalen
Goodness of fit met omgeving (zie figuur 1.4, blz 11)
Maturation Veranderingen in de ontwikkeling die gepaard gaan met het ouder worden
Intentional and Met of zonder intentie het socialisatieproces aanleren aan een kind. Zie
unintentional ook tabel 1.1 op blz 13
socialization
Developmentally Afgestemd op de normale groei van kinderen en de individuele verschillen.
appropriate Door veranderingen als verhuizing of werkverandering bij ouder kan het
programm socialisatieproces namelijk verschillen per kind.
Veranderingen Gaande de jaren verander socialisatie en daarmee ook de kijk op
‘childhood’
Ontwikkeling van - Baby en peuter (0-2 jaar): snapt dingen aan de hand van zintuigen en
een kind volgens motorische activiteit
Piaget - Voorschool (3-5 jaar): begint met het snappen van relaties tussen
mensen, objecten en evenementen, puur op intuïtie (niet logisch)
- School (6-11 jaar): kunnen logica gebruiken om relaties te begrijpen,
maar enkel concreet
- Adolescenten (12+): begrijpt abstracte en hypothetische relaties en
kunnen problemen oplossen ook al hebben zij deze problemen niet direct
meegemaakt
Bronfenbrenner Individuele ecologische omstandigheden beïnvloeden de ontwikkeling van
het kind
Bioecological model Zie figuur 1.5, blz 20
of human Er is sprake van verschillende invloeden op de ontwikkeling van een kind;
development familie, school, maatschappij, media, vrienden, maar ook groter; politiek,
technologie, economie, religie, etniciteit. Dit alles samen vormt het kind
Microsysteem Activiteiten en relaties dichtbij, zoals familie, school, vrienden
Mesosysteem Relaties tussen twee of meer microsystemen van een persoon, bijv: school
en familie
Exosysteem Settingen waarin het kind niet zelf participeert, maar wat hem wel of zijn
microsysteem wel beïnvloedt, bijv het werk van ouders
Macrosysteem Maatschapij en cultuur waarin de persoon leeft