Samenvatting Personeel, organisatie, communicatie 2022
voor het Praktijkdiploma Loonadministratie
Inhou d
Hoofdstuk 1 – Organisatie en arbeid....................................................................................................... 2
Hoofdstuk 2 – Organisatie en management ......................................................................................... 11
Hoofdstuk 3 – De salarisadministratie .................................................................................................. 19
Hoofdstuk 4 – Automatisering en toezicht ........................................................................................... 25
Hoofdstuk 5 – Rapportage van de financiële administratie .................................................................. 33
Hoofdstuk 6 – Communicatie ................................................................................................................ 37
1
,Hoofdstuk 1 – Organisatie en arbeid
In een organisatie kunnen vormen van arbeid worden verricht. Arbeid is namelijk één van de
belangrijkste productiefactoren. De andere twee productiefactoren zijn natuur en kapitaal.
Een organisatie is een samenwerkingsverband van personen die een bepaald doel willen bereiken.
Los van de omvang heeft vrijwel elke organisatie de volgende eigenschappen:
• Samenwerking tussen personen;
• Taakverdeling tussen de personen via een bepaalde organisatiestructuur;
• Leiding van de organisatie;
• Een bepaald doel waarop de activiteiten van de organisatie zijn gericht;
• Middelen om dit doel te bereiken.
Er zijn twee hoofdgroepen van organisaties:
• Profitorganisaties, waarbij het belangrijkste doel is winst maken;
• Non-profitorganisaties, waarvan de doelstelling niet winst maken is. Bijvoorbeeld: scholen,
kerken of het Rode Kruis.
Daarnaast zijn er ook not-for-profitorganisaties. Zij maken vaak wel winst, maar dat doen ze alleen
om hun hoofddoel beter te kunnen realiseren. Voorbeelden hiervan zijn zorginstellingen, culturele
instellingen en woningbouwverenigingen.
Zodra een organisatie groter wordt, moeten de werkzaamheden op een bepaalde manier worden
verdeeld en op elkaar afgestemd. Deze ordening, met leidinggevende en uitvoerende medewerkers,
wordt arbeidsorganisatie genoemd.
Een bijzondere ondernemingsvorm is de overheidsorganisatie of overheidsinstelling. Dit is de
benaming voor een organisatie die namens de overheid taken uitvoert. Voorbeeld: gemeenten en de
politie.
Vormen van organisaties zijn:
• Een bedrijf;
• Een onderneming;
• Een instelling.
Een bedrijf is een organisatie waar arbeid en kapitaal centraal staan.
Een bedrijf levert producten of diensten waardoor omzet wordt
behaald. De achtergrond van een bedrijf kan zowel commercieel als
niet-commercieel zijn.
Als een bedrijf commercieel is, dus het maken van winst als doel heeft,
wordt dit bedrijf een onderneming genoemd. Dus: een onderneming is
een bedrijf dat gericht is op het maken van winst.
Let op dat een onderneming wel altijd een bedrijf is, maar dat een
bedrijf niet altijd een onderneming hoeft te zijn.
Een instelling heeft vaak als doel het uitvoeren van een bepaalde taak waarvoor subsidie wordt
ontvangen, bijvoorbeeld een instelling voor maatschappelijk werk. In dat geval is er sprake van een
non-profitorganisatie. Maar een instelling kan ook een winstoogmerk hebben, zoals dat bij een
financiële instelling (bank) het geval is.
2
,Op basis van wet- en regelgeving zijn in Nederland ondernemingen te verdelen in twee groepen:
ondernemingen met als eigenaar een natuurlijk persoon (de persoonlijke ondernemingsvorm) en
ondernemingen die een rechtspersoon zijn.
Een onderneming die geleid wordt door een natuurlijk persoon, wordt aangestuurd door één of meer
mensen. Deze zijn volledig verantwoordelijk voor de beslissingen die voor de onderneming genomen
moeten worden.
De volgende ondernemingen kennen een natuurlijk persoon als eigenaar:
• Eenmanszaak;
• Maatschap;
• Vennootschap onder firma (vof);
• Commanditaire vennootschap (cv);
• Rederij.
Bij de maatschap, vof, cv en rederij zijn er telkens meer eigenaren.
Bij een eenmanszaak kan personeel in dienst zijn. Veel zelfstandigen kiezen voor de eenmanszaak.
Het oprichten gaat via een inschrijving van de onderneming in het Handelsregister van de KvK.
Eigenaren kunnen maar één eenmanszaak oprichten, maar deze kan wel verschillende handels-
namen, activiteiten en vestigingen hebben.
Eigenaren van een eenmanszaak zijn aansprakelijk voor alle handelingen en financiën van hun
onderneming. Schuldeisers kunnen zo nodig ook aanspraak maken op hun privébezit, want er is geen
onderscheid tussen zakelijk vermogen en privé vermogen.
Over de winst van een eenmanszaak moeten de eigenaren inkomstenbelasting en premie volks-
verzekeringen afdragen en ook de inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zvw. Premies voor de
werknemersverzekeringen zijn ze voor zichzelf niet verschuldigd en daarom zijn ze niet verzekerd
voor de ZW, de WW en de WIA. Hiervoor kunnen ze een vrijwillige verzekering afsluiten.
Het beëindigen van een eenmanszaak gebeurt via uitschrijving bij de KvK.
In een maatschap oefenen twee of meer partners (‘maten’) gezamenlijk hun beroep uit onder een
gemeenschappelijke naam. Dit is met name bij zelfstandige beroepsbeoefenaren, zoals advocaten en
tandartsen. In een maatschap werken de partners samen op basis van gelijkwaardigheid. Iedere maat
brengt arbeid, geld en/of goederen in. Het doel van een maatschap is het behalen van financieel
voordeel, waarbij de maten dit financiële voordeel verdelen. De eigenaren moeten een onderneming
in de vorm van een maatschap inschrijven in het Handelsregister van de KvK.
Elke maat gaat slechts verplichtingen aan voor zichzelf. Hij bindt andere maten dus niet, behalve als
de maten elkaar een volmacht hebben gegeven, bijvoorbeeld in het maatschapscontract. Maar als
een maat in afwijking van zijn volmacht onbevoegd handelt, zijn de andere maten in principe niet
aansprakelijk.
Net als bij de eenmanszaak gaat het bij een maatschap om zelfstandig ondernemers. Elke maat is zelf
belasting- en premieplichtig. Belastingen en sociale zekerheid zijn op dezelfde wijze geregeld als bij
een eenmanszaak.
De maatschap eindigt als een maat uittreedt of overlijdt. Om het voortbestaan van de maatschap
veilig te stellen, kan men in het maatschapscontract regelen dat de overblijvende maten de
maatschap kunnen voortzetten. Als een maatschap eindigt, wordt deze ontbonden.
3
, In een vennootschap onder firma (vof) oefenen twee of meer vennoten gezamenlijk hun bedrijf uit
onder een gemeenschappelijke naam. We zien deze natuurlijke ondernemingsvorm bijvoorbeeld bij
kleine productiebedrijven, handelsondernemingen en bouwbedrijven.
Door een vennootschapscontract kan de onderlinge aansprakelijkheid worden beperkt. De vennoten
moeten de vof inschrijven in het Handelsregister van de KvK. Geregistreerd worden de naam en de
activiteiten van de firma en de vennoten. Het voordeel van een vof boven een eenmanszaak is dat de
vennoten taken kunnen verdelen. Een ander voordeel is dat meer eigenaren vermogen kunnen
inbrengen.
Een firmant kan hoofdelijk (dit is privé) aansprakelijk worden gesteld voor de schulden van de vof,
ook als de schulden door een andere vennoot zijn gemaakt. Schuldeisers kunnen eerst aanspraak
maken op het vermogen van de onderneming. Als dit onvoldoende is om de schulden af te lossen,
kunnen de schuldeisers aanspraak maken op het privévermogen van de vennoten en hun eventuele
partners. Als een firmant vertrekt, blijft hij in principe hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden die
zijn ontstaan tijdens zijn aanwezigheid.
Afspraken uit het vennootschapscontract kunnen vastgelegd worden in het Handelsregister. Als een
vennoot deze afspraak overtreedt, is niet de vof maar de vennoot zelf aansprakelijk. Door zo’n
voorwaarde in het contract én de inschrijving op te nemen, wordt het risico van de hoofdelijke
aansprakelijkheid dus beperkt.
Belastingen en heffingen over de winst zijn op dezelfde manier geregeld als bij de eenmanszaak en
de maatschap: elke vennoot is zelf belastingplichtig.
Als er twee vennoten zijn en een van hen stopt of overlijdt, eindigt de vof. Via een verblijvens- of
overnamebeding in het vennootschapscontract kan de voortgang van de vof worden gewaarborgd.
Als de vof eindigt, moet de onderneming worden ontbonden en moeten de bezittingen en schulden
worden vereffend conform de afspraken in het vennootschapscontract.
Een commanditaire vennootschap (cv) lijkt veel op een vof. Naast de gewone firmanten (‘beherende
vennoten’) kunnen er bij de cv echter ook ‘stille vennoten’ zijn. Stille vennoten worden ook wel
commanditaire vennoten genoemd. Deze hebben alleen een financiële inbreng. Stille vennoten
verrichten geen beheersdaden en zijn niet bevoegd namens de onderneming te handelen of de cv
aan derden te binden.
Een cv moet worden ingeschreven in het Handelsregister van de KvK. Vastgelegd worden dan de
persoonlijke gegevens van de beherende vennoten, zoals naam, adres en woonplaats. Van de
commanditaire vennoten vermeldt men hoeveel het er zijn en wat ze inbrengen. Van hen worden
geen persoonlijke gegevens in het Handelsregister opgenomen.
Beherende vennoten van een cv zijn hoofdelijk aansprakelijk, te vergelijken met de vennoten bij een
vof. Een stille vennoot kan alleen de eigen investering kwijtraken. Maar als een stille vennoot
beheersdaden gaat verrichten voor de cv, wordt hij ook hoofdelijk aansprakelijk.
Belastingheffing over de winst van een cv verloopt via de vennoten persoonlijk, vergelijkbaar met de
andere persoonlijke ondernemingsvormen. Als een vennoot stopt of overlijdt, eindigt de cv. Via een
verblijvens- of overnamebeding in het vennootschapscontract kan de voortgang van de cv worden
gewaarborgd.
4