Samenvatting uit het boek Nectar voor 4&5 vwo, samengevoegd met informatie uit de Samengevat bundel en aantekeningen uit de les. De samenvatting is geschreven op basis van leerdoelen, dit is wat je moet weten voor het vwo biologie examen 2023.
ECOSYSTEMEN
Je kunt in een context beschrijven wat onder een ecosysteem wordt verstaan en welke
componenten daarvan deel uitmaken (BINAS 93B, 93E1);
Een ecosysteem is een verzameling van populaties en abiotische factoren in een natuurlijk
begrenst gebied. Samen vormen de ecosystemen het systeem Aarde.
Habitat: een specifieke leefomgeving met biotische en abiotische factoren.
o Biotoop: de kleinst mogelijke geografische onderverdeling van de habitat, de
natuurlijke omgeving waarin een plant of dier kan leven en zich voortplanten.
Niche: nis, specifieke functie van een soort in een ecosysteem
Een levensgemeenschap bestaat uit gezamenlijke organismen in een ecosysteem en bestaat uit
verschillende populaties (groep individuen van één soort), die samen een voedselweb vormen.
Abiotische factoren:
o licht: noodzakelijk voor plantengroei
o temperatuur: beïnvloed enzymactiviteit
o lucht: wind/vochtigheid
o water: grondwaterstand/oppervlaktewater/zoutconcentratie
o bodem: grondsoort/zuurgraad
Biotische factoren: organismen die de ontwikkeling van een ecosysteem beïnvloeden
o planten: maken de omgeving geschikt voor andere planten (succesie) en voor
dieren als voedsel of schuilplaats.
o dieren: invloed op vegetatie en elkaar bij predatorprooirelaties.
o schimmels en bacteriën: invloed op het mineralisatie en het veroorzaken van
ziekten
Bij vraat kunnen planten stoffen afgeven die door soortgenoten worden waargenomen, die
daarop vraatremmende gifstoffen produceren.
Je kunt in een context de verschillende organisatieniveaus herkennen (BINAS 93A1);
Voedselketens bestaan uit planten of autotrofe bacteriën als producent, en heterotrofe
consumenten, en reducenten.
Consumenten van de eerste orde; vooral planteneters
Consumenten van de tweede orde; leven van consumenten van de eerste orde
Consumenten van een nog hogere orde; leven van consumenten van één orde lager.
Met als uitzondering dieren die plantaardig en dierlijk voedsel eten behoren tot verschillende
orden.
Je kunt in een context energiestromen in een ecosysteem beschrijven, toelichten welke
factoren daarop van invloed zijn (BINAS 93A2, 93E2);
, Het aantal trofische niveaus (schakels in de voedselketen) is beperkt doordat in ieder niveau
het grootste deel aan energie verloren gaat aan warmte en dus opraakt.
Planten en cyanobacteriën leggen energie uit zonlicht vast in chemische energie
(=fotosynthese), assimilatie: glucose wordt gevormd uit CO2 en water; aminozuren
worden gevormd uit glucose, stikstof- en zwavelverbindingen.
Autotrofe bacteriën met chemosynthese krijgen energie door oxidatie van
anorganische stoffen.
Heterotrofe organismen gebruiken organische voedingsstoffen voor energie die daarin
zit opgeslagen als chemische energie. Het organisme groeit wanneer de organische
stoffen worden omgezet in andere organische stoffen.
Bacteriën en schimmels mineraliseren uiteindelijk alle organische stoffen. De
mineralen komen beschikbaar voor producenten.
Warmte komt vrij bij dissimilatie waardoor uiteindelijk alle vastgelegde zonne-energie uit
voedselketens verdwijnt.
Piramide van biomassa: voorstelling van de verdeling van biomassa over de voedselniveaus
van een levensgemeenschap of voedselketen. Het onderste niveau bevat producenten, hogere
niveaus bevatten doorgaans een kleiner aantal organismen. Biomassa gaat verloren door:
Dissimilatie (en de warmte die daarbij verloren gaat)
Verlies aan biomassa door afgevallen bladeren, haren of ontlasting met onverteerde
organische stoffen
Niet alle organismen van het voorgaande niveau worden gegeten.
Bruto primaire productie: door producenten gevormde biomassa
Netto primaire productie: door producenten gevormde biomassa, inclusief (aftrek van)
dissimilatie; oftewel, wat overblijft na dissimilatie.
Je kunt in een context de accumulatie van giftige stoffen in een voedselketen uitleggen;
Iedere consument eet gedurende het leven vele malen het eigen gewicht aan voedsel, waar
gifstoffen (zoals bestrijdingsmiddelen) in zitten. Veel gifstoffen zijn persistent, ze worden
vrijwel niet langs de natuurlijke weg afgebroken. De concentratie gifstoffen wordt hoger in de
opeenvolgende trofische niveaus.
Je kunt in een context de rol uitleggen van producenten, consumenten en reducenten in
de kringlopen van koolstof en stikstof (BINAS 93F, 93G):
Koolstofkringloop:
CO2 vastleggen in glucose door fotosynthese → omzetten van glucose in andere organische
stoffen → vrijkomen van CO2 bij verbranding.
Door het gebruik van fossiele brandstoffen wordt koolstofdioxide, dat in de bodem is
gefossiliseerd, aan de atmosfeer toegevoegd.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper 151317. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.