Week 1
Werkgroepsopdrachten
Vraag 1
Nadia is een eerstejaars rechtenstudent. Zij is een van de gelukkigen die een kamer
heeft weten te vinden in een studentenhuis in de Amsterdamse binnenstad. Ze huurt
de kamer met ingang van 1 september 2019 van de heer Jansen voor 350 euro.
Artikel 7:203 BW (artikel 203 van Boek 7 van het Burgerlijk wetboek) luidt:
“De verhuurder is verplicht de zaak ter beschikking van de huurder te stellen en te
laten voor zover dat voor het overeengekomen gebruik noodzakelijk is.”
a. Tot welk rechtsgebied hoort deze regel?
Privaatrecht, want het gaat om verhoudingen tussen burgers, die gelijkwaardig zijn
aan elkaar, onderling.
b. Is dit een bepaling van formeel recht of materieel recht?
Materieel recht, omdat het gaat om de inhoud van het recht en de rechten en
plichten van de huurder en verhuurder.
Vraag 2
De eerste weken is Nadia heel blij met haar kamer waar ze hard studeert voor haar
inleidende vakken. In het studentenhuis woont ook een niet-studerend stel. Na
enkele weken merkt Nadia dat de nachtelijke rust in het huis wordt verstoord door
geweld. Het stel blijkt een lange geschiedenis van huiselijk geweld te hebben. Nadia
spreekt met haar huisgenoot en weet haar over halen om samen met haar naar de
hulpverlenende instanties te gaan. Het geweld neemt hierdoor toe en de instanties
schakelen de burgemeester in. De burgemeester van Amsterdam ontzegt de partner
tien dagen de toegang tot het huis om rust te creëren en hulpverlening opgang te
brengen.
Artikel 2 lid 1 van de Wet tijdelijk huisverbod luidt:
“De burgemeester kan een huisverbod opleggen aan een persoon indien uit feiten of
omstandigheden blijkt dat diens aanwezigheid in de woning ernstig en onmiddellijk
gevaar oplevert voor de veiligheid van één of meer personen die met hem in de
woning wonen of daarin anders dan incidenteel verblijven of indien op grond van
feiten of omstandigheden een ernstig vermoeden van dit gevaar bestaat.”
a. Tot welk rechtsgebied behoort deze bepaling?
Publiekrecht, dit recht regelt de verhouding tussen de burger (de gewelddadige
huisgenoot) en de overheid (de burgemeester).
b. Waarom is het belangrijk dat de bevoegdheden van overheidsorganen zijn neergelegd
in de wet?
Zodat burgers worden beschermd tegen machtsmisbruik van overheidsorganen.
Opdracht 2 Casusvraag transouder arrest
Tijdens het college is het transouder-arrest besproken. Jullie lezen thuis dit arrest na. Maak
daarvoor gebruik van de zes vragen die ook bij Inleiding Strafrecht worden gebruikt om een
arrest te lezen. Bij Inleiding Strafrecht ligt de nadruk op het lezen van arresten. In ons vak
ligt de nadruk op het reflecteren op een arrest. Daar maken we deze week voorzichtig een
begin mee.
, We hebben gezien dat de rechter in het transouder-arrest een nieuwe categorie heeft
toegevoegd aan het Nederlandse recht. Het Nederlands recht kent alleen de juridische
categorie ‘vader’ of ‘moeder’. Het nieuwe begrip dat de rechter toevoegde was het begrip
‘ouder.’ Hiermee gaf de rechter juridische erkenning aan de biologische band tussen de
transvrouw en haar kind. Je zou kunnen zeggen dat de rechter met deze uitspraak maatwerk
heeft geleverd.
Dat de rechter de ruimte neemt om maatwerk te leveren is niet vanzelfsprekend en
onderwerp van een felle discussie die rechters en wetenschappers voeren. Een prominente
stem in dit debat is die van Rinus Otte, procureur-generaal bij het Openbaar Ministerie. In
een interview met De Volkskrant van 22 april 2022 zegt Otte het volgende:
“De rechtsstaat is gebouwd op gelijkheid voor de wet, en uiteraard op vrijheid en
broederschap. Er moet rechtsgelijkheid zijn en rechtseenheid, om willekeur te voorkomen
en te vermijden. Dat is de kern van de rechtsstaat. De tegenhanger daarvan is het
individueel oordeel van een rechter. In Nederland heeft een rechter enorme vrijheid. Als je
dan zegt: we kiezen voor maatwerk, dan komt er nog meer ruimte voor een rechter of een
ambtenaar, en dat kan ontaarden in willekeur. Het gaat er niet om of iemand een deugdelijk
rechter of ambtenaar is. Maar als je toelaat dat oordelen worden gebaseerd op persoonlijke
opvattingen, dan gaat het fout. Het legaliteitsbeginsel wil zeggen dat een wet zo precies is
dat een rechter haar helder kan toepassen. Het recht is gericht op de gemeenschap, niet
bedoeld om iemands zelfbeschikking, zelfvervulling of zelfontplooiing verder te brengen.
Toch gebeurt dat, omdat rechters menen dat wetgeving tekortschiet, of verouderd is.’
Lees het citaat van Otte aandachtig door. Het is niet erg als je niet alles ervan precies
begrijpt. Het citaat van Otte stelt je in staat om kritisch te kijken naar de rechterlijke
uitspraak in het transouder-arrest.
Probeer nu de volgende opdracht te maken:
a. Wat is het onderliggende dilemma in deze zaak? Schrijf dat in een regel of 5 op in je
eigen woorden, en neem dit mee naar de werkgroep.
Volgens de letter van de wet, en dus via de grammaticale interpretatie, kan de vader
van een kind geen vrouw, maar alleen een man, zijn. Maar omdat de wetgever niet
kon voorzien dat zaadvriezing en IVF later een realiteit zouden zijn, dus via de
wetshistorische interpretatie, heeft de rechter besloten dat de vrouw ouder is van het
kind. De vraag is nu of de rechter dit wel zomaar mag doen, aangezien het
Nederlands recht dit begrip, dat uit het internationaal recht komt, niet kende.
b. Als je rechter zou zijn, hoe zou jij oordelen in de transouder-zaak? Ben je het eens met
de rechter? Of ben je het juist oneens? Schrijf in 5 à 10 regels op wat je standpunt is en
geef tenminste twee argumenten, die je ontleent aan het college of het hierboven
gegeven citaat van Otte.
Hoewel ik zelf persoonlijk wel vind dat de transvrouw als ouder van het kind erkend
zou moeten worden, zou ik als rechter die erkenning niet geven. De reden is dat ik
vind dat de rechter zich moet houden aan het legaliteitsbeginsel. Alles wat hij
bepaalt moet in de wet staan en dat is in deze situatie niet het geval. Als de rechter
zich niet meer gaat houden aan het legaliteitsbeginsel, kan dit uitlopen tot willekeur
en wordt het de vraag waar de grens getrokken moet worden als we kijken naar de
vrijheid van de rechter.