Dit bestand bevat aantekeningen van de hoorcolleges van KOM over de onderwerpen kwalitatief en correlationeel onderzoek. Ook worden de grasple lessen samengevat.
KOM HOORCOLLEGES BLOK 1
5-16 september kwalitatief onderzoek
HOORCOLLEGE 1
Mensen worden narcistischer van sociale media. Intuïtie en eigen ervaringen (bron van informatie)
kunnen een rol spelen in narcisme rondom sociale media. Een verdere stap van bronnen van
informatie is autoriteit (naar iemand anders gaan). Wetenschappelijke informatie vraag je niet aan
mensen, maar eerder schriftelijke informatie (boeken).
Kenmerken wetenschappelijk onderzoek
1. Empirisch ~ systematische waarnemingen
2. Controleerbaar ~ stappen die onderzoeker heeft gezet kunnen nagaan, op zelfde conclusie
uitkomen
3. Probalisitisch ~ wetenschappelijke kennis, algemene verbanden, niet persoonlijk
Deterministisch: Altijd dezelfde uitkomst
Theorie: verklaringen van waarnemingen van de werkelijkheid, waarom leidt het ene tot het andere?
Geen causale relatie maar eerder een neiging. Het is heel moeilijk om een theorie te vinden die voor
iedereen werkt.
Wanneer een goede theorie?
1.Ondersteund door data ~ emperische cyclus
2. Falsifeerbaar ~ het moet weerlegd kunnen worden aan de hand van verzamelde gegevens
3. Spaarzaam ~ goede theorie is ook een eenvoudige theorie, het is niet nodig om deze complexer te
maken, algemeen werkend
Emperisch cyclus – pagina 21 powerpoint (HS1 p. 13)
1. Idee/theorie
2. Onderzoeksvraag opstellen
3. Onderzoeksontwerp (moet passend zijn que tijd en geld, bij wie wil je het onderzoek doen, wat
is je populatie? En hoe krijg je ze zover dat ze meedoen)
4. Hypothesen (verwachtingen, onderzoeken of hypothese wordt bevestigd of verworpen,
analyses)
5. Data verzameling
6. Data-analyse
wetenschappelijk onderzoek
twee soorten onderzoeksvragen:
- Fundamenteel onderzoek ~ waarom doen mensen doen wat ze doen?, algemeen onderzoek
- Toegepast ~ oplossing die is toegepast op bepaalde situatie, concreet probleem, specifieke
leeftijdsgroep
Nog een andere soort onderzoeksvragen
- Translational ~ bevindingen toepassen in andere omgeving, dus bijvoorbeeld Nederland naar
Spanje. Moeten deze bevindingen worden aangepast
Kwalitatief (tekst data) en kwantitatief (cijfer data) zijn belangrijke begrippen.
K1
De populatie, iedereen waarover je iets wil zeggen, is zo groot dat het eigenlijk onmogelijk is om
iedereen in de populatie te onderzoeken. Dat is meestal ook niet nodig: door een deel van de
populatie te onderzoeken kunnen onderzoekers begrijpen hoe het sociale fenomeen waarin ze
geïnteresseerd zijn werkt. Het deel van de populatie wat onderzocht wordt heet de steekproef.
Hoe worden mensen (subjecten) voor een steekproef geselecteerd?
,Twee verschillende manieren:
1. De subjecten worden geheel willekeurig (op toevalsbasis) uit de populatie getrokken. In dit geval
spreken we van een aselecte steekproef.
2. Er is geen sprake van willekeur of toevalsbasis; óf de onderzoekers óf de subjecten maken deel uit
van het selectieproces. In dit geval spreken we van een selecte steekproef.
Bij een kwalitatief onderzoek is het doel om bepaalde (relevante) kenmerken zo veel mogelijk in de
steekproef terug te laten komen. Dus wil de onderzoeker de verschillende meningen/ervaringen die in
de populatie bestaan ook in de steekproef terug zien. Daarom wordt er bij kwalitatief onderzoek vaak
gebruik gemaakt van een selecte steekproef. Kwalitatief onderzoeker heeft een iteratief karakter. Dit
betekent dat je herhaaldelijk terugkeert naar eerdere fasen van het onderzoek.
Je hebt saturatie bereikt als nieuwe gegevens je geen nieuwe inzichten meer geven.
Gemakssteekproef
de makkelijkste optie voor het selecteren van deelnemers is om de subjecten te benaderen waar de
onderzoeker zelf de minste inspanning voor hoeft te doen
- Mensen vragen de fysiek/geografisch dicht bij de onderzoeker zijn
- De mensen vragen die de onderzoeker via sociale media eenvoudig kan bereiken
- Naar een locatie gaan waar de onderzoeker weet dat mensen bereid zijn om mee te werken
Doelgerichte steekproef
Onderzoeker gaat opzoek naar de mensen die aan de juiste specifieke voorwaarden voldoen. (bijv.
bepaald opleidingsniveau, seksuele voorkeur, of naar mensen die een specifieke mening of ervaring
hebben)
Quotasteekproef
De onderzoeker stelt van te voren vast hoeveel respondenten met specifieke kenmerken opgenomen
moeten worden in de steekproef.
bijvoorbeeld:
- de ratio man/vrouw
- de verschillende etnische achtergronden
- aanhangers van verschillende voetbalclubs
Sneeuwbalsteekproef
De onderzoeker neemt contact op met één subject in de doelpopulatie. Daarna leidt elk subject de
onderzoeker naar een één of meerdere nieuwe subjecten. (maakt gebruik van het netwerk van het
subject)
Vooral geschikt wanneer de populatie moeilijk bereikbaar is, maar wanneer mensen binnen deze
populatie elkaar wel kennen.
Sequentiële steekproef
De criteria waaraan respondenten moeten voldoen wordt tijdens het onderzoek aangepast. In het
begin mag iedereen uit de doelpopulatie in de steekproef worden opgenomen, later worden subjecten
met specifieke kenmerken gezocht.
K3
Een onderzoeksvraag van een kwalitatief onderzoek kan je herkennen aan de elementen van het
SPICE acroniem.
- Setting: waar, in welke context?
- Perspective: voor wie?
- Interest: Wat?
- Comparison: vergeleken met wat?
- Evaluation: met welk resultaat?
K4
triangulatie is het onderzoeken van een sociaal fenomeen vanuit verschillende invalshoeken. Het heeft
als doel om de geloofwaardigheid van kwalitatieve onderzoeksresultaten te verhogen. Door het
verzamelen van gegevens met verschillende methoden of uit verschillende bronnen kan aanvullende
ondersteuning voor een theorie worden gevonden. Ook kunnen hierdoor tegenstrijdige resultaten
, worden gevonden. Het geeft meer inzicht in validiteit van de resultaten. Er is meer zekerheid over de
mate waarin de resultaten ondersteuning bieden voor de theorie.
Vormen van triangulatie
- Data triangulatie
- Onderzoeker triangulatie
- Theoretische triangulatie
- Methodologische triangulatie
Data triangulatie
Er worden verschillende typen kwalitatieve gegevens verzameld. OP verschillende plaatsen of
contexten. Dus naast interviews worden er bijvoorbeeld ook observaties gedaan. De verschillende
databronnen kunnen tegenstrijdige informatie bevatten. De onderzoeker zal moeten ontdekken
waarom die inconsistenties er zijn. Dit zorgt voor een beter beeld van wat er onderzocht wordt.
Onderzoeker triangulatie
De manier van denken van een onderzoeker kan invloed hebben op de uitkomsten van een
onderzoek. Met onderzoeker triangulatie verzamelen en/of analyseren verschillende onderzoekers de
data. Zij doen dit onafhankelijk van elkaar zodat zij elkaar tijdens dit proces niet beïnvloeden. Na de
analyse worden de gevonden resultaten met elkaar vergeleken en wordt nagegaan waar eventuele
verschillen vandaan komen.
Theoretische triangulatie
De verzamelde gegevens bekijken vanuit verschillende theoretische invalshoeken. Zo zou een
psycholoog bij een onderzoek naar rouwverwerking in samenwerking met een socioloog ook het
sociologisch perspectief kunnen meenemen in de interpretatie van de resultaten. Deze aanpak zorgt
voor nieuwe inzichten, die, kijken vanuit één discipline, niet verkregen zouden zijn. Dit leidt tot
aanpassingen of uitbreiding van de voorlopige theorie.
Methodologische triangulatie
Het combineren van kwalitatieve en kwantitatieve gegevens, oftewel cijfermatige gegevens. Dit wordt
ook wel mixed methods onderzoek genoemd.
HOORCOLLEGE 2
Waarom kwalitatief onderzoek?
Voornaamste doel van kwalitatief onderzoek
- sociale fenomeen (bepaalde aspecten van het leven van de mens) ~ patronen in geschreven
teksten, dagboek of notulen, zoeken, vormt een basis van een theorie, of aanpassen.
- empirische patronen te vinden (uit de werkelijkheid probeer je iets te leren)
- die een startpunt kunnen zijn voor theorievorming (ontwikkeling nieuwe theorie, maar ook
aanpassing of uitbreiding van bestaande theorie)
Kenmerken kwalitatief onderzoek
De onderzoeker is geïnteresseerd in het perspectief van de respondent
De onderzoeker heeft een contextuele benadering
De onderzoeker is geïnteresseerd in de natuurlijke omgeving van de respondent
Inductie: Vanuit waarnemingen een theorie ontwikkelen, om zo naar het algemene beeld te werken
In hoeverre liggen inhoud, volgorde en formulering van
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper TessavdZande. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,44. Je zit daarna nergens aan vast.