Relations & Networks of Organizations NL – Max de Rooij
HC 1 – Introduction
Main aim of this course: Het herkennen, beschrijven, analyseren, verklaren en beoordelen van relaties tussen organisaties en
van organisatorische netwerken
RANO: Learning goals
After taking this course, you can expect to be able to:
1. Describe and explain the concept of social capital and apply the theoretical ideas to empirical settings.
2. Know basic concepts in social network analysis, explain their meaning and apply them to analyze social network structures.
3. Describe, explain and compare determinants of IORs and IONs.
4. Describe, explain and differentiate consequences of relationships and networks at the organizational level and be able to link
consequences to characteristics of IORs and IONs.
5. Describe, explain and apply concepts with regard to the management of IORs and IONs.
6. Relate concepts of IORs and IONs to the field of organization studies.
7. Use and combine theoretical concepts in the area of IORs and IONs to analyze and interpret specific organizational, societal
or economic problems.
8. Apply a number of analytical tools in the context of the study of inter- organizational relations and networks.
Social capital: Why does it matter?
Social capital helps Dutch Entrepreneurs adapting the COVID-19 pandemic
The myth of individualism & the relational basis of success (exam)
Social: middelen zijn beschikbaar in en via persoonlijke en zakelijke netwerken.
Capital: het is productief, het creëert waarde (bijv. info, financial resources, power,
emotional support, trust,)
• Social capital is geen kenmerk van een entiteit (attribute variable), maar is een kenmerk van een relatie (relational variable)
• Relational variables hebben vaak een gelijke/hogere verklarende kracht dan attribute variables.
• “De wrijving is dat de samenleving bestaat uit een reeks onafhankelijke individuen, die elk handelen om doelen te bereiken
die onafhankelijk worden bereikt, en dat het functioneren van het sociale systeem bestaat uit de combinatie van deze acties
van onafhankelijke individuen..” (James Coleman)
IOR - Interorganizational networks = relatief duurzame transacties, stromen en verbanden die zich voordoen tussen een
organisatie en een of meer organisaties in haar omgeving”
Social capital and success: Multi-level effect
Individual success and performance:
Talent: nature or nurture? Relaties zijn belangrijk voor het ontwikkelen van talenten
Intelligence: genetisch bepaald maar ook ontwikkeld en versterkt door relaties (sociale interacties, kwaliteit van educ)
Education: schrijf- en leesvaardigheid zijn het resultaat van sociale interactie
Dedication: ondersteunende instellingen (bijv. vrienden en familie)
Chance? het belang van 'spinnenwebnetwerken'
Social capital and individual’s quality of life
Welzijn: Sensemaking werk en sociale relaties zijn belangrijke voorspellers van welzijn
Gezondheid: Netwerkers zijn vaak gezonder
Levensverwachting: Netwerkers leven langer
Social capital in the economy
Payment and career development: mensen die sterk ingebed zijn, hebben de neiging om hogere salarissen te verdienen
en een snellere loopbaanontwikkeling te ervaren ("structurele gaten", Ronald Burt)
Raising financial capital: informele financiële kapitaalmarkt.
Learning in organizations: informele relaties en leren.
Marketing: verbale reclame, belang van sociale netwerken voor de verspreiding van nieuwe producten
Strategic alliances: belang van relaties tussen organisaties (leer- en reputatie-effecten)
,HC 2 - DEFINITIONS, TYPES AND CHARACTERISTICS OF RELATIONSHIPS BETWEEN ORGANIZATIONS AND
NETWORKS OF ORGANIZATIONS
RANO lectures 1-4: Understanding what are IORs and networks:
- Relations and networks: Introduction and importance (lec. 1)
- Definitions of network + overview of classic studies of IORs (lect. 2)
- Social network analysis + tools (lect.s 3 & 4 + computer lab)
Lecture 2: Learning goals
- Identify and distinguish open vs closed views about the organizational environment
(why do IORs and IONs exist? A manager’s perspective)
- Discuss key findings from classic studies in the field of social networks
(why do IORs and IONs exist? A researcher’s perspective)
- Specify the core definition of a social network
(how to study IORs and IONs?)
- Assess different levels of analysis in IORs and IONs?
Organization & environment: A manager’s perspective
Closed vs. Open systems (Distinction between open and closed systems)
Organisatie kan functioneren als een eiland waar de organisatie opereert zonder enige vorm
van verbinding met de omgeving. In werkelijkheid zijn organisaties op de een of andere
manier nog steeds verbonden, sommige meer dan andere (bijv. leveranciers)
Dit sluit aan bij het algemene idee waarom netwerken ertoe doen
Input and output
- Organisaties zetten input om in output
- Dingen doen die waarde toevoegen aan het product, ze moeten sommige dingen doen met grondstoffen om output te creëren
- Omgeving komt in beeld omdat een organisatie ergens input vandaan moet halen om een product of ervaring te creëren
- Netwerken helpen om de organisatie te koppelen aan de omgeving
Environment and its components Het gaat over het samenwerken en de sources die je gebruikt van anderen
PESTEL/DESTEP framework = looking at different
factors; political, economic, social, technological, environmental and
legal factors
Als u een organisatie wilt starten in bijvoorbeeld Brazilië, moet u
rekening houden met de verschillende factoren, op basis van
politieke factoren kan het efficiënter zijn om de organisatie in een
West-Europees land te starten
1) De omgeving is belangrijk voor organisaties
2) PESTEL-raamwerk kan als voorbeeld dienen om rekening te
houden met de omgeving
Social networks: A researcher’s perspective
The interorganizational problem
IORs = 'relatief duurzame transacties, stromen en verbanden die zich voordoen tussen en tussen een organisatie en een of
meer organisaties in haar omgeving' (samenvatting hoorcollege 1)
When studying IORs and IONs, keep in mind the following:
- Er zijn belangrijke verschillen tussen (sociale) netwerken binnen (intra) en tussen (inter)organisaties (bijvoorbeeld
netwerken tussen business units binnen één bedrijf VS netwerken tussen verschillende bedrijven)
IORs display absence of 'true' hierarchy (hiërarchie is als er een contract bij betrokken is)
Afwezigheid van 'baas'-implicaties voor coördinatie, eigendom, winstdeling, enz.
,IORs & IONs as dependent variable
- Waarom vormen organisaties relaties met andere organisaties?
- Hoe vormen, ontwikkelen, lossen IOR's op en hoe worden ze beheerd?
- Welke factoren verklaren veranderingen in de netwerkstructuur in de loop van de tijd?
IORs & IONs as independent variable
- Wat zijn de effecten van IOR's en ION's op het gedrag en de strategieën van organisaties?
- Wat zijn de effecten van IOR's op de uitkomsten van organisaties?
- In hoeverre hebben verschillende netwerkstructuren invloed op het succes van het project? (een connected network is goed,
maar niet altijd
Equilibrium (balance in exchange) = Personen die veel geven, verwachten veel terug te krijgen. Personen die veel krijgen,
hebben de druk om meer te geven.
Why are IORs important for running organizations and achieving their goals.
Resource deficit = Organisaties missen alle benodigde middelen om hun doelen te bereiken
- Organisaties wisselen middelen (vorm IOR's) met elkaar uit om wederzijds voordeel te behalen
- Vrijwillige interactie op basis van reciprocity (als je iets doet, wil je er iets voor terug)
- Dit zijn de belangrijkste elementen van de exchange theory of IORs
Factoren die interorganisatorische uitwisselingsrelaties beïnvloeden
- Organisatiedoelen/functies ('behoefte');
- Toegang tot bronnen van buiten het systeem ('toegang')
- If there is domain consensus: in hoeverre is er overeenstemming over hun aanspraken om specifieke doelen na te streven?
IORs as ways of reducing environmental uncertainty
Interdependence;
o Internal – Het ontwerpen van organisatiestructuren om een gesloten en stabiel systeem in de core technology component
o External – Organisaties kunnen relaties met andere organisaties betrouwbaarder en voorspelbaarder maken
Two strategies to deal with environmental uncertainty:
1, Cooperative strategy = Betrouwbare toezeggingen van andere actors verkrijgen (hiervoor moet toezegging worden gedaan)
- Hoewel dergelijke toezeggingen de onzekerheid verminderen, leggen zij ook beperkingen op aan toekomstige maatregelen
2, Competitive strategy = Behoud van alternatieve middelen (voorkomt concentratie van macht over de organisatie)
- Op zoek naar meer macht of prestige (macht verwerven zonder verhoogde inzet)
Resource dependence theory (RDT)
- Organisaties zijn niet zelfvoorzienend en moeten resource-dependencies beheren om onzekerheden in omgeving te
verminderen
- Actoren in de omgeving beschikken over middelen die de organisatie nodig heeft
- Hoe groter de afhankelijkheid van de organisatie van de middelen van andere actoren, en hoe kleiner de beschikbaarheid
van alternatieve bronnen, hoe groter de macht van deze actoren over de organisatie
De actoren gebruiken de politieke macht om hun interests & demands over de organisatie
IORs & IONs aim (buffering and bridging):
- To access resources
- To stabilize outcomes / market rents
- To prevent environmental control
- To coordinate the respective interests of actors
Buffering = Using resources to protect your core system (technical system, where things are produced)
Bridging = Making ties with other actors in your environment. You can lower the dependency by making these ties
Organizations compete for:
Resources and customers
political power
institutional legitimacy (acceptance)
social and economic fitness
Daarom neigen organisaties naar isomorfisme met hun institutionele omgevingen.
Isomorphism = Mechanisme waarmee organisaties zich conformeren aan regels, waarden en overtuigingen van hun
institutionele context
- Coercive isomorphism - Staat, toezichthouders die gelegitimeerde macht uitoefenen over organisaties; normen opleggen
met boetes, sancties
- Mimetic isomorphism – Organisaties hebben de neiging om andere organisaties te imiteren (vooral succesvolle)
- Normative isomorphism – Druk tot conformiteit die voortvloeit uit cultuur en normen van professionaliteit(als je strak in
een normale trein loopt)
, Part 2: Studying Social Networks 0;00
Nodes = Organizations or entities (for-profit, non-for-profit, government)
In principe kan het zijn wat je maar wilt zijn:- Computer- Persoon- Stad- Afdeling - Machine- Dier - etc...
Ties = Connection/link/edge between 2 nodes (e.g. alliances between firms)
Characteristics of inter-organization ties:
1. Tie strength (de hoeveelheid agreements)
2. Direct or indirect tie
3. Contractual form (e.g. joint ventures) (soort)
4. Singles vs. multiplex (zelfde tie met zelfde persoon maar verschillende functies; vriend waarmee je sport, en mee werkt)
5. Tie content (e.g. friendship, advice, research & development)
- Realized ties are meaningful (bijv. social closure)
- Absent ties also are meaningful (bijv. structural hole)
Network = Flows or connections between organizations and connected to the environment. Set of Objects (nodes, positions,
vertices or actors) + a set of relations (edges, ties or links)
Dyad = Connection between 2 nodes
Triad = Connection between 3 nodes
Strong tie = A tie that has a greater flow of resources (deelt norms, values, trust)
Structural hole = If D wants to connect A, it has to go via B.
Dit kan belangrijk zijn in het kader van bijv. innovatie; soms heb je geen toegang tot het
individu met geweldige ideeën, maar misschien heb je wel toegang tot iemand anders
Structural holes and social structure
Structural hole kan gezien worden als een broker of de persoon die de structuur verbindt wanneer
er een afwezige tie is: In the structure hole is er een afwezigheid van een node en het vindt
verbinding via 3e node (in dit geval de broker)
Conduit – Actor spanning the structural hole, e.g. the broker
A is the broker and is connecting B & C
Tertius gaudens – The third who benefits
Tertius iungens – The third who joins
What flows through ties?
Tie content = relational variable: Absence of a relationship between nodes no flow
What can flow?
1. Economic exchanges (e.g. goods, information, knowledge, money)
2. Social exchanges (e.g. trust, love, advice, power, emotional support, ideas)
3. The dark side of ties (e.g. corruption, cartels)