Sociale psychologie
Het zelf deel 1: H1 t/m 1.1.3
1.1: Sociale invloed
Mensen worden in het dagelijks leven voortdurend door anderen beïnvloed.
1.1.1: Psychologie van het dagelijks leven
Mensen zijn groepsdieren en zijn meer afhankelijk van hun soortgenoten dan zelfs de meest
sociale insecten. Sociale psychologie gaat over de beïnvloeding tussen mensen. In zekere
zin gaat het dus over het hele dagelijks leven, want die invloed is er de hele dag door.
- Welke factoren bepalen of mensen elkaar al dan niet aardig vinden, en of ze
bevriend raken?
- Hoe weten we het als mensen dingen zeggen die ze niet menen, of zelfs
gewoon keihard liegen? Of hebben we dat vaak niet eens in de gaten?
- Waarom zijn bepaalde merken gewilder dan anderen?
- Hoe leiden we eigenschappen af uit gedrag? Hoe weten we of iemand
verborgen bedoelingen heeft, wanneer vertrouwen we iemands motieven? Zijn
mensen ooit écht – belangeloos en onbaatzuchtig – bereid om iets voor een
ander te doen?
- Hoe werkt het ‘voor-wat-hoort-wat’-principe? Waarom is het zo krachtig en hoe
kan het gebruikt worden om anderen te beïnvloeden?
- Hebben alleen bepaalde mensen een bord voor hun kop, of hebben we dat
allemaal een beetje?
- Waarom laten we ons beïnvloeden?
1.1.2: Definitie sociale psychologie
Sociale psychologie is de wetenschappelijke studie van de manier waarop de gedachten,
gevoelens en gedragingen van mensen worden beïnvloed door de werkelijke of
voorgestelde aanwezigheid van andere mensen.
Wetenschappelijke studie
Sociale psychologie gaat niet over het gedrag van mensen tijdens een alledaagse setting als
het terras of een feestje. Het is niet wetenschappelijk, omdat het subjectief is. Sociaal
psychologen maken gebruik van systematisch onderzoek met vaak zeer geavanceerde
methoden om het denken, doen en voelen van mensen te doorgronden.
Gedachten, gevoelens en gedragingen
Sociaal psychologen zijn naast de uiterlijke zichtbare gedragingen van mensen ook
geïnteresseerd in de onzichtbare processen die zich ‘tussen de oren’ van mensen afspelen.
Het achterliggende idee is daarbij gewoonlijk dat gedachten en gevoelens weer van invloed
zijn op gedrag.
Invloed
Vaak is het zo dat de beïnvloeder niet de bedoeling heeft om te beïnvloeden. De invloed die
mensen op elkaar hebben is overal, de hele dag door.
Werkelijke of voorgestelde aanwezigheid van andere mensen
Mensen kunnen ons beïnvloeden als ze feitelijk aanwezig zijn. In veel gevallen is de invloed
van andere mensen er ook als die mensen zelf ‘buiten beeld’ zijn. Zelfs als je keuzes maakt
om te laten zien dat je individualistisch bent, dan is er nog steeds sprake van beïnvloeding
door anderen: het doel is dan dat anderen zien dat je je juist niet conformeert zodat je
onafhankelijk overkomt.
,1.1.3: Kuddedieren
Mensen zijn sociale dieren. Er zijn zelfs onderzoekers die zeggen dat mensen, samen met
enkele extreem sociale insectensoorten zoals mieren, van alle dieren de meest complexe
sociale netwerken vormen. Het is deze extreme socialiteit die ertoe heeft geleid dat het brein
van de mens in slechts twee miljoen jaar drie keer zo groot is geworden.
In de westerse samenleving vinden we individualisme en autonomie weliswaar van groot
belang, maar we laten ons veel meer door anderen beïnvloeden dan we denken.
Mensen die lang in een relatie zitten, gaan uiteindelijk zelfs meer op elkaar lijken doordat ze
elkaars mimiek overnemen, waardoor de spiertjes in hun gezicht in dezelfde stand komen.
Niet alleen lichamelijk, maar ook mentaal bewegen we mee met anderen. De need to
belong is de drang om erbij te horen en een goed groepslid te zijn. Dit zit nog altijd
ingebakken in de hedendaagse mens en beïnvloedt ons sociale gedrag. Zulke behoeften
zijn meestal niet bewust, maar wel diep verankerd in onze instincten.
Sociaal afstemmen
Het onbewust op elkaar afstemmen van gedrag, gedachten en gevoelens noemen we social
tuning. Mensen kunnen elkaar ongemerkt ‘besmetten’ met stemmingen en gevoelens;
meningen en overtuigingen; snelheid; gedrag en gewoontes; bewegingen, lichaamshouding
en mimiek.
Het overnemen van elkaars bewegingen en mimiek wordt het kameleon-effect genoemd.
Verondersteld wordt dat automatische imitatie een kenmerk is van alle sociale dieren. Al
deze dieren lijken te beschikken over zogenoemde spiegelneuronen: hersencellen die de
activiteiten en ervaringen van anderen weerspiegelen in het eigen brein. Wanneer we
andere mensen waarnemen, worden in ons eigen brein de bijbehorende hersengebieden
geactiveerd. Het kan gaan om gevoelens, zintuiglijke ervaringen of zelfs autonome
fysiologische reacties.
De weerspiegeling in ons eigen brein kan tot uiting komen in een zichtbare reactie. Zo
kunnen mensen bepaalde gezichtsuitdrukkingen of lichaamshoudingen aannemen wanneer
ze woorden lezen die naar een emotie verwijzen.
Bij alles wat we waarnemen, vindt er een automatische belichaming plaats in ons eigen
brein: ons lichaam simuleert de ervaring van de ander.
Empathie is het proces waarbij we door de weerspiegeling in ons eigen brein weten wat
anderen ervaren, ook als we het zelf niet rechtstreeks meemaken. Het versterkt de
groepsband en bevordert samenwerking.
Automatische imitatie is niet gebonden aan ervaring, maar het is wel zo dat bewegingen
meer intensief worden gekopieerd door mensen die meer ervaring hebben met die
beweging.
Het automatisch imiteren en afstemmen bevordert groepsprocessen, zoals goede
samenwerking en het gevoel dat je elkaar begrijpt. Mensen die synchroon bewegen, blijken
beter te kunnen samenwerken en voelen zich meer deel van de groep. Het geeft een gevoel
van verbondenheid en sympathie.
Sociale besmetting
Imitatie werkt als een soort sociale ‘lijm’ en in dit opzicht zijn mensen net als andere
groepsdieren. Mensen rennen bijvoorbeeld allemaal dezelfde kant op in tijden van paniek,
ook als dat de verkeerde is. De neiging om ons aan te passen aan anderen noemen we
conformisme.
Daarnaast is er sprake van emotionele besmetting – automatisch elkaars emoties
overnemen.
, Beïnvloeding
Omdat imitatie de onderlinge band bevordert, kun je er ook je voordeel mee doen als je
mensen wilt beïnvloeden. Het is in zekere zin een vorm van vleien, want als je mensen
imiteert, gaan ze je aardiger vinden. Overigens hoef je dit niet bewust te doen, want als de
klik tussen mensen goed is, gebeurt dit vanzelf. Zelfs met woordkeus kun je mensen
beïnvloeden, zeker wanneer ze je woordkeus overnemen.
Het zelf deel 2: H2 vanaf 2.3
2.3: Het interpersoonlijke zelf
Het zelfbeeld wordt sterk beïnvloed door reacties van anderen, maar het wordt ook op meer
ongemerkte manieren beïnvloed. Uiteindelijk geldt voor iedereen: wie je bent, wat je doet,
wat je vindt en voelt, is voor een belangrijk deel gebaseerd op de invloed van de mensen om
je heen. Omgekeerd heeft ons zelfbeeld op zijn beurt invloed op hoe wij de wereld
waarnemen.
2.3.1: Invloed van het zelf op sociale waarneming: sociale projectie
Projectie wordt onder andere ingezet bij tests waarin mensen een figuur of een afbeelding
moeten beschrijven. Het idee hierachter is dat deze zo ambigu zijn dat mensen
automatische hun eigen gevoelens en drijfveren erop projecteren. Terwijl ze zelf denken dat
ze iets buiten zichzelf beschrijven, geven ze ongemerkt een beschrijving van hun eigen
impliciete motieven.
Egocentrische projectie
Het false-consensus-effect is het overschatten van hoe vaak iemands eigen standpunt
voorkomt bij anderen. Mensen zijn geneigd aan te nemen dat anderen hetzelfde denken,
vinden, voelen en doen als zijzelf. Daardoor overschatten ze de frequentie van hun eigen
opvattingen, interesses, eigenschappen en gedragingen.
Het is een vorm van sociale projectie: de neiging je eigen kenmerken bij anderen waar te
nemen.
Door een deel wordt het false-consensus-effect veroorzaakt doordat mensen vaker in
contact komen met anderen die hetzelfde doen als zijzelf.
Een andere factor is egocentrisme: het onvermogen of de onwil van mensen om zich
voldoende in te leven in het perspectief van de ander. Voor een deel komt egocentrisme
voort uit gemakzucht: het kan veel moeite kosten te bedenken hoe iemand anders zou
reageren en het perspectief in te nemen van anderen met hun eigen geschiedenis,
persoonlijkheid, waarden en behoeften.
De neiging om vanuit jezelf te redeneren heeft ook te maken met zelfverheffing. Mensen
doen meer aan sociale projectie bij anderen die ze aardig vinden dan bij degenen die ze niet
graag mogen.
Een andere illustratie van egocentrisme is het spotlight-effect: mensen zijn geneigd aan te
nemen dat anderen net zo letten op hun blunders, uiterlijke verschijning en andere
bijzonderheden als zijzelf.
De egocentrische vertekening heeft voordelen. Door aan te nemen dat de meeste mensen
net zo zijn als jij, hou je het gevoel in stand dat jij normaal en goed aangepast bent.
Een ander voordeel treedt op in intieme relaties: mensen die aannemen dat hun partner
dezelfde mening heeft als zijzelf, zijn over het algemeen gelukkiger in hun relatie dan
mensen die correct inschatten dat hun partners mening ook heel anders kan zijn.
Echter zijn er ook nadelen. Zo kan egocentrische projectie in onderhandelingssituaties
ervoor zorgen dat er een onnauwkeurig beeld is van waar de ander op uit is.
Een ander nadeel is dat het lijkt alsof mensen met een andere mening niet objectief zijn. Het
gevolg is dat je iemand die het heel anders ziet, beschouwt als slecht geïnformeerd, dom of
partijdig. Hierdoor ben je bij een meningsverschil minder geneigd te kijken of je er in goed
overleg uit kunt komen.