Muziekmeester
Hft 1
Redenen voor muziek in het onderwijs
- Kinderen ontwikkelen muzikaal en functioneren later muzikaal beter
- Muziek stimuleert bepaalde hersenfuncties die je nodig hebt in het dagelijks leven
Hersenen zijn rond de 25e volledig ontwikkeld. De hersengebieden die zich als laatste ontwikkelen
zijn de frontale gebieden.
Tijdens de vroege ontwikkeling van de hersenen worden de meeste ontwikkelingen gelegd.
5 domeinen muzikale activiteiten
- Zingen
- Luisteren
- Muziek maken
- Muziek lezen en noteren
- Bewegen op muziek
In muziekonderwijs gaat het vooral om ontwikkelen van muzikaal gehoor en muzikale geheugen.
In de middeleeuwen is het notenschrift ontwikkeld.
De grafische notatie bestaat uit streepje en bolletjes
Muziek kan variëren in:
- Klankduur – korte en lange klanken
- Klankhoogte – melodie
- Klanksterkte – sterk of zacht
- Klankkleur – verschillende instrumenten
Schema blz 18
Herhalingsprincipe en contrastwerking zijn tegenovergestelde van elkaar
De vorm van een muziekstuk is hoe een stuk is opgebouwd
- Herhaling
- Contrast
- Variatie
Vormprincipes: herhaling, contrast, variatie
Vormeenheden: motief, thema, muzikale zin
Vormtechnieken: echo, imitatie, stapelen, ostinaat
Compositievormen: canon, rondo, variatievormen
Absolute muziek = Muziek zonder verwijzing naar niet muzikale betekenissen
Schema blz 21
,KVB-model = Klank, vorm, betekenismodel = hierin wordt de essentie van muziek gecombineerd met
de 5 domeinen van muziek
Muzikale vaardigheden leraar basisonderwijs
- Kunt liederen zingen met kinderen en aandacht geven aan expressie, zuiverheid, adem,
resonantie en articulatie
- Je kunt jonge en oudere kinderen geinspireerd naar muziek uit verschillende culturen en
cultuurperioden laten luisteren en op muziek laten bewegen
- Kunt groepen kinderen instrumentale speelstukjes laten ontwerpen en uitvoeren met een
aandacht voor klank, vorm en betekenis
- Kunt groepen kinderen muziek laten maken, ontwerpen en beluisteren met behulp van grafische
en traditionele notatie.
- Kunt groepen kinderen klank- vorm – en betekenisaspecten van muziek met bewegingen laten
uitdrukken
Doorlopende leerlijnen voor verschillende vakken
- Geven een overzicht van wat kinderen leren
- Geven didactische aanwijzingen over hoe het onderwijs het leren van kinderen kan beïnvloeden
- Beschrijven wat geleerd en onderwezen wordt
- Werken naar kerndoelen toe
Hft 2
Liedje oefenen
- Warming- up = de stem eerst even warm laten draaien.
- Eerst luisteren dan zingen
- Uitdagende werkvorm
- Zelf zingen
Muzikale redenen om te zingen
- Bevorderd de muzikale ontwikkeling van kinderen
- Ervaren verschillen in lange en korte noten
- Gaan toch steeds zuiverder zingen
, - Merken dat ze hard en zacht kunnen zingen
- Zingen stimuleert ook het muzikaal voorstellingsvermogen en muzikaal geheugen
Trainer en corriga (2010) hebben onderzoek gedaan naar het muzikaal voorstellingsvermogen van
kinderen
- Kinderen van 5 zijn al in staat verschillende toonladders te onderscheiden en verschillende
samenklanken te herkennen
Kreutzer 2001
3 jaar: kan karakteristieke melodieën en muzikale conventies reproduceren
4 jaar: toenemende stemomvang en meer zelfstandigheid
5 jaar: kinderen gaan steeds zuiverder zingen
Niet muzikale redenen om te zingen
- Helpt je iets onthouden
- Goed voor culturele ontwikkeling en culturele identificatie
- Positieve bijdrage aan taalvorming
Effectief toepassen = je doet er iets mee
Nulft en Verhallen (2009)
Woordenschatuitbreiding in 4 stappen
- Voorbewerken: je betrekt de kinderen bij het onderwijs door bijvoorbeeld een verhaal te
vertellen, afbeeldingen te laten zien of oefeningen te doen
- Semantiseren: je legt de woorden van het lied uit of laat ze in fantasiesfeer terugkomen
- Consolideren: je oefent de woorden in, zodat kinderen zich eigen maken
- Controleren: kennen de kinderen de woorden werkelijk? Je controleert of de kinderen de
woorden begrijpen
Kenerken van kinderliedjes voor het jonge kind
- Eenstemmig
Kinderen leren op de juiste toonhoogte mee te zingen, leren hun eigen stem en af te stemmen
op gehoor
- Kort
De liedjes zijn vaak kort omdat kinderen een korte spanningsboog hebben
- Beperkte omvang
De hoogste en laagste toon liggen vaak niet ver uit elkaar, meeste liedjes D-B
- Melodisch eenvoudig
Geen grote sprongen, stijgende en dalende toonladdermotieven
- Ritmisch eenvoudig
Geen grote verschillen in ritmische bewegingen, niet complex en geen snellere passages
- Veel herhalingen
Herhaling is essentieel om taal, liedjes en hun motorische mogelijkheden kennen en ontwikkelen
- Verbonden met beweging
Speelliedjes zijn liedjes waar een bewegingsvorm bij hoort: tikspelletje, beweging, kringspel,
dansje, wiegeliedje, balspel en een klapspel
- Aansluiten op belevingswereld
Teksten sluiten aan bij dingen waar kinderen mee bezig zijn.