HC1: MENSBEELDEN EN BIOLOGISCH
PERSPECTIEF (ADAPTATIE, ERFELIJKHEID EN
OMGEVING)
Hoe komt gedrag tot stand?
- Voorgeprogrammeerd
o VB termieten die een termietenheuvel kunnen bouwen
- TUSSEN: gedragingen die we kunnen leren
o VB honden trainen, cultuur met bepaalde gedragspatronen
- Bijna niet voorgeprogrammeerd
o VB kunst (vraagt hogere cognitieve vermogens)
INDIVIDU EN SAMENLEVING
Verhouding individu en samenleving
- Is mens/individu oorzaak en samenleving gevolg?
- Is samenleving oorzaak en mens/individu gevolg?
- Er is een wisselwerking tussen individu en samenleving
o VB eten (mens/individu) en culinaire traditie (samenleving)
Uitgangspunt
- Inzicht in het menselijk handelen vereist inzicht in menselijke aard
o De basale kenmerken en processen van het menselijk
organisme
- Basale mensvisies:
o Maatschappijvisies en politieke ideologieën
o Sociaalwetenschappelijke theorieën
o Basale mensvisies worden gevormd door en vormen
observaties
Samenspel perceptie en ervaring
Schemata
Organiserende en sturende cognitieve structuren
UITEENLOPENDE MENSVISIES
Vijf benaderingen van menselijk gedrag
Biologisc Behaviori Cognitief Psychody Humanist
h stisch namisch isch
Concep De mens De mens De mens als De mens De mens
tie van als als denker en als als vrij
mensel biologisch bepaald informatieve gecontrole wezen die
ijke wezen door de rwerker erd door streeft
natuur omgeving innerlijke naar
krachten zelfactuali
en satie en
conflicten persoonlijk
e
betekenis
Voorna Genetisch Leerproce Denken, Onbewust Vrije wil,
,amste e ssen en waarnemen e keuze,
oorzak chemische ervaringe en drijfveren, zoeken
en van en n geheugen verlangen naar
gedrag hormonale s en persoonlijk
processen onopgelos e
te zingeving
conflicten en groei
Mensvi Biologisch Sociaal en Rationele Irrationele Ethisch
sie gedetermi cultureel mens mens goede en
neerde gedetermi verantwoo
mens, met neerde rdelijke
name mens mens
egoïstisch
e mens
VB verschillende mensbeelden
- Uiteindelijk zijn mensen egoïstisch, puur uit op hun eigenbelang en
op zoek naar macht en dominantie.
o = humanistisch
- Mensen streven van nature het goede na, het is de omgeving die
hen slecht maakt.
o = behavioristisch
- In de grond van de zaak zijn mensen rationele wezens,
probleemoplossers met verstand die kosten en baten afwegen.
o = cognitief
- Er is nauwelijks een menselijke natuur. Wat mensen denken, voelen
en doen is het product van de omstandigheden en cultuur waarin ze
zitten.
o = psychodynamisch
- De mens wordt bepaald door zijn biologische (genetische) erfenis en
de omstandigheden doen er weinig toe.
o = biologisch
Onvolledige mensvisies
- Alle basale mensvisies hebben een kern van waarheid
o MAAR ze leggen allemaal de nadruk op één bepaald kenmerk,
en zijn daarmee eenzijdig (en vaak tegenstrijdig: óf-óf)
BIOLOGISCH-ADAPTIEVE MENSVISIE
- Evolutionair perspectief (1)
- Adaptieve vermogens (3)
- Samenspel cultuur-natuur (2)
Evolutionair perspectief
- Kenmerken en eigenschappen hangen samen met genen die
overerven
- Er is altijd genetische variatie en er zijn voortdurend genetische
mutaties
, - Overerving van genetische variatie heeft invloed op
kenmerken/eigenschappen
- Behoud van variatie indien grotere kans op overleving in
omstandigheden
Evolutie en de mens
- Menselijke soort uitvloeisel van zeer langzaam en zeer langdurig
proces van verandering
- Menselijke soort deelt heel veel met andere diersoorten (evolutie
bouwt voort op wat er al is)
- Menselijke soort heeft eigen, relatief unieke eigenschappen en
adaptatie-principes (evolutie creëert nieuwe)
- Drievoudig brein
o Het nieuwe brein (analytisch)
o Het zoogdieren brein (emotioneel)
o Het reptielen brein (instinctief)
Evolutionaire psychologie
- Psychologische eigenschappen als biologische aanpassingen aan
uitdagingen in de omgeving
o Eigenschappen die in alle culturen voorkomen
VB afleiden emoties van anderen
VB onderscheid (niet)verwanten
VB samenwerking met anderen
Seksuele partnerselectie
- Genen overdragen door seksuele reproductie
- Wie kiezen mensen als seksuele partner?
- VB investering in ouderschap (Trivers, 1972)
o Vrouwen investeren meer en zijn selectiever
o Mannen investeren minder en zijn in competitie
- VB reproductieve strategieën (Buss, 1989)
o Mannen en vrouwen andere reproductieve strategieën
o Conflict tussen seksen als strategieën botsen
- VB seksuele jaloezie (Buss, 1989)
o Vrouwen: emotionele ontrouw vanwege grotere investering
o Mannen: seksuele ontrouw vanwege onzeker vaderschap
Reikwijdte en kritiek
- [Evolutionary psychology] is a way of thinking about psychology that
can be applied to any topic within it (Cosmides & Toodbey 1997)
- Kritiek:
o Rechtvaardiging van bestaande sociale verhoudingen
o Reductionistisch en deterministisch perspectief
o Continuering van natuur-cultuur tegenstelling
o Posthoc (achteraf) verklaringen en theoretische
inconstistenties
, ERFELIJKHEID EN MILIEU (OMGEVING)
- Sommige fysieke kenmerken zijn erfelijk
o Hoe zit dat met psychologische kenmerken?
- Nature-nurture debat
o Wat is de rol van aangeboren en aangeleerde factoren in
gedrag?
Persoonlijkheid, cognitieve vermogens, agressie,
criminaliteit, seksualiteit, psychopathologie, gezondheid,
etc.
o Nature = natuur
o Nurture = cultuur (omgeving)
o Waarom is dit belangrijk?
Validiteit van uiteenlopende basale mensvisies
Aanpak van individuele en sociale problematiek
Wat is erfelijkheid, wat is omgeving?
- Erfelijkheid
o = overdracht van informatie tussen generaties via genen
o 46 chromosomen, 30.000 genen, 3 miljard bouwstenen
o Erfelijkheid van het individu en erfelijkheid van de soort
- Omgeving/milieu
o Prenataal = hormonen, chemische stoffen (vb. alcohol,
stress)
Erfelijk is niet hetzelfde als aangeboren!
o Postnataal = opvoeding, omstandigheden (vb. stimulatie,
warmte)
Sociaal structureel (organisatie; netwerken, verbanden)
Cultureel (inhoud; normen, waarden, opvattingen)
Samenspel erfelijkheid en omgeving
- Erfelijkheid is predispositie (aanleg) en niet onvermijdelijkheid
o Genetische aanleg komt tot uiting via de omgeving
Expressie van genetische verschillen
VB alcoholisme, antisociaal gedrag
o Omgevingsinvloed hangt af van de genetische aanleg
Aanknopingspunt invloed omgeving
VB taal leren, artistiek talent