Democratie: een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke
besluitvorming.
Directe democratie: het volk heeft directe zeggenschap.
Indirecte democratie: het volk neemt zelf geen beslissingen.
Parlementaire democratie: het parlement neemt de belangrijkste beslissingen.
Kenmerken parlementaire democratie:
- Burgers heben politieke grondrechten (vanaf 18 jaar het recht om te kiezen en verkozen te
worden, iedereen mag een politieke partij oprichten, iedereen mag demonstreren)
- De regels voor de politieke besluitvorming zijn vastgelegd (de leden van de Staten-Generaal
worden gekozen door een geheime stemming)
- Er zijn vrije media (de media hebben vooraf geen toestemming nodig bij hun publicaties of
uitzendingen)
Dictatuur/autocratie: Alle macht is in handen van één persoon of een kleine groep mensen.
Facisten: Mensen die zeer nationalistisch zijn en de democratie afwijzen.
Militaire dictatuur: Landen waarin het leger alle macht heeft.
Kenmerken dictatuur:
- De gehele politieke macht is in handen van een kleine groep
- Grondrechten worden niet beschermd
- Er bestaat geen vrije pers.
- Oppositiepartijen zijn verboden
- Er is een grote politieke rol voor de militairen
- Er is sprake van verkiezingsfraude
Censuur: Controle door de overheid op alles wat de media uitbrengt.
, Ideologie: Een samenhangend geheel van ideeën over de mens en de gewenste inrichting van de
samenleving.
Iedere ideologie heeft ideeën op het gebied van:
- Waarden en normen
- De ideale sociaaleconomische verhoudingen
- De ideale machtsverdeling in de samenleving
Nederland kent drie grote ideologieën of stromingen: het liberalisme, het socialisme en het
confessionalisme.
Progressief: vooruitstrevend (de maatschappij wil veranderen)
Conservatief: behoudend (conservatieve politici benadrukken vooral datgene wat al bereikt is en
houden graag alles bij het oude)
Rechts benadrukt de eigen verantwoordelijkheid, links gaat uit van gelijkwaardigheid.
Liberalisme: persoonlijke vrijheid en economische vrijheid. Ook zijn ze voor de vrijemarkteconomie.
Socialisme: Bestond vroeger uit communisten en sociaaldemocraten. Nu alleen sociaaldemocraten.
Zijn voor verzorgingsstaat, omdat daarin sociale grondrechten als het recht op gezondheidszorg en
onderwijs wettelijk zijn vastgelegd.
Politieke partij: Een groep mensen met dezelfde ideeën over de manier waarop onze samenleving
het beste bestuurd kan worden.
Actiegroepen: Houden zich bezig met één bepaalde doelstelling en voeren actie als ze dat nodig
vinden.
Belangenorganisaties: Behartigen de belangen van één bepaalde groep mensen.
Er zijn globaal vijf soorten politieke partijen:
- Partijen op basis van een ideologie
- One-issuepartijen
- Protestpartijen
- Populistische partijen
- Niet-democratische partijen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper romybakkerr. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,65. Je zit daarna nergens aan vast.