Samenvatting van het boek Competentiegericht Werken in de residentiële jeugdzorg. Casus met 3 oefenvragen en antwoorden. Extra informatie tijdens de hoorcollege is verwerkt in de tekst. ALLES wat je moet weten staat er in! Kort en bondig.
Competentievergroting in de
residentiele jeugdzorg
H1.4 competentievergroting in een leefgroep: zes
basiselementen
Competentie vergrotende hulpverlening is gericht op het verminderen van
probleemgedrag en vergroten van vaardigheden.
Elementen:
De fysieke omgeving, de dagelijkse routine en huisregels
Fysieke omgeving: de leefomgeving van de jongere. Er moet
rekening gehouden worden met veiligheid en leerkansen.
Dagelijkse routine: draaiboek van regelmatig terugkerende
onderdelen van de dag. Per onderdeel heeft de jongere
verschillende vaardigheden nodig om taken te volbrengen. Bij de
dagelijkse routine horen regels en verwachtingen.
Methodisch handelen van groepsleiders in het leven van alledag
Methodisch handelen: de manier waarom hulpverleners jongeren
begeleiden, vaardigheden aanleren, reageren op gewenst en
ongewenst gedrag en hoe zij handelen bij incidenten en
crisissituaties. Nieuw gedrag wordt geleerd middels instructie en
suggestie. Bij ongewenst gedrag wordt zoveel mogelijk geprobeerd
alternatief gedrag aan te leren.
Fasering en feedbacksysteem: feedbacksystemen worden toegepast in
combinatie met fasering.
Fasering: het verblijf van jongeren wordt verdeeld in fasen. Bij elke
fase krijgt de jongere verantwoordelijkheid en vrijheid.
Feedbacksystemen: informatie verschaffen over de aard en
doelmatigheid van hun gedrag. De nadruk ligt op positief feedback.
Assessment en behandelplanning: assessment: verzamelen en analyseren
van informatie en het stellen van doelen. Doelen worden afgestemd op het
functioneren van de jongere in op zich van de ontwikkelingstaken.
Aanvullende behandeling door specialisten: naast werken aan doelen is
een aanvullende individuele of groepsgerichte behandeling mogelijk.
Netwerkinterventies: het betrekken van het gezin en de sociale netwerk bij
de behandeling van de jongeren is onder meer van belang met het oog op
de toekomst. Daarnaast wordt er ook gewerkt aan veranderingsdoelen ten
aanzien van de sociale omgeving van de jongere.
, H2 De theoretische basis van de competentievergroting
Competentie is het beschikken over voldoende vaardigheden om verschillende
ontwikkelingstaken op een juiste manier uit te voeren. Competentie kan worden
voorgesteld als een balans (enerzijds ontwikkelingstaken, anderzijds
vaardigheden). Ontwikkelingstaken zijn tijd- en cultuurbepaald.
Competentiemodel: opnieuw aanleren van vaardigheden. Het is een motiverende
benadering, omdat het gaat om het versterken van krachten.
Factoren die de competentie negatief beïnvloeden:
Stressoren: stressoren hebben negatieve invloed op de balans van
ontwikkelingstaken en vaardigheden. Voorbeeld: verkeersongeluk,
schulden, seksueel misbruik etc. aan deze invloeden kan men zich niet of
moeilijk onttrekken.
Psychische stoornissen: leed en een minder goed functioneren binnen de
samenleving.
Cognitieve beperkingen: lagere intelligentie (IQ) en minder goed
functioneren in het normale leven. Verschillende maten: licht, matig,
ernstig en zeer ernstig.
Factoren die de competentie positief beïnvloeden:
Protectieve omgevingsfactoren: eigenschappen en omstandigheden die de
ontwikkeling van de jongere kunnen bevorderen en beschermen tegen de
risico’s. bv. een volwassen die ondersteuning kan bieden.
Protectieve persoonseigenschappen: bv. intelligentie, positief zelfbeeld en
neiging tot autonomie.
Compensatiebalans (voorbeeld):
Omgeving Persoon
Stressoren: Protectieve Psychische Protectieve
Vrienden hebben omgevingsfactoren stoornissen en persoonsgebonden
slechte invloed op : cognitieve eigenschappen:
mijn gedrag. Opvoeding beperkingen: Rustig
School Misschien kenmerken Gemotiveerd
Goede vrienden van Doorzettingsvermogen
Sportvereniging persoonlijkheidsstoorni
s cluster C.
Ontwikkelingstaken Zelfvertrouwen Vaardigheden: Praten met ouders en goed
: creëren en grenzen (Kan je?) kunnen luisteren
(wat zou hij moeten aangeven
kunnen?)
Ontwikkelingstaken zijn thema’s die karakteristiek zijn voor een bepaalde
levensfase en die bepaalde vaardigheden vragen. Ontwikkelingstaken zijn tijd- en
cultuurbepaald. Ontwikkelingstaken zijn opgebouwd uit subtaken. Bv. relaties
met leeftijdgenoten; een kind moet kunnen geven en nemen in het spel en
,eenvoudig een conflict kan oplossen. Een taak is dat gene wat de ongeving van
je vraagt en worden actueel in bepaalde situaties. Een vaardigheid is dat gene
wat je doet om een taak uit te voeren.
Het in kaart brengen van verschillende factoren kan je helpen om
ontwikkelingstaken op te stellen met de cliënt en daarna de bijbehorende
vaardigheden daarbij te zoeken die aangeleerd moeten worden.
Hulpverleners zijn geneigd om te kijken naar wat er niet goed gaat en niet naar
wat er wel goed gaat. Wees transparant over de methodiek die je gebruikt en
vraag de cliënt of hij bereidt is om je te helpen met het invullen daarin of
informatie van hem mag om het aan te vullen.
Tansactionele denken: ouders beïnvloeden het kind maar het kind beïnvloed ook
zijn ouders. Niet via eenrichtingsmechanisme
Op een bepaald moment merken jongeren dat ze aantrekkelijk worden gevonden
door leeftijdgenoten. Omdat dergelijke veranderingen om nieuwe vaardigheden
vragen, worden ze als taken gezien. Het adequaat vervullen van de
ontwikkelingstaken die kenmerkend zijn voor een bepaalde leeftijd wordt als een
voorwaarden gezien voor een goed verloop van een latere ontwikkeling
Verschil tussen ontwikkelingstaken en vaardigheden: Ontwikkelingstaken zijn
thema’s die karakteristiek zijn voor een bepaalde levensfase en die bepaalde
vaardigheden vragen.
Als er weerstand is kun je als hulpverlener iemand moeilijker helpen om van A
naar B te gaan. Je kan de weerstand verbreken door transparant te zijn over de
weerstand. Vraag de cliënt bv. waar de weerstand door komt. Leg waarom het
lastig is dat er weerstand is bv. “de weerstand beïnvloed het proces en ik doe het
om jou alleen maar te helpen”. Vertrouwen is erg belangrijk.
Leertheorieën
Klassieke conditionering is de koppeling tussen twee prikkels (stimuli) gebaseerd
op reflexen en behoeften.
Operante leertheorie gaat ervanuit dat het leren van gedrag beïnvloed wordt
door de situatie die aan het gedrag voorafgaat en door gebeurtenissen die op het
gedrag volgen. S-R-C schema: stimuli, response en consequentie. Als de
consequentie met zich meebrengt dat het gedrag in frequentie, intensiviteit of
duur toeneemt noemen we dat een versterker (positief: beloning > iets krijgen of
iets negatiefs wegnemen). Als de consequentie met zich meebrengt dat het
gedrag in frequentie, intensiviteit of duur afneemt noemen we dat een
verzwakker (negatief: straf > iets positiefs wegnemen of iets negatiefs
toevoegen).
De sociale leertheorie gaat ervan uit dat gedrag geleerd wordt door het zien van
gedrag van belangrijke personen (modellen) uit de omgeving. Een persoon wordt
gemotiveerd door het observeren van het gedrag en de consequenties van dat
gedrag bij een model. Er zijn verschillende aspecten die van invloed kunnen zijn
op modeling: het zien van opbrengsten, overeenkomsten in eigenschappen
, tussen model en observant, aantrekkelijkheid en nabijheid van het model en
aantal modellen.
Volgens het zelfmanagementmodel kunnen individuen invloed uitoefenen op het
eigen gedrag door zichzelf versterkers of afzwakkers te geven. Dit wordt gedaan
door zelfobservatie, zelfevaluatie en zelfverzwakking of zelfversterking. Sommige
jongen hebben hier moeite mee, omdat ze hun eigen aandeel in een gebeurtenis
niet zien. Belangrijk is: sturing.
Competentiegerichte strategieën
Het verlichten of verrijken van de ontwikkelingstaak.
Het verminderen van (de invloed) stressoren
Het verstevigen of vergroten van het aantal protectieve en
omgevingsfactoren.
Het versterken van bestaande vaardigheden en het leren van nieuwe
vaardigheden.
Het verminderen van (de invloed van) een psychische stoornis
Het erkennen en herkenbaar maken van (de invloed van) de cognitieve
beperking.
Het versterken of vergroten van het aantal protectieve persoonsfactoren.
Technieken
Het opmerken en versterken van positief component gedrag is een basale
techniek.
Probleemgedrag te stoppen of ombuigen.
Goed gedrag voordoen of instrueren.
Technieken om het eigen gedrag te sturen
Zelfobservatie van gedrag of emoties.
Zelfevaluatie.
Zelfversterking of verzwakking.
Cognitieve technieken om gedachten en gevoelens te beïnvloeden
Men beïnvloed gedachten en gevoelens om uiteindelijk veranderingen in het
handelen te bereiken. Dit is net iets omgedraaid dan de vorige benoemde
technieken. Het is meestal de interpretatie van de voorafgaande gebeurtenis of
situatie die leidt tot bepaalde gedachten of gevoelens.
Schema van Beck bewerkt door Bartels:
Kernovertuigingen (gedachten en ideeën die iemand over zichzelf, andere
mensen en de wereld heeft). Dit begrip slaat nauw aan op de
gehechtheidstheorie. Een gehechtheidspresentatie ontstaat in de ontwikkeling
naar de volwassenheid doordat nieuwe ervaringen op communicatief en
relationeel vlak steeds worden geïnterpreteerd op grond van vroegere relationele
ervaringen. De gehechtheidstheorie heeft ook invloed op het denken en
handelen.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper llauurra. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,48. Je zit daarna nergens aan vast.