Werkgroepen Financial management
Basic principles of business economics
Terminology
Revenue = inkomsten
= Inflows, enhancements of assets, or settlements of liabilities from delivering or producing
goods, rendering services, or other activities that are related to the firm’s core business
operations.
= instroom, opwaardering van activa of vereffening van passiva door de levering of productie
van goederen, het verrichten van diensten of andere activiteiten die verband houden met de
kernactiviteiten van de onderneming.
- Liabilities; bv onverdiende inkomsten worden inkomsten
- Er is een activiteit die gedaan moet worden om bv enhancements te creëren of increase
the assets.
- Onderscheid van revenu met gain (winst) is dat het gerelateerd moet zijn met de core
business van een firma
- Je kunt een gain of loss hebben aan een transactie, dat is anders dan revenu en expense.
Revenue
o Sales
o Interest (rente verdienen doordat je iets op de bank zet)
o Dividends (uitbetalingen)
o Rent (van plan om iets te huren, vastgoedbedrijf)
Gain -> Is niet gerelateerd aan the firm’s core business over hoe we geld verdienen
o One time (bv je wilt iets gaan verkopen
Bv je runt een restaurant:
Revenu
Het verkopen van eten en drinken
Extra geld wat je verdient wordt op de bank gezet en you earn interest (verdient
rente)
Gain
Een work-truck waarmee je eten brengt naar het restaurant. Je kiest er voor om de
truck te verkopen, namelijk voor €50.000 meer dan je hem gekocht had.
(Maar als je een autozaak hebt en je verkoopt de truck, dan is het wel revenue)
Income-statement
- Revenu stijgt
- Gain stijgt
Je haalt het uit elkaar voor investors. Want the gain isn’t related tot the core operations of
the firm.
Core operations hebben te maken met revenue. Elke andere sort of inflow is a gain.
,Expense = kosten/uitgaven
= Outflows, using-up of assets, or incurrence of liabilities from delivering or producing goods,
redering services or other active that relate to the firm’s core business operations.
= Uitstroom, gebruik van activa of het aangaan van verplichtingen bij de levering of
productie van goederen, het verrichten van diensten of andere activiteiten die verband
houden met de kernactiviteiten van de onderneming.
- Hierbij geldt ook weer dat het gerelateerd moet zijn met de core business operation!
Expense
o Cost of Goods Sold (COGS)
o Interest (geld lenen/borrow van de bank
o Rent expense (huuruitgaves van bv je warehouse or other business
o Salaries wages (om werknemers hun wages/lonen te betalen)
o Depreciation expense (afschrijving dat te maken heeft met using-up of assets)
o Prepaid insurance (vooruitbetaalde verzekering)
Loss -> Is niet gerelateerd tot he firm’s core business operations
Bv je runt een restaurant:
Expense
Eten kopen om te verkopen in het restaurant -> COGS
Borrow (lenen) van geld om je restaurant te starten -> Interenst expense
Betalen van personeel -> Salaries expense
Loss
Own stock (eigen voorraad) in microsoft. Je besluit om de stock te verkopen. Het kost
€50 toen je het gekocht had en verkoopprijs is €25. Dus loss van €25
Je bent een restaurant dus je koopt en verkoopt niks voor een living, dus dit is niet
gerelateerd aan business
Income-statement
-Inventors willen weten wat de expenses zijn om een business te runnen. Dus gescheiden
houden van loss, want dat heeft niks te maken met de business.
Revenu Expenses
Cash inflow Cash outflow
Enhancement of assets Using assets
,Cost
= The value of a resource, such as the value of the time that a person works in a company
reflected in her salary. It can also be the value of raw materials or the value of production
equipment.
Expenses
= Some resources are fully consumed in a period and we call them expenses. Expenses have
no future value.
- Bv salaris van marketing accounting and HR (want het zijn middelen die volledige
geconsumeerd zijn en geen toekomstige waarde hebben)
Assets
= Other resources are not fully consumed during the period and we call them assets. Assets
have future value
- Bv equipment/apparatuur (want het zijn middelen die voor verschillende periodes
worden gebruikt)
- Factory (want het heeft ook waarde voor toekomstige periodes)
Profit (winst) = revenues - expenses
Cost
= Het bedrag dat wordt uitgegeven voor de aankoop van een artikel, een dienst, enz.
Sommige kosten are not expenses (kosten van grond), sommige kosten will become
expenses (kosten van een nieuwe bestelwagen), en sommige kosten become
onmiddellijk/immediately expenses (uitzending van een televisiereclame).
Voorbeelden van kosten en uitgaven
Veronderstel dat een bedrijf 2.000 eenheden van een voorraadartikel aankoopt, die elk $5
kosten. Als geen van de eenheden is gebruikt, worden de huidige activa voorraden
gerapporteerd tegen de kosten van $10.000 (2.000 eenheden tegen $5 elk). Bij de volgende
balans zijn er slechts 500 eenheden in voorraad en zijn er 1.500 eenheden gebruikt in het
bedrijf. Bijgevolg zal de balans de voorraden in voorraad vermelden tegen hun kostprijs van
$ 2.500 (500 eenheden tegen $ 5) en de winst- en verliesrekening zal uitgaven voor
voorraden vermelden van $ 7.500 (1.500 eenheden tegen $ 5).
,Stel dat een bedrijf een bestelwagen aanschaft voor gebruik in zijn bedrijf. Aanvankelijk
worden de kosten van de vrachtwagen geboekt op de activarekening Bestelwagen. De
kosten van de vrachtwagen worden echter Afschrijvingskosten naarmate de vrachtwagen
"opgebruikt" wordt in de inkomstengenererende activiteiten van het bedrijf.
Resources are scare en zijn daarom sostly en hebben een waarde.
Als de resource is consumend in more than one period asset
Als de resource fully is consumed in one periode expense
Costs by behaviour
Variable costs
Costs which change with an increase or decrease in production volume
-Bv number of surgical procedures, variable cost might be the cost of surgical gloves
(handschoenen)
Fixed costs
Costs which do not change with an increase of decrease in production volume, within
the available capacity.
Het verandert niet als het aantal productions stijgt.
-Bv surgical procedures, a fices cost is the operating theatre. If a production volume
changes substantially the fixed costs will change. Bv aantal surgical procedures stijgt,
dan moet een nieuwe operating theatre gebouwd worden wat the costs of the post
operating theatre wil stijgen (relevant range; maximale productie van bv 1 unit die
gemaakt kan wordne)
Mixed costs
Variable + fixed
Als er geen productie is, dan heb je nog wel kosten. En als de productie stijgt, dan
stijgen de kosten ook. Dus waar groen begint is de fixed costs. Alles boven die lijn is
de variable component.
Step cost
Soort fixed costs maar stijgt ineens heel hard bij bepaald moment.
Rood = variable costs (bv productie van surgery)
Blauw = fixed costs (bv huur van een gebouw)
Groen = mixed costs (bv telefoonrekening, fixed costs is wat je maandelijks betaald, maar als
je over bel/sms zit dan stijgt het)
Oranje = step costs (bv totale kosten van leraren. Neemt toe bij toenemen van studenten)
,Costs by traceability
Direct costs
Hebben een oorzakelijke relatie met the end product of end service. Direct costs can
be traced to a particular product or service.
- Pacemaker
Indirect costs
Het missen van een oorzakelijke relatie en traceability and kunnen niet direct gelinkt
worden tot een product of service.
- Salaris van de Operating Theatre (OT) manager
Weten van de kosten van een product/service is essentieel omdat het een manager in staat
stelt om:
- Geïnformeerde besluiten te maken in een setting or accepting prices
- Te kijken welke service lijnen profitable zijn en welke facing losses en cross-
subsidisation nodig hebben.
- Inschakelen in comparability analyses, e.g. comparing production costs in 1 faciliteit
wat de productie kosten zijn in een andere faciliteit
Production costs
Absorption costing / full costs
Direct materials (DM)
Direct laber costs (DL)
Overhead costs (variable en fixed) (VOH & FOH)
Zijn al die kosten product costs/inventory costs (dus gerelateerd aan het product?) -> Ja dan
full cost
Of zijn het period costs
Variable costing
Dan wordt er alleen gekeken naar DM, DL & VOH.
FOH telt niet mee, want het zijn period costs.
Bv het maken van luchtballonnen, sale price 80.0000/per ballon
Q1: sell 10, produce 10
Q2: sell 10, produce 20
Costs:
DM per unit: 25.000
DL per unit: 10.000
FOH per unit: 2.000
FOH per quarter: 60.000
Hoe doe je dit per unit rekenen?
Q1: 60.000/10 = 6.000 per unit
Q2: 60.000/20 = 3.000 per unit
Product costs Q1: 43.000
Product costs Q2: 40.000
,Verschil in product costs per unit, omdat FOH verspreid is.
Absorption costing income statement
Q1 Q2
Sales 800.000 800.000
COGS (x sell 10) 430.000 400.000
Gross margin 370.000 400.000
Q2 is beter dan Q1, omdat hogere gross margin is.
Maar we verkopen hetzelfde in Q2, dus het is geen beter kwartaal.
DM per unit is €25.000, we denken dat dit constant is, maar het is variabel.
FOH is hetzelfde in elke kwartaal, maar omdat we meer units maken in Q2 wordt het meer
verspreid. Bij Q2 hebben we meer inventory gemaakt.
If production > sales = inventory stijgt & defers (verschuiven) some FOH
FOH is een period costs.
Sales did not change (Q1 en Q2)
Cost structure did not change
Dus Q2 is niet beter dan Q1.
Bij variable costs hebben we geen issues met de FOH (inventory costs)
Waarom worden er dan nog absortion costs gebruikt? Voor external reporting.
,Financial reporting
Annual financial report
The balance sheet
The income statement
An appendix, which provides contextual information, additional explanations and
accompanying notes
Annual financial report heeft een reporting functie voor internal en external stakeholders.
Internal: informatie wordt gebruikt in decision-making related sturen van organisation’s
acivities.
External: informatie wordt gebruikt voor beoordelen van de organisation financial risk en
creditworthiness.
Balance sheet
- Asses section
- Liability & equity section
A=L+E
Assets = Liability + Equaty
Assets; Waarde in toekomst. Bv apparatuur
Liability; Borrow money. Obligation to repay the dept in the future (verplichting om schuld
terug te betalen)
Equaty; Share of ownership. Bv je betaald apparatuur met eigen geld.
Balance sheet = snapshot of the organization’s financial situation.
(Stocks owned by the organization fall into equity)
,Income statement
Income statement = Expenses and revenue that occurred during a fixed period. Wordt ook
wel profit and loss statement genoemd.
De verandering in de equity bij de balance sheet = de profit or loss bij de income statement.
Net profit/loss = revenu – expenses
Gross profit = Revenues – CoGS
Operating profits = gross profit – operating expenses
Net profit/loss = operating profit – non-operating expense
,Ratios
De informatie verkregen in financiële reports.
Deze ratio’s laat in de organisatie de financiële ontwikkeling zien of de verschillende
organisaties met elkaar vergelijken.
Profitability
-ROA + ROE
Return On Assets (ROA)
Een indicator hoe winstgevend een bedrijf is, gerelateerd aan de totale assets. Het geeft een
idee van hoe efficient management is bij het gebruiken van assets to generate earnings
(inkomsten).
Het verdeelt het netto inkomen van elk bedrijf bij het totale asset value.
Income / total assets
Sean’s tractors
20 million in net income / 100 million in total assets = 0,2/20% ROA
Erin’s farm equipment
15 million in net income / 50 million in total assets = 0,3/30% ROA
Erin’s company is beter at converting (omzetten) its investments into profit ook al is het een
kleiner bedrijf.
-Bv een accounting bedrijf heft veel minder hard assets. Dus het beste om ROA’s te
vergelijken binnen hetzelfde industrie.
Return On Equity (ROE)
Ratio dat gaat over de aandeelhouders (equity holders) van een onderneming, sinds it
measures hun mogelijkheid to earn a return on there equity investments.
Profit / equity
Better ROE = more efficient
Al’s ice cream
50.000 profit / 100 million equity = 50%
Ed’s carpets
50.000 profit / 250.000 equity 20%
Al’s is meer efficient in het generaliseren van winst van equity.
Solvency
= the extent to which an enterprise is able to meet its debt oblications if all of its assets are
converted into cash
, = the extent to which an enterprise is able to meet its debt oblications if all of its assets are
converted into cash
Equity to assets
Solvency = equity / total assets
Een hoge solvency ratio betekent dat de organisatie is voornamelijk/dominant beheerd door
zijn stakeholders.
Een lage solvency ratio betekent dat de organisatie hoge schulden heeft omdat equity laag is
en liabilities hoog.
Liguidity
= the extent to which the organisation is able to meet its current liabilities form current
assets
= de mate waarin de organisatie in staat is haar vlottende passiva te voldoen met vlottende
activa
Current ratio / quick ratio
Current ratio = current assets / current liabilities
Quick ratio = (current assets – inventories) / current liabilities
Ratio between current assets and short term debts.
Als de current assets are sufficient to meet all current liabilities, dan is de company
sufficiently liquid (current ratio > =1)
Het ligt aan de compnay of inventory can be sold in the short term, dan kan quick ratio
gebruikt worden.
Samengevat
Profitability Solvency Liquidity
ROA Equity / total assets Current assets / current
Return (profit or loss) / total liabilities
assets
ROE
Return (profit or loss) /
equity